Marokkanen.
Het maakt niet uit waar ter wereld je bent, want je komt ze overal tegen. Marokkanen. Als ze er eenmaal zijn, schieten ze als onkruid uit de grond en krijg je ze met geen mogelijkheid meer weg.
Ze wonen altijd in groepjes bij elkaar in een soort van communes zodat als de vreemdelingenpolitie komt, ze niet weten wie Abdel is of wie Ahmet is.
Hun vrouwen dragen altijd een hoofddeksel. Voor de buitenwereld wordt er de schijn opgehouden dat dat is voor hun eigen veiligheid en bescherming, maar zelf weten ze beter. Er zijn die verschillende hoofddeksels met ieder een andere reden.
De eerste is de hoofddoek waarbij alleen het haar is bedekt voor het geval het haar lijkt op de kont van een bouvier. De tweede is een sluier waarbij alleen maar haar ogen te zien zijn. Deze is voor het geval ze zo lelijk is dat je alles beter kunt bedekken. De derde is de burqa met het gaasje voor de ogen. Deze is uitgevonden door een man waarvan zijn vrouw zo scheel uit haar ogen keek dat ze met haar linkeroog kon zien dat ze een vuiltje had in het rechteroog.
Ze zijn niet onderdrukt, want deze vrouwen hebben recht! Het aanrecht! Hun zonen zijn overigens zo trots op hun dat ze van de pubertijd af aan nooit hun snor afscheren om maar zo veel mogelijk op hun moeders te lijken.
Daarbij stelen ze als de raven. Geen wonder dus dat ze door de gemeentes allemaal in een wijk worden gezet. Dan kunnen ze elkaars gejatte spullen jatten. Marokkanen zijn wel blij met de koningin,l want door haar is er namelijk het jaarlijks terugkerende evenement: Koninginnedag! Op deze dag organiseren al deze Marokkaantjes uit dezelfde wijk een snuffelmarkt waar alle gejatte en nog niet verkochte spullen van die Hollandiërs verkocht worden. Een marokkaan zal ook nooit trouwen met een neger, want dan krijgen ze kinderen die te lui zijn om te stelen. Niet goed voor de zaken dus…
Hollandiërs zijn niets blij met deze Marokkanen omdat ze vaak woekeren. Ze trouwen, jongen als konijnen en hebben binnen de kortste keren een gezin zo groot dat hun huis bol gaat staan. Zo zijn dus de zogenaamde ‘bolwoningen’ ontdekt.
Verder zijn Marokkanen te eigenwijs om te integreren. Hier is het verhaal over Fatima en Hakima.
Hakima en Fatima gaan naar de Nederlandse les om te integreren. Als ze niet slagen en dus ook niet integreren moeten ze terug naar Marokko.
Vandaag waren ze ook weer mij meneer Laman die stijf gereformeerd is en hun les geeft. Deze les was niet zoals gewoonlijk, want mevrouw Rita Verdonk was er ook.
"Kom op dames, ik wil die aardappel bij jullie horen. De hete aardappel in de mond..." Zegt meneer Laman geïrriteerd, omdat ze te Marokkaans klinken.
"Ja mar menier, Fatima en iek fienden Aardappel niet lekker. Couscous menier, heel lekker! Wij maken voor oe en oe dan couscous eten."
"Nou Hakima, ik prefereer aardappeltjes."
"Ja aardappel, met sprouten seker! bah!" Gromt Hakima weer.
"Ssst Hakima, sssst... Frouw Ferdonk ook hier. dalijk zai zegge jij terug naar Marokko, want jij geen sproutjes eten! niet genoeg integrierd!
Zo gaat dan dus met alle Marokkaantjes.
Op al die middelbare scholen ook, ze gaan er heen tegen heug en meug en maken er alles onveilig. Typisch Marokkaans: De boel onveilig maken! Of het nu gaat om Mohammed B of Ali B, ze zetten allebei de boel op stelten!
Ze zitten in de les, schieten (en slikken) bolletjes, gooien met krijtjes, maken hun leraar uit voor kaaskop en als dat allemaal is gedaan gaan de weer suïcidaal over hun tafeltjes hangen en kijken loensend uit hun ogen.
Verder halen ze allerlei apenstreken en kattenkwaad uit zoals stelen, Nederlandse ministers beledigen, bommetjes gooien en roofmoord. Ze vergassen joden met hun knoflookadem en ruften soms zo hard dat er een gat in hun broek of witte jurk brand.
Ze kijken nooit een film, of lezen nooit en boek. Ze hangen in het park, met hun piemels uit hun broek.
Dat is dan, de Marokkaanse jeugd van tegenwoordig.
Nu maar hopen dat hun yemma trots op hun is!