Russische diplomaat
gedood tijdens ontvoering
BAGDAD - Terroristen hebben zaterdag in de Iraakse hoofdstad Bagdad een Russische diplomaat gedood en vier andere ambassademedewerkers ontvoerd. Dat heeft het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken zaterdag bevestigd.
Onbekenden blokkeerden met drie auto's de straat in de chique wijk Mansour in het westen van Bagdad waar de Russen reden. Ze namen het voertuig met het vijftal onder vuur, schoten de diplomaat dood, en namen de vier andere Russen mee. Het is onbekend of er onder hen ook andere diplomaten zijn of dat het om lager ambassadepersoneel gaat, aldus het ministerie in een verklaring.
Het is voor het eerst dat de Russische diplomatieke vertegenwoordiging in Irak het slachtoffer wordt van geweld. Rusland was met Duitsland en Frankrijk de belangrijkste criticaster van de invasie in 2003 door de Verenigde Staten en Groot-Brittannië.
In Irak werd eind mei een diplomaat uit de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) na twee weken vrijgelaten door zijn ontvoerders. Vorig jaar werden in totaal vijf diplomaten uit Algerije, Egypte en Marokko ontvoerd en gedood door opstandelingen. Ook diplomaten en ambassademedewerkers uit Japan, Iran, Duitsland en de Verenigde Staten zijn de afgelopen drie jaar gedood.
In de op een na grootste stad van Irak, Basra, zijn zaterdag zeker vijftien doden en dertig gewonden gevallen door een zelfmoordaanslag met een bomauto. De auto explodeerde op de markt in het oude deel van de stad. De aanslag gebeurde drie dagen nadat premier Nuri Al Maliki de noodtoestand afkondigde in de zuidelijke havenstad met het doel het geweld daar de kop in te drukken.
In en rond Bagdad zijn zaterdag tien lijken gevonden, op straat of opgevist uit de rivier de Tigris, meldde de politie. In Ghalibiya werden acht hoofden zonder romp gevonden. De hoofden waren in een doos aan de kant van de weg gezet.
Ondertussen heeft de Iraakse regering laten weten dat het geen genoegen neemt met de officiële Amerikaanse verklaring voor een mogelijk bloedbad van Ishaqi. De regering gaat daarom een eigen onderzoek instellen, meldde de hoge regeringsfunctionaris Adnan Al Kazimi zaterdag.
De Britse omroep BBC toonde vrijdag beelden waaruit zou blijken dat Amerikaanse militairen in maart in koelen bloede elf Iraakse burgers hebben gedood, onder wie vijf kinderen. Het Amerikaanse leger spreekt tegen dat militairen de regels hebben overtreden. Ze zouden hebben teruggeschoten toen er vanuit een huis op hen werd gevuurd. In de woning zou een Al Qaida-lid zich hebben schuilgehouden.
De Iraakse regering „heeft van meer dan een bron vernomen dat de doden in Ishaqi zijn gevallen onder duistere omstandigheden”, aldus Kazimi. Irak zal excuses en een schadevergoeding eisen.
De VS lagen al onder vuur wegens een bloedbad dat in november door mariniers zou zijn aangericht in Haditha en waarbij mogelijk 24 onschuldige mensen werden vermoord. Commandanten van de Amerikaanse troepen in Irak wisten al twee dagen na het bloedbad dat de 24 Iraakse burgers waren doodgeschoten en niet door een bom om het leven waren gekomen, zoals in een persbericht was beweerd. Dit meldde de Amerikaanse krant The New York Times zaterdag op gezag van anonieme bronnen bij de Amerikaanse strijdkrachten.