Na het eten hielp ik mijn moeder met afruimen en schoonmaken. Mijn vader bracht mijn broertjes en zusjes naar bed. Dat miste ik van kind zijn. Mijn vader vertelde altijd de prachtigste sprookjes. Wanneer hij vertelde over de jongetjes en meisjes die avonturen beleefde in zijn verhalen, was het net alsof je het zelf meemaakte. De warme, zware stem van mijn vader wist alle emoties op te roepen die in het verhaal beleefde werden. Wanneer de heldin in een gevaarlijke situatie zat, voelde je de angst met haar mee. En wanneer ze op het einde lang en gelukkig leefde, kon je ook echt met vreugde in je hart gaan slapen. Maar ik was die tijd eigenlijk al ontgroeid. De tijd dat de sprookjes voor mij bedoeld waren. Vaak luisterde ik toch mee, met de smoes dat ik mijn broertjes en zusjes in moest stoppen. Wanneer ik dat zei glimlachte mijn vader altijd toegefelijk en liet me tussen mijn broertjes en zusje in mee luisteren naar het verhaal.
Maar vanavond hielp ik mijn moeder met afruimen en schoonmaken. Ik wilde weten wat het was dat die frons op mijn vader’s gezicht had gebracht. Eenmaal alleen met mijn moeder, in de keuken, kon ik mij niet meer inhouden.
“Mama, wat is er met papa aan dehand?”
“Jij merkt ook alles he Sara” Zij ze geirriteerd, maar ook wel een beetje trots dat mijn vader’s gemoedstoestand niet aan mij voorbij was gegaan.
“Ik zal het je maar gewoon vertellen Sara,” zuchtte mijn moeder. Als ik het niet vertel, hoor je het vanzelf in het dorp wel.”
Ze draaide zich om en keek me ernstig aan. Mijn maag maakte een rare sprong. Ik wilde eigenlijk niet dat het me zou vertellen. Ik had het gevoel dt ik, wanneer mijn moeder uitgesproken was, mijn jeugd voor altijd kwijt zou zijn.
Maar het was nu te laat. Ze zou me nu gaan vertellen wat die blik in mijn vader’s ogen betekende.
“sara,, er is oorlog op komst”