1. #31
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    Citaat Geplaatst door MohammedAbuBakr Bekijk reactie
    Moge ALLAAH u belone!
    Wa iyaak akhi
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  2. #32
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    حدثنا أبو خيثمة ثنا معاوية بن عمرو ثنا زائدة عن الأعمش عن مالك بن الحارث عن عبد الرحمن بن يزيد قال

    [24] Abu Khaithama ons verhaalde: Mu’aawiyah bin ‘Amru leverde ons over: Zaa-idah leverde ons over van al-A’mash van Maalik bin al-Haarith van ‘Abd ar-Rahmaan bin Yazeed dat hij heeft gezegd:


    قيل لعلقمة: ألا تقعد في المسجد فَيُجْمَع إليك و تُسأل و نجلس معك: فإنه يسأل من هو دونك؟ قال: فقال علقمة: إني أكره أن يُوطأ عقبي، يقال: هذا علقمة، هذا علقمة


    “Er is een keer tegen ‘Alqamatun gezegd: ‘Ga je niet in de masjid zitten zodat de mensen zich om je heen kunnen verzamelen en je vragen stellen en zodat wij bij jou kunnen zitten? Want waarlijk, zij vragen individuen die minder zijn dan jou (in kennis).’ Waarop ‘Alqamatun zei: ‘Ik haat het dat de mensen achter me lopen zeggende: Dit is ‘Alqamatun! Dit is ‘Alqamatun!’”

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  3. #33
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    حدثنا جرير والضرير عن الأعمش عن أبي صالحٍ عن أبي هريرة عن النبي صلى الله عليه وسلم (فيما أُُرى قال جرير).ب

    [25] Jareer en ad-DDareer[13] verhaalden ons van al-A’mash van Abee Saaliheen van Abee Hurairah (radyAllaahu ‘anhu) dat de Profeet (sallAllaahu ‘alayhi wa sallam) zei:


    من سلك طريقاً يبتغي فيه علماً سهّل الله <له> به طريقاً إلى الجنة، و من أبطأ به علمه، لم يُسرع به نسبه


    “Eenieder die een pad betreedt, en er kennis op zoekt, Allaah zal voor hem (dan) het pad naar al-Jannah vergemakkelijken. En eenieder waarvan zijn handelingen hem doen vertragen, dan zal zijn nageslacht voor hem geen oorzaak zijn om sneller voort te gaan.”

    [13] Ad-Dareer is de bijnaam van Muhammad ibn Khaazim Abi Mu’awiyah. Moesliem overleverde deze hadieth vanuit deze lijn van overleveraars (2-71/18), in marfoo’. Daarna leverde hij het over vanuit verschillende lijnen op gezag van al-A’mash.

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  4. #34
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    حدثنا أبو خيثمة زُهير ثنا سُفيان بن عُيينة عن عمرو عن يحيى بن جعدة قال

    [26] Abu Khaithama Zuhair ons verhaalde: Sufyaan bin ‘Uyainah leverde ons over van ‘Amru van Yahyaa bin Ja’dah dat hij heeft gezegd:


    أراد عمر أن يكتب السنة، ثم كتب في الناس: من كان عنده شيءٌ من ذلك فليمحُهُ


    “‘Oemar wilde de Soennah opschrijven. Vervolgens werd aan de mensen voorgeschreven: Eenieder die iets daarvan heeft, die moet het uitwissen.” [14]


