abuhudayfa
30-01-2006, 15:36
Lees dit goed broeder of zuster, dit is geen verhaaltje uit
grootmoeders dagboek, dit is de WAARHEID
NIET BANG DOEN MAAR GEWOON FF LEZEN JE ZIET HET VANZELF.....
Verwijder niet of als je denkt komt nog wel ofzo, wie zegt dat
je er morgen nog bent,waarom zou je verwijderen,als je fout zit
dan kan je veranderen,maar verander nu voordat het telaat is.
En verander niet alleen met de ramadan, maar verander voor
altijd,niet met ramadan ik ga het proberen,er valt niks te
proberen,je MOET het.
en stuur het door aan andere maar voordat je dat doet lees het
goed..heel goed... en denk overna..wordt je bang?Hoeft niet, er
is niets te vrezen zolang je in Allah swt gelooft, bid, en je
zogoed mogelijk aan de regels houdt..
Lees.........
>Door Ali is overgeleverd dat de Heilig
Profeet een droom had gehad, die hij na het fadjr gebed
vertelde:
"Twee engelen kwamen naar mij toe en hielden mij bij mijn
schouders vast en namen mij zo mee naar de hel. Hier was een
engel met een grote steen in zijn hand.
Hij sloeg een man zo hard dat zijn hersenen en zijn kaak uit
elkaar vielen. Toen de engel de steen weer ophief waren de
hersenen en den kaak weer hersteld. Weer sloeg hij met de steen
en het had hetzelfde resultaat. Ik vroeg de engelen die bij mij
waren: "Wie is deze man?" Zij zeiden: "Laten wij verder gaan." Ik
ging verder en zag een engel met een ijzeren staaf met een
gebogen uiteinde. Voor hem stond een man. Hij stak de staaf aan
de rechterkant in zijn mond en scheurde die tot het oor uit. Toen
ging hij naar de linkerkant en scheurde die tot het oor uit.
Ondertussen was de rechterkant van de mond genezen. Ik vroeg de
engelen:
"Wie is deze man?" Zij zeiden mij verder te gaan. Ik ging verder.
Ik zag een snelstromend kanaal met bloed waarin mensen waren,
naakt en aan de oevers van het kanaal waren engelen met stenen.
Als zij naar de kant zwommen, sloegen zij hen hard en zo kwamen
zij
weer diep in het kanaal terecht, verder van de kant af. Ik
vroeg wie dit waren. Zij zeiden: "Laten wij verder gaan." Ik liep
door en zag een huis ruim aan de onderkant en smal aan de
bovenkant, gevuld met vuur en een groep mannen, naakt,
schreeuwend en stinkend. Ik vroeg: "Wie zijn dit?" Zij zeiden:
"Later wij verder gaan" en zag een zwarte rots met daarbovenop
mensen. Van beneden kwam een vuur dat helemaal oplaaide tot hun
mond, neus, oren en ogen. Ik vroeg: "Wie zijn dit?" Zij zeiden:
"Laten wij verder gaan." Ik liep door en ik zag van een grote
afstand een groot vuur branden. Er was daar een angstaanjagende
engel die alle
vlammen verzamelde die naar buiten kwamen. Ik vroeg: "Wie is dit?
"Zij zeiden: "Laten wij verder gaan."
Ik ging verder en zag een heel groene tuin, daarin zat een
uitzonderlijk mooie man met veel kinderen om hem heen. Er was een
boom met bladeren als olifantsoren. Ik ging vaar boven zover als
Allah wilde. Daar zag ik een prachtig huis, gemaakt van parels,
goudsteen en robijn. Ik vroeg: "Wat is dit voor een huis?" Zij
zeiden: "Laten wij verder gaan." Toen ik doorliep kwam ik bij een
kanaal met twee bruggen van goud en zilver, met aan beide oevers
paleizen, prachtig gemaakt van parels, groene chrysoliet en
robijn, met kopjes en vaten op de oevers daarvan. Ik vroeg: "Wat
is dit?" Zij zeiden: "Proef het maar." Ik ging naar de oever en
nam een kop water uit het kanaal en dronk het op. Het was zoeter
dan honing, witter dan melk en zachter dan boter en het was
zuiver.
