In 1994, tijdens een toespraak, verkondigt Hassan een koninklijke boodschap die een hadith van de Profeet bevat: "Wie mij gehoorzaamd, gehoorzaamd God. Wie ongehoorzaam is aan mij is ongehoorzaam aan God." Geen van zijn beslissingen mocht tegen gesproken worden, en om te garanderen dat zijn macht onbetwist was en de legitimiteit hiervan niet geopponeerd werd, viel hij terug op drie pilaren van steun.
Als eerste komt de steunbetuiging (Bay'a). Op de dag van de bekroning van de koning komen de leiders van alle stammen, het leger, de politie, de regering en andere hoogwaardigheidsbekleders bij elkaar om hun steun aan de koning te laten zien door middel van buigingen wanneer de koning langs rijdt op zijn paard. Deze unieke set van handelingen zijn daarna tot een ritueel gemaakt dat jaarlijks wordt herhaalt en waarin elke persoon zijn loyaliteit en gehoorzaamheid aan de koning moet herbevestigen.
Als tweede pilaar laat hij in de grondwet een artikel 19 opnemen die hem volle macht geeft als de "Hoogste authoriteit." Dit heeft zowel betrekking op religieus als op politiek vlak. Hij ging verder met het aanpassen van de grondwet en herverdeelde en limiteerde de macht van anderen, behalve die van hem en zijn naasten. Hij geeft opdracht om de juridische, uitvoerende en wetgevende macht te splitsen en tegelijkertijd roept hij in een vierde macht in het leven die de macht overneemt over die anderen.
De derde pilaar, alle officiele teksten, of dit nou om een wet, koninklijk besluit of zelfs een bekendmaking van een nieuwe financiele wet gaat, referen in hun voorwoord naar de koning als "Amirul Mumineen" leider van de gelovigen, een politieke, religieuze en sociale rang die de koning de hoogste authoriteit maakt voor de moslims