Vraag:

Als we eeuwig in het Paradijs zullen leven, en er zal daar geen dood meer zijn, is dit dan niet tegenstrijdig aan het feit dat niets eeuwigdurend is behalve Allah?

Antwoord:

Alle lof zij Allah.

Ten eerste:

Er is geen twijfel dat wanneer de mensen het Paradijs betreden, zij er eeuwig in zullen verblijven en voor altijd zullen genieten van haar geneugten. Dit behoort tot de geloofsovertuiging van Ahl us-Soennah wal-Djamaacah, namelijk dat de inwoners van het Paradijs eeuwig in het Paradijs zullen genieten. En de inwoners van de Hel zullen voor eeuwig en altijd in het Hellevuur worden bestraft. Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie van de betekenis):

“En degenen die geloven en goede daden verrichten, zullen Wij Tuinen doen binnentreden waaronder rivieren stromen. Voor eeuwig en voor altijd (vertoeven zij) daarin. De Belofte van Allah is Waarheid. En wiens woorden zijn waarachtiger dan (die van) Allah?”

(Soerat an-Nisaa’: 122)

“Waarlijk, Allah heeft de ongelovigen vervloekt en Hij heeft voor hen een laaiend Vuur voorbereid. Voor eeuwig en voor altijd (verblijven zij) daarin. Zij zullen geen beschermer of helper vinden.”

(Soerat al-Ahzaab: 65)

Al-Boekhaarie en Moeslim overleverden dat Aboe Sacied al-Khoedrie (moge Allah tevreden met hem zijn) zei dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “De dood zal in de vorm van een zwart-witte ram worden gebracht en een roeper zal roepen: “O mensen van het Paradijs!” Zij zullen hun nekken strekken en kijken, en hij zal zeggen: “Herkennen jullie dit?” Zij zullen zeggen: “Ja, dit is de dood,” en ieder van hen zal het hebben gezien. Vervolgens zal hij roepen: “O mensen van de Hel!” Zij zullen hun nekken strekken en kijken, en hij zal zeggen: “Herkennen jullie dit?” Zij zullen zeggen: “Ja, dit is de dood,” en ieder van hen zal het hebben gezien. Vervolgens wordt het geslacht en er zal worden gezegd: “O mensen van het Paradijs, het (d.w.z. jullie verblijf) is eeuwig en er zal geen dood (meer) zijn. O mensen van de Hel, het (d.w.z. jullie verblijf) is eeuwig en er zal geen dood (meer) zijn.” Daarop reciteerde hij de woorden (interpretatie van de betekenis):

“En waarschuw hen (o Mohammed) voor de Dag van Spijt, nadat de zaak is besloten. En zij verkeren in onachtzaamheid en zij geloven niet.”

(Soerat Maryam: 39)

(al-Boekhaarie en Moeslim)

Ten tweede:

Het idee dat je noemde in jouw vraag dat ‘niets eeuwigdurend is behalve Allah,’ is een idee dat geen basis kent in de Islam. Het is daarentegen een vals idee volgens de consensus van de moslims die het er unaniem over eens zijn dat de mensen van het Paradijs er eeuwig en voor altijd zullen verblijven. En er zal geen dood zijn. Hetzelfde geldt ook voor de mensen van de Hel, waarvan de ongelovigen tot haar mensen behoren.

Sheikh ul-Islaam ibn Taymiyah (moge Allah hem genadig zijn) zei: “De eerste generaties van deze Oemmah (d.w.z. Islamitische gemeenschap) zijn het er unaniem over eens dat er sommige schepselen zijn die geen einde in hun bestaan kennen. Dit zijn het Paradijs, de Hel, de Troon, en dergelijke. Niemand stelde voor dat al het geschapenen zal ophouden te bestaan, behalve een groep innovators onder de mensen van het Boek (d.w.z. de Joden en de Christenen). Dit is een vals idee.”

(Moekhtasar ul-Fataawa al-Masriyyah, boekdeel 1, blz. 169)

Ten derde:

Hier moeten we wijzen op twee zaken:

1. Voorafgaand aan het eeuwig bestaan van sommige schepselen waarvoor Allah heeft voorbestemd dat ze voor altijd zullen blijven (bestaan) in het Hiernamaals, hebben zij niet bestaan (dus ze waren afwezig). Maar wat betreft Allah, Verheerlijkt en Verheven is Hij; Hij is de Eerste en kent geen begin, en de Laatste zonder een einde.

2. Het eeuwige bestaan van (sommige) schepselen is een Gift van Allah. Net zoals het schepsel alleen bestaat omdat Allah hem heeft geschapen – en hij heeft niet zichzelf in leven gebracht, noch heeft een ander schepsel dat voor hem gedaan – is zijn voortdurende verblijf in het Hiernamaals een Gunst van Allah aan hem. En dit is alleen zo vanwege van Zijn Macht om te scheppen, Zijn Wil en Lotsbeschikking.

Dit laat ons zien dat het verblijf van de schepselen en hun eeuwige bestaan in het Hiernamaals niet lijkt op het eeuwige bestaan van de Schepper, Verheven is Hij. En wat in dit opzicht uniek is aan Allah, Verheerlijkt en Verheven is Hij, is niet alleen dat Hij voor altijd blijft bestaan en nooit vergaat; maar dat Hij de Schepper is en uniek daarin is op een manier die bij Hem past. Hij zal voor altijd bestaan op een perfecte wijze zoals die past bij de Schepper, en het schepsel zal bestaan op een manier die bij hem past als gecreëerd wezen door Allah.

Sheikh ul-Islaam ibn Taymiyah zei: “We moeten er zeker van zijn dat er niets lijkt op Allah in Zijn Wezen, of in Zijn Eigenschappen, of in Zijn Daden.”

(Madjmoec ul-Fataawa, boekdeel 13, blz. 379)

En Allah weet het het beste.

Gebaseerd op een fatwa van Islamqa.com