Oh mijn lieve leven,
zoveel heb je mij gegeven.
Maar je kon het ook niet weten.
Dat iemand zo onschuldig en zo klein,
niet meer weet te overleven.
Dat het je alleen maar verwijten kan geven.
Oh mijn lieve leven,
kon je het maar weten.
Kon je mijn wonden maar laten helen.
Oh mijn lieve leven,
heb ik je niet altijd gezegd
dat ik alleen daar wens te leven.
Daar waar rust en vrede triomferen.
Waarom wilde je me toch hier ketenen?
Waarom heb je me leren vliegen?
Oh mijn lieve leven,
ik roep al mijn trouwe vrienden om mij heen.
Ik schreeuw het uit want ik wil het niet beleven.
Oh Mijn lieve leven,
Laat mij los.
Hoor mij kreet.
Luister naar mijn ziel,
bevrijd mij van dit leven.
Schenk mij dat gegeven.
Om trouw te zijn aan mijn Schepper.
Om terug te keren naar mijn Heer,
Die altijd van mij heeft gehouden.
Oh mijn dierbare leven,
houd dit wereldse leed bij je.
Ik verban het uit mijn verleden.
Ik smeek mijn Heer,
mij te vergeven,
voor mijn lafheid in daden.
Ik smeek mijn Heer,
mij naar huis te laten komen.
Ik smeek mijn Heer,
mijn hart en ziel te bevrijden.
Ik smeek mijn heer,
mij niet in de steek te laten.
Oh mijn dierbare leven,
heb jij niet vooraf geweten
dat zo onschuldig en zo klein,
niet bestand is tegen dit wereldse leven.