Souhaila knikte zachtjes. Jalliel houdt van haar dat wist ze heel zeker, hij zou nooit willen dat iemand zijn zusje wat doet. Hij zou gauw komen en haar redden uit deze hel. Dacht ze. Toen hoorde ze opeens geschreeuw, het kwam van buiten vandaan! Ze draaide zich om en zag dat de balkon deur open was, Samir rende naar de balkon. Even kon Souhaila niet meer bewegen, want ze hoorde een pistoolschot. Haar knieen werden week en ze kon niet meer staan. Ze plofte zachtjes op de grond, en begon luidruchtig te huilen. " Jalliel please kom mij helpen uit deze hel, please......! " Toen kwam iemand de kamer binnen lopen, het was Jalliel! Maar wie stond achter hem, het was Samir die hem onder het schot hield. Souhaila wilde zo graag haar broer in haar armen houden, maar zijn blik zei al genoeg. Hij wilde haar waarschuwen, hij bleef haar strak aankijken, en maakte oogbewegingen. Souhaila begreep er helemaal niets meer van. Wat wilde Jalliel dat ik deed? Dat ik weg rende voor mij leven, en dat hij vermoord werd? Appie kwam ook dichterbij, en ging voor Jalliel's neus staan. " Luister vieze hond, jij hebt Saida verpest, denk jij dat je hier zonder straf uit zult komen? Jij zult lijden vieze klootzak!" zei Appie. Jalliel keek ijzig en woedend naar Appie. " Saida heeft tegen jouw gelogen, ik heb haar met geen vinger aangeraakt! Ze wilde mij, ze was zelf bereidt met mij in bed te duiken zodat ik dan bij haar bleef. Maar ik wil jou zusje niet, hoor je mij ik wil haar niet. " zei Jalliel. Souhaila die nog op de grond lag luisterde bang mee, wat moest ze nou doen?