Khalid Mourigh beschrijft in zijn boek "De gast uit het Rifgebergte" het volle leven van zijn impulsieve en soms ook opvliegerige opa.
Welke misvattingen bestaan er over het leven van de Marokkaanse gastarbeiders?
‘De passiviteit. Gastarbeiders zouden hier naartoe zijn ‘gehaald’ om het vieze werk te doen dat de Nederlanders links lieten liggen. De media speelden gretig in op dat beeld. In een bekend televisiefragment zie je een ‘arbeidsbureau’ in Marokko dat gastarbeiders werft. Het lijkt verdacht veel op een slavenmarkt. De mannen komen binnen en er worden vragen op hen afgevuurd: ‘Spreek je Frans? Nee? Eruit, snel!’
‘Het klopt dat het er zo aan toeging, alleen is dat fragment uit 1969. Dat is jaren nadat mijn opa en de meeste Riffijnse gastarbeiders hier waren gearriveerd. Uit onderzoek blijkt dat slechts een minderheid via dit soort wervingsbureaus naar Nederland vertrok, vooral Marokkanen uit de grotere steden zoals Casablanca en Rabat. De meesten zijn, zoals mijn opa, op eigen initiatief gekomen.’
Met zijn boek hoopt Mourigh de jongere Marokkaanse Nederlanders te bereiken, ‘die uit een soort misplaatst schaamtegevoel vaak geen vragen durven te stellen aan hun ouders en grootouders’. Hij denkt dat een persoonlijk verhaal als dit de geschiedenis dichterbij kan brengen en jongeren kan helpen met bepaalde identiteitsvragen.
‘Ik bied hun een nieuw perspectief op hun voorouders. Mijn opa was, met zoveel Riffijnen die eropuit trokken, een ondernemer. Hij kwam hier omdat hij nieuwsgierig was. Hij was mijnwerker, vader, echtgenoot, avonturier, reiziger, soldaat en verhalenverteller. Dan kun je wel zeggen dat hij het deed voor zijn werk, maar niet iedereen ging buiten Marokko werken.
‘De jongere generatie mag daar best trots op zijn. De fabrieken in Nederland wilden destijds ongeschoolde arbeiders. Dat die jongens inderdaad geen kennis hadden opgedaan op school, er wáren niet eens scholen in het Rifgebied, betekent niet dat ze dom waren. Het waren tieners en jonge twintigers die de enorme stap maakten om naar Europa te gaan. Nu kun je, als kleinkind, advocaat worden. Geweldig, maar de stap die je grootvader ooit maakte, was nog veel groter.’
https://www.volkskrant.nl/cultuur-me...ider~b873302f/