Aselhiej
27-04-2003, 13:10
Marokko - Geschiedenis
In de Oude Steentijd werden er al resten gevonden van menselijke bewoning in een gebied ten zuiden van Casablanca. Na de laatste ijstijd gingen volkeren zich rond de kust van de Middellandse Zee vestigen.
Ook in Marokko, rond 3000 voor Christus, vestigde er zich een volk van jagers en en rondtrekkende nomaden. De eerst inheemse bewoners van Marokko waren de Berbers, die bekend stonden als een oorlogszuchtig, fanatiek volk, dat zich snel in het Middellandse Zee-gebied vermenigvuldigde.
Feniciërs
Rond 1000 voor Christus kwamen vanuit het huidige Libanon de Feniciërs naar Marokko, met het doel er handelsposten te stichten. Al snel vestigden deze handelaren zich in verschillende streken en kunnen worden beschouwd als de vaders van het oude Marokko. Zij specialiseerden zich in de handel van steenhouwen, pottenbakkerij, weefkunst, metaalbewerking en landbouw. In de zesde eeuw voor Christus heerste de leider Carthago in het Middellandse-Zee gebied, hij was de leider van alle Feniciërs, waaronder ook Marokko viel. In 146 voor Christus kwam een einde aan deze overheersing, nadat de Romeinen het rijk van de Carthaagse overheerser omver hadden geworpen. De Romeinen hadden de macht in het noorden van Marokko en noemden het Mauretania Tingitana, nadat ze eerst al Mauretanië hadden veroverd. In 429 na Christus veroverde de stam der Baquaten het gebied van de Romeinen, in 533 werd dit volk weer verdreven door een Byzantijnse legermacht.
Islam
De dood van de profeet Mohammed, die het nieuwe geloof van de Islam had gesticht, luidde een nieuw tijdperk in. In een poging om de Islam te verbreiden, trokken de Arabieren langs de kust van de Middellandse Zee naar het Westen. Daarbij stuitten ze op veel verzet van de Berbers. In 683 stootte de arabische legeraanvoerder Okba ben Nafi door naar de gebieden Sous en Ziz en bereikte als eerste de Atlantische Oceaan, maar hij werd weer door de Berbers teruggedrongen. In 710 had een andere veldheer, Moussa ben Noussir het gehele Marokkaanse gebied veroverd, Marokko werd daarbij een islamitisch land. Toch lukte het de Arabieren niet om de Berbers onder de duim te houden, zij bleven zich verzetten. In 788 komt een nazaat van de profeet Mohammed, Idris I, in Volubilis aan. Hij weet het vertrouwen op te wekken van de Berbers, die tot de stam van de Aouraba behoren, en wordt tot hun leider uitgeroepen. Na zijn dood volgt zijn zoon Idris II hem op, die over Centraal-Marokko heerste en de plaats Fès stichtte als een bolwerk van de arabische en islamitische cultuur. Na zijn dood werd het land voor zijn zonen opgedeeld, waardoor de macht bij meerdere leiders kwam te liggen.
Meriniden
In de elfde eeuw was Marokko verdeeld in vele koninkrijkjes, die vaak in vijandschap met elkaar leefden.Youssef ben Tachfin, stichter van de Almoraviden, wist vanaf 1040 een aantal gebieden te veroveren, van de rivier de Niger diep in Afrika tot aan delen van Zuid-Spanje, waarbij hij ook Marokko onder zijn hoede had. In de periode van 1146-1248 werd de macht overgenomen door de Almohaden, maar zij werden in 1213 bij Las Navas de Tolosa in Spanje een grote nederlaag toegebracht door de christenen. Een andere stam, de Meriniden onder leiding van strijder Beni Merin, profiteerde daar van en nam de macht over. Drie eeuwen lang heerste dit volk over onder meer Marokko, dat een grote bloei doormaakte. Met name de karavaantransporten door de woestijn met goud, ivoor en olie leverde een fortuin op. Maar ook dit koninkrijk raakte in verval, nadat de naar expansie strevende Portugezen grote gebieden langs de kust van Marokko veroverden.
De bloeddorstige
De Saädiërs wisten zowel de Portugezen als de Meriniden te verdrijven. In 1510 viel de Portugeze enclave Adagir, die na ruim dertig jaar vechten werd ingenomen. Enkele jaren later namen de Saädiërs Fès in, de hoofdstad van de Meriniden. Ook wonnen de Saädiërs de slag bij Ksar el Kebir, waarbij de Portugezen een harde slag werd toegebracht. Na een bloeitijd van de Saädiërs kwam de Alawieten aan de macht, van wie Moulay Ismaïl van 1672 tot 1726 hun machtige leider was. Hij bracht orde tussen de diverse Berberstammen en regeerde het land met wrede hand, hij werd ook wel 'de bloedorstige' genoemd. Wel genoot hij van het leven, zo kon hij terecht in een harem met meer dan vijfhonderd vrouwen.