Nu vroeg ik de engelen de vreemde zaken die ik vandaag had
gezien voor mij te beschrijven. Zij antwoordden: "Degenen wiens
hersenen en kaken kapot vielen, baden het Isja gebed niet en de
rest van de gebeden op vreemde tijden. Dit zal hun straf zijn tot
de Dag des Oordeels. Degenen wiens mond met een ijzeren staaf
doorstoken werden, waren mensen die roddelden en leugens en ruzie
onder de moslims verspreidden. Dit zal hun straf zijn tot de Dag
des Oordeels. Degenen die in het kanaal vol bloed zwommen en die
stenen in hun gezicht kregen gegooid, aten woeker op. De straf
duurt tot de Dag des Oordeels. De blote vrouwen in het vuur waren
overspelige en deze straf duurt tot de Dag des Oordeels. De
mensen op de zwarte rots met vuur uit hun mond, neus, oren en
ogen zijn de homoseksuelen die zich als de mensen van Lot
gedroegen. Deze straf duurt tot de Dag des Oordeels. Het
vuur dat hoog uit de verte brandt is de hel.
De hele groene tuin is Djannate ul-Aden. De oude heer is
Ibrahim, de vriend van Allah en de kinderen om hem heen, zijn de
kinderen die jong overleden zijn. De boom is de
Sidratoel-Moenthaa. De paleizen aan de oevers van het kanaal
behoren toe aan de profeten en de goede gelovigen. En dat kanaal
is Kauthar, dat Allah jou gegeven heeft. Het paleis behoort jou
en je familie toe. De geleerden hebben met deze hadith het bewijs
laten zien dat de bestraffing in het graf klopt. Iedere ziel zal
afhankelijk zijn van zijn proeven van daden. De droom van een
Profeet is een openbaring en is waar. Hij heeft gezegd dat deze
bestraffing duurt tot de Dag des Oordeels.
Bid..en blijf bidden voordat het telaat is..
en vraag altijd vergevenis want als Allah swt het wil dan
gebeurd het ook!!
grootmoeders dagboek, dit is de WAARHEID
NIET BANG DOEN MAAR GEWOON FF LEZEN JE ZIET HET VANZELF.....
Verwijder niet of als je denkt komt nog wel ofzo, wie zegt dat
je er morgen nog bent,waarom zou je verwijderen,als je fout zit
dan kan je veranderen,maar verander nu voordat het telaat is.
En verander niet alleen met de ramadan, maar verander voor
altijd,niet met ramadan ik ga het proberen,er valt niks te
proberen,je MOET het.
en stuur het door aan andere maar voordat je dat doet lees het
goed..heel goed... en denk overna..wordt je bang?Hoeft niet, er
is niets te vrezen zolang je in Allah swt gelooft, bid, en je
zogoed mogelijk aan de regels houdt..
Lees.........
>Door Ali is overgeleverd dat de Heilig
Profeet een droom had gehad, die hij na het fadjr gebed
vertelde:
"Twee engelen kwamen naar mij toe en hielden mij bij mijn
schouders vast en namen mij zo mee naar de hel. Hier was een
engel met een grote steen in zijn hand.
Hij sloeg een man zo hard dat zijn hersenen en zijn kaak uit
elkaar vielen. Toen de engel de steen weer ophief waren de
hersenen en den kaak weer hersteld. Weer sloeg hij met de steen
en het had hetzelfde resultaat. Ik vroeg de engelen die bij mij
waren: "Wie is deze man?" Zij zeiden: "Laten wij verder gaan." Ik
ging verder en zag een engel met een ijzeren staaf met een
gebogen uiteinde. Voor hem stond een man. Hij stak de staaf aan
de rechterkant in zijn mond en scheurde die tot het oor uit. Toen
ging hij naar de linkerkant en scheurde die tot het oor uit.
Ondertussen was de rechterkant van de mond genezen. Ik vroeg de
engelen:
"Wie is deze man?" Zij zeiden mij verder te gaan. Ik ging verder.