    [14] Zijn keten van overlevering is munqati’ (gebroken), aangezien Yahya bin Ja’da nooit ‘Oemar bin al-Khattaab ontmoet heeft. In feite wordt er zelfs voorgehouden dat hij nooit ibn Mas’ood is tegengekomen, en hij stierf zo’n tien jaar na de dood van ‘Oemar. Je moet weten dat er een oude onenigeheid onder de Salaf was met betrekking tot het opschrijven van de profetische hadieth. Onder hen waren er die het verboden en onder hen waren er die het toestonden. Er volgen in dit boek vele vertellingen die betrekking hebben op beide van deze kanten. Toen stabiliseerde de kwestie in het voordeel van de toelaatbaarheid van het schrijven van de hadieth – zelfs de verplichting ervan. En dit is gebaseerd op het bevel van de profeet salAllaahu 3alayhi wa salam die in meer dan één hadieth genoemd wordt, zoals zijn gezegde: “Schrijf voor Abu Shaah.” Al-Boekhaarie leverde deze hadieth over. En van de zaken die welbekend zijn is dat het de hadieth is die de uitleg bevat voor wat de Qor-aan behelst evenals het uiteenzetten van zijn regels. En als het niet vanwege de hadieth was, zouden wij geen idee hebben van hoe we het gebed moeten verrichten, het vasten ondergaan, evenals de volbrenging van de andere pilaren van aanbidding, op de manier die Allaah Gezegend en Allerhoogst voor ons bepaald heeft. En alles wat essentieel is om een verplichte zaak te volbrengen, wordt zelf verplicht. En voorzeker mensen van deze tijd zijn afgedwaald doordat zij voorhouden dat de Qor-aan genoeg is ten kostte van de hadieth. Dit ondanks Allaah’s uitspraak: “...En wij hebben ook tot jou (O Muhammad sallAllaahu ‘alayhi wa sallam) de Dhikr (de vermaning en het advies [i.e. de Qor-aan]) neergezonden, opdat jij de mensen duidelijk maakt wat naar hen is neergezonden…” Soerat an-Nahl [16:44] Aldus informeert Allaah ons dat er hetgeen is dat verduidelijkt; wat de Qor-aan is, en verduidelijkend; wat de Boodschapper 3alayhi al-salaatu wa salaam en zijn hadieth is. Bovendien wordt dit bevestigd door zijn sallAllaahu ‘alayhi wa sallam uitspraak in de authentic en beroemde hadieth: ‘Voorzeker mij is de Qor-aan gegeven en wat erop lijkt eraan gelieerd.’

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  5. #35
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    حدثنا أبو خيثمة ثنا سُفيان بن عُيينة عن إبراهيم بن ميسرة عن طاوس قال




    [27] Abu Khaithama ons verhaalde: Sufyaan bin ‘Uyainah leverde ons over van Ibrahiem bin Maisarah van Taawoos dat hij heeft gezegd:


    إن كان الرجل يَكتب إلى ابن عباس يسأله عن اﻷمر؟ فيقول للرجل الذي جاء بالكتاب: أخبر صاحبك بأن اﻷمر كذا و كذا، فإنا لا نكتب في الصحف إلا الرسائل و القرآن


    “Wanneer een man naar ibn ‘Abbaas schreef, hem vragende over een bepaalde zaak, zou hij tot de brenger van het schrijfbericht antwoorden; ‘Informeer jouw metgezel dat het antwoord op deze zaak, zus en zo is. Voorzeker wij schrijven niets op papier, behalve voor brieven[15] en de Qor-aan.’”

    [15] Dit verwijst naar de brieven die de Boodschapper van Allaah (sallAllaahu ‘alayhi wa sallam) gewoon was te schrijven naar bepaalde individuen en naar bepaalde stammen. Bekijk Zaad al-Ma’aad (1/30). Deze vertelling van ibn ‘Abbaas (radyAllaahu ‘anhu) heeft een authentic keten (sahih al-isnaad).


    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  6. #36
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    حدثنا أبو خيثمة نا ابن فُضيل عن ابن شبرمة عن الشّعبي قال


    [28] Abu Khaithama ons verhaalde: ibn Fudayl leverde ons over van ibn Shubruma op gezag van Ash-Sha’bee dat hij heeft gezegd:


    ما كتبتُ سوداء في بيضاء، و لا سمعت من رجل حديثاً، فأردت أن يعيده علي


    “Ik heb nooit met zwart op wit geschreven. Ook heb ik nooit een hadieth van iemand gehoord en dat ik vervolgens wilde dat hij het zou herhalen aan mij.”

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  7. #37
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    5. De Tafsir van de ayah: ‘...En maak ons leiders van de Muttaqoen’

    حدثنا أبو خيثمة نا ابن عُيينة عن ابن أبي نجيح عن مجاهد

    [29] Abu Khaithama ons verhaalde: ibn ‘Uyainah leverde ons over van ibn Abee an-Najeeh van Mujaahid dat hij heeft gezegd:


    وَ اجْعَلْنَا لِلْمُتَّقِينَ إِمَامًا (الفرقان | 74) قال: نأتم بهم و نَقتَدِي بهم، حتى يَقتدي بنا من بَعدنا


    “(Allaah zegt): ‘...En maak ons leiders van de Muttaqoen (vromen; zie [2:2])’ Soerat al-Foerqaan [25:74] ‘(Dit betekent dat) wij hun voorbeeld nemen en hun (de Profeet en de metgezellen) navolgen, zodanig dat zij die na ons komen ons voorbeeld zullen opvolgen.’”


    حدثنا أبو خيثمة ثنا جريرُ عن رجل عن ليث عن مجاهد

    [30] Abu Khaithama ons verhaalde: Jareeru leverde ons over van een man van Laith van Mujaahid dat hij heeft gezegd:


    وَ جَعَلَنِي مُبَارَكًا أَيْنَ مَا كُنتُ (مريم | 31) قال: معلماً للخير


    “(Allaah zegt): ‘En Hij heeft mij (‘Isa, Jezus) gezegend gemaakt, waar ik ook ben...’ Soerat Maryam [19:31] ‘ Hij zei (Dit betekent dat Hij van mij iemand heeft gemaakt): die het goede onderwijst.’”

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  8. #38
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    6. Van de deugdzaamheden van Sa’eed ibn Jubair en Ibrahiem an-Nakha’ee

    حدثنا أبو خثيمة ثنا جرير عن مُغيرة قال

    [31] Abu Khaithama ons verhaalde: Jareer leverde over van Mugheerah dat hij heeft gezegd:


    قيل لسعيد بن جُبير: تعلم أحداً أعلم منك؟ قال: نعم عكرمة، فلما قتل سعيد بن جبير، قال إبرهيم: ما خَلَّف بعده مثلَه، قال: و قال الشعبي لما بلغه موت إبرهيم: أهَلَك الرجل؟ قال: فقيل له: نعم: قال: لو قلت أنعي العلم: ما خلف بعده مثله، و العجب أنه يُفضل ابن جبير على نفسه، و سأخبركم عن ذلك: إنه نشأ في أهل بيت فقه، فأخذ فقههم، ثم جالَسَنا فأخذ صفوة حديثنا، إلى فقه أهل بيته، فمن كان مثله؟


    “Er was tegen Sa’eed ibn Jubair gezegd: ‘Ken je iemand die meer kennis heeft dan jou?’ Hij zei: ‘Ja, ‘Ikrimah.’ Dus toen ‘Sa’eed bin Jubair was gedood, zei Ibrahiem [An-Nakha’ee]: ‘Hij heeft niemand gelijk aan hem achtergelaten.’ Hij zei: Toen Ash-Sha’bee het nieuws van de dood van Ibrahiem bereikte, zei hij: ‘Is deze man dood?’ Hij zei: Het werd beantwoord met: ‘Ja’, dus zei hij: ‘Als ik het had gezegd, zou ik het overlijden van kennis aangekondigd hebben. Hij heeft niemand achter gelaten die gelijk is aan hem. En wat opmerkelijk is; dat hij ibn Jubair verkoos boven zichzelf. En ik zal jullie daaromtrent op de hoogte stellen. Voorzeker hij was geboren in een familie met veel kennis in hun huishouden, dus nam hij van dat begrip. Vervolgens ging hij bij ons zitten en leerde de beste van onze hadieth met het begrip (fiqh) van de leden van zijn huishouden. Dus wie was er zoals hem?’”