Ik zag een snelstromend kanaal met bloed waarin mensen waren,
naakt en aan de oevers van het kanaal waren engelen met stenen.
Als zij naar de kant zwommen, sloegen zij hen hard en zo kwamen
zij
weer diep in het kanaal terecht, verder van de kant af. Ik
vroeg wie dit waren. Zij zeiden: "Laten wij verder gaan." Ik liep
door en zag een huis ruim aan de onderkant en smal aan de
bovenkant, gevuld met vuur en een groep mannen, naakt,
schreeuwend en stinkend. Ik vroeg: "Wie zijn dit?" Zij zeiden:
"Later wij verder gaan" en zag een zwarte rots met daarbovenop
mensen. Van beneden kwam een vuur dat helemaal oplaaide tot hun
mond, neus, oren en ogen. Ik vroeg: "Wie zijn dit?" Zij zeiden:
"Laten wij verder gaan." Ik liep door en ik zag van een grote
afstand een groot vuur branden. Er was daar een angstaanjagende
engel die alle
vlammen verzamelde die naar buiten kwamen. Ik vroeg: "Wie is dit?
"Zij zeiden: "Laten wij verder gaan."
Ik ging verder en zag een heel groene tuin, daarin zat een
uitzonderlijk mooie man met veel kinderen om hem heen. Er was een
boom met bladeren als olifantsoren. Ik ging vaar boven zover als
Allah wilde. Daar zag ik een prachtig huis, gemaakt van parels,
goudsteen en robijn. Ik vroeg: "Wat is dit voor een huis?" Zij
zeiden: "Laten wij verder gaan." Toen ik doorliep kwam ik bij een
kanaal met twee bruggen van goud en zilver, met aan beide oevers
paleizen, prachtig gemaakt van parels, groene chrysoliet en
robijn, met kopjes en vaten op de oevers daarvan. Ik vroeg: "Wat
is dit?" Zij zeiden: "Proef het maar." Ik ging naar de oever en
nam een kop water uit het kanaal en dronk het op. Het was zoeter
dan honing, witter dan melk en zachter dan boter en het was
zuiver.
Nu vroeg ik de engelen de vreemde zaken die ik vandaag had
gezien voor mij te beschrijven. Zij antwoordden: "Degenen wiens
hersenen en kaken kapot vielen, baden het Isja gebed niet en de
rest van de gebeden op vreemde tijden. Dit zal hun straf zijn tot
de Dag des Oordeels. Degenen wiens mond met een ijzeren staaf
doorstoken werden, waren mensen die roddelden en leugens en ruzie
onder de moslims verspreidden. Dit zal hun straf zijn tot de Dag
des Oordeels. Degenen die in het kanaal vol bloed zwommen en die
stenen in hun gezicht kregen gegooid, aten woeker op. De straf
duurt tot de Dag des Oordeels. De blote vrouwen in het vuur waren
overspelige en deze straf duurt tot de Dag des Oordeels. De
mensen op de zwarte rots met vuur uit hun mond, neus, oren en
ogen zijn de homoseksuelen die zich als de mensen van Lot
gedroegen. Deze straf duurt tot de Dag des Oordeels. Het
vuur dat hoog uit de verte brandt is de hel.
De hele groene tuin is Djannate ul-Aden. De oude heer is
Ibrahim, de vriend van Allah en de kinderen om hem heen, zijn de
kinderen die jong overleden zijn. De boom is de
Sidratoel-Moenthaa. De paleizen aan de oevers van het kanaal
behoren toe aan de profeten en de goede gelovigen. En dat kanaal
is Kauthar, dat Allah jou gegeven heeft. Het paleis behoort jou
en je familie toe. De geleerden hebben met deze hadith het bewijs
laten zien dat de bestraffing in het graf klopt. Iedere ziel zal
afhankelijk zijn van zijn proeven van daden. De droom van een
Profeet is een openbaring en is waar. Hij heeft gezegd dat deze
bestraffing duurt tot de Dag des Oordeels.
Bid..en blijf bidden voordat het telaat is..
en vraag altijd vergevenis want als Allah swt het wil dan
gebeurd het ook!!