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  9. #39
    Buitendienst

    Reacties
    23.898
    12-04-2008

    MVC Premium MVC Premium
    Je oogst wat je zaait klopt zeker niet, zat voorbeelden van mensen die het kwade gezaaid hebben en later taubah verricht hebben en correct leven zonder eerste al het slechte die zij zaaide ge-oogst te hebbenen Allaah vergeeft wie Hij wil en Hij leidt wie Hij wil.

    ”De redding bevind zich in drie zaken: het nuttigen van halal, het nakomen van de verplichtingen, het volgen van het voorbeeld van de profeet sallallaahu alayhi wa sallam”


  10. #40
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    Citaat Geplaatst door A_bdars Bekijk reactie
    Je oogst wat je zaait klopt zeker niet, zat voorbeelden van mensen die het kwade gezaaid hebben en later taubah verricht hebben en correct leven zonder eerste al het slechte die zij zaaide ge-oogst te hebbenen Allaah vergeeft wie Hij wil en Hij leidt wie Hij wil.
    Na3m en Allaah maakt at-tawbah (berouw) doen gemakkelijk voor wie Hij Wil.

    Ik bedacht me ineens dat de zoon van Aadam wel de last draagt van zijn moord op zijn broer, omdat het de eerste moord was - ook al kreeg hij er later spijt van:

    Imam Ahmad recorded that `Abdullah bin Mas`ud said that the Messenger of Allah said,

    «لَا تُقْتَلُ نَفْسٌ ظُلْمًا إِلَّا كَانَ عَلَى ابْنِ آدَمَ الْأَوَّلِ كِفْلٌ مِنْ دَمِهَا،لِأَنَّهُ كَانَ أَوَّلَ مَنْ سَنَّ الْقَتْل»


    (Not a soul that is unjustly killed, or the first son of Adam will carry a burden of its shedding, for he was the first to practice the crime of murder.)

    The Group, with the exception of Abu Dawud, also recorded this Hadith. Ibn Jarir recorded that `Abdullah bin `Amr used to say, "The son of Adam, who killed his brother, will be the most miserable among men. There is no blood shed on earth since he killed his brother, until the Day of Resurrection, but he will carry a burden from it, for he was the first person to establish murder.''

    Bron: http://www.qtafsir.com/index.php?option=com_content&task=view&id=788&Item id=60

    Nog een aanvulling, in Sahih Muslim 1017 staat het volgende:

    The Messenger of Allah salAllaahu 3alayhi wa salam said: He who sets a good precedent in Islam, there is a reward for him for this (act of goodness) and reward of that also who acted according to it subsequently, without any deduction from their rewards; and he who sets in Islam an evil precedent, there is upon him the burden of that, and the burden of him also who acted upon it subsequently, without any deduction from their burden.

    http://sunnah.com/muslim/12/88

    Laatste aanvulling op weerlegging van -erfzonde- :

    http://forums.marokko.nl/showthread....#post131522928
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  11. #41
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    7. De reis van één van de metgezellen naar Egypte voor het verkijgen van één hadieth

    حدثنا أبو خيثمة ثنا سُفيان بن عُيينة ثنا أيوب الطائي قال سمعت الشعبي يقول

    [32] Abu Khaithama ons verhaalde: Sufyaan bin ‘Uyainah leverde ons over: Ayyoob At-TTaa-ee leverde ons over zeggende: ik hoorde Ash-Sha’bee zeggen:


    ما رأيت أحداً من الناس أطلب للعلم في أفق من اﻵفاق من مسروق


    “Ik heb in de gehele mensheid niemand gezien, zo ver als dat de horizon reikt, die meer verlangde naar het zoeken van kennis zoals Masrooq.”

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  12. #42
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    حدثنا أبو خيثمة ثنا هُشيم ثنا سيّار عن جرير بن حيان

    [33] Abu Khaithama ons verhaalde: Hushaim leverde ons over: Sayyaar leverde ons over van Jareer bin Hayyaan:


    إنّ رجلاً رحل إلى مصر في هذا الحديث، فلم يَحُلَّ رَحلَه حتى رجع إلى بيته :من ستر على أخيه في الدنيا، ستر الله عليه في اﻵخيرة


    “Een man[16] reisde naar Egypte voor deze
    hadieth en hij onderbrak zijn reis niet, totdat hij terug keerde naar zijn huis. (De hadieth was:) ‘Wie de fouten van zijn broeder verbergt in deze wereld, Allaah zal zijn fouten verbergen in het Hiernamaals.’”

    [16] Hij is ‘Uqbah bin ‘Aamir en hij reisde om Maslama bin Mukhallad te zien, die aan de macht was in Egypte, zoals voorkomt in de Musnad (4/104).

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  13. #43
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    8. Het dicteren van sommigen van de Salaf aan hun studenten

    حدثنا أبو خيثمة ثنا سفيان عن ابن جريج قال

    [34] Abu Khaithama ons verhaalde: Sufyaan leverde ons over van ibn Juraij dat hij heeft gezegd:


    أملى عليّ نافع


    “Naafi’ dicteerde (hadieth) aan mij.”


    حدثنا أبو خيثمة ثنا جرير عن عبد الملك بن عمير عن ورّاد كاتب المغيرة قال


    [35] Abu Khaithama ons verhaalde: Jareer leverde ons over van ‘Abd al-Malik bin ‘Umair van Warraad - de schrijver van al-Mugheerah - dat hij heeft gezegd:


    أملى عليّ المغيرة، و كتبته بيدي


    “Al-Mugheerah dicteerde (hadieth) aan mij. En ik schreef ze op met mijn hand.”[17]

    [17] Zijn keten van overlevering is saheeh (authentic). Moesliem leverde het over in zijn Saheeh (2/95).

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  14. #44
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    حدثنا أبو خيثمة ثنا عبد الله بن نُمير عن الأعمش قال

    [36] Abu Khaithama ons verhaalde: ‘Abdullaah bin Numair leverde ons over van al-A’mash dat hij heeft gezegd:


    ذكر إبراهيم فريضةً أو حديثاً، فقال: احفظ هذا، لعلك تسأل عنه يوماً من الدهر


    “Ibrahiem [An-Nakha’ee] noemde een verplichte zaak of een hadieth en zou dan zeggen: ‘Onthoudt dit, voor het geval je ernaar gevraagd wordt op een dag van de tijd.’”

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين


  15. #45
    مَعاذ الله

    Reacties
    2.995
    26-04-2002

    حدثنا أبو خيثمة ثنا أبو معاوية ثنا الأعمش عن إبراهيم قال


    [37] Abu Khaithama ons verhaalde: Abu Mu’aawiyah lever de ons over: al-A’mash leverde ons over van Ibrahiem [An-Nakha’ee] dat hij heeft gezegd:


    كانوا يكرهون أن يُظهر الرجل ما عنده


    “Zij (Sahaabah) haatten het dat een man bekend maakt wat hij bij zich heeft.”


    حدثنا أبو خيثمة ثنا عثَّام بن علي العامري قال سمعت الأعمش يقول


    [38] Abu Khaithama ons verhaalde: ‘Uthaam bin ‘Alee al-’Aamiree zei dat hij al-A’mash hoorde zeggen:


    ما سمعت إبراهيم يقول في شيء برأيه قط


    “Ik heb Ibrahiem nooit niet zijn eigen mening horen zeggen om iets.”

    Bron: Kitaab al-'ilm - Shaykh al-Albaani رحمه الله
    Qur3iyabi قرعيابي taa ti toe

    قل سبحان الله ومآ أنا من المشركيين ~ ومآ من المبتدعييييين