Franse kolonialisten
De Franse overheersing begon rond 1830 met de bezetting van Algiers. Europa kreeg steeds meer invloed op Marokko, er werd in steden als Tanger, Algiers en Casablanca betaald met de Franse Franc. De Marokkaanse stammen hadden nog wel geprobeerd om de Fransen te verdrijven, maar onder leiding van Moulay Abd Er Rahman en Abd El Kader werden de Berberstammen verslagen. In 1844 moesten de Marokkanen een verdrag ondertekenen, waardoor ze de weg vrijmaakten voor de Franse bezetters, die ook Algerije wilden innemen. Op de conferentie van Algeciras in 1906 kreeg Frankrijk het protectoraat over Marokko, andere gebieden kwamen aan Spanje toe, maar Frankrijk breidde langzaam haar macht in de omliggende gebieden uit en in 1912 was een groot deel van Marokko onder Franse invloedssfeer. Het Rifgebergte kwam onder Spaanse bewind en Tanger werd een internationale tolvrije zone. De Franse generaal Lyautey, van 1912 tot 1925 resident-generaal in Marokko, was verantwoordelijk voor het protectoraat van het land. Er ontstonden opstanden tegen het Franse bewind door nationalistische groeperingen die naar onafhankelijkheid streefden. In de tweede wereldoorlog werd de rol van de Fransen verder verzwakt. Naast onderdrukking van het koloniaal bewind, dat veertig jaar duurde, hadden de Marokkanen er ook profijt van. De infrastructuur van het land verbeterde drastisch, er kwamen vliegvelden, bruggen, wegen, spoorlijnen, havens en dammen, gezondsheidscentra en andere voorzieningen.
Onafhankelijk
In 1944 steunde de sultan van Marokko, Sidi Mohammed ben Youssef, de Istizlal-partij, die naar onafhankelijkheid streefde. Weliswaar werd de sultan in 1953 verbannen naar het eiland Madagascar, maar twee jaar later keerde hij terug in Marokko. Er ontstond een guerillaoorlog tegen de Fransen en dat leidde op 2 maart 1956 tot de onafhankelijkheid van Marokko. De sultan werd na zijn dood in 1961 opgevolgd door zijn zoon Hassan II, die ondanks economische crises en mislukte staatsgrepen dertig jaar lang aan de macht blijft. Koning Hassan II verwierf grote sympathie met een door hem georganiseerde mars op 6 augustus 1975, waar 350.000 demonstranten naar de grens van Mauretanië trekken, om te protesteren tegen de bezetting van West-Sahara door de Spanjaarden. Dit gebied werd opgegeven door Spanje en ingelijfd door Marokko. Meer dan 150.000 Sahraouï-bewoners van West-Sahara zochten hun toevlucht in het Algerijnse Tindouf gebied en begonnen een vrijheidsoorlog, onder leiding van de Polisario-beweging. In 1979 bezette Koning Hassan II ook het zuidelijk deel van West-Sahara. In mei 1988 werden de diplomatieke betrekkingen met Algerije hersteld. Tijdens de Golfoorlog in 1991 stuurde Marokko 1300 soldaten die voor de geallieerde coalitie streed, onder leiding van de Verenigde Staten. Maar het Marokkaanse volk stond achter Irak en demonstreerde in febuari 1991 massaal in een anti-westerse sfeer.
Aselhiej
Politicoloog in opleiding
In de Oude Steentijd werden er al resten gevonden van menselijke bewoning in een gebied ten zuiden van Casablanca. Na de laatste ijstijd gingen volkeren zich rond de kust van de Middellandse Zee vestigen.
Ook in Marokko, rond 3000 voor Christus, vestigde er zich een volk van jagers en en rondtrekkende nomaden. De eerst inheemse bewoners van Marokko waren de Berbers, die bekend stonden als een oorlogszuchtig, fanatiek volk, dat zich snel in het Middellandse Zee-gebied vermenigvuldigde.
Feniciërs
Rond 1000 voor Christus kwamen vanuit het huidige Libanon de Feniciërs naar Marokko, met het doel er handelsposten te stichten. Al snel vestigden deze handelaren zich in verschillende streken en kunnen worden beschouwd als de vaders van het oude Marokko. Zij specialiseerden zich in de handel van steenhouwen, pottenbakkerij, weefkunst, metaalbewerking en landbouw. In de zesde eeuw voor Christus heerste de leider Carthago in het Middellandse-Zee gebied, hij was de leider van alle Feniciërs, waaronder ook Marokko viel. In 146 voor Christus kwam een einde aan deze overheersing, nadat de Romeinen het rijk van de Carthaagse overheerser omver hadden geworpen. De Romeinen hadden de macht in het noorden van Marokko en noemden het Mauretania Tingitana, nadat ze eerst al Mauretanië hadden veroverd. In 429 na Christus veroverde de stam der Baquaten het gebied van de Romeinen, in 533 werd dit volk weer verdreven door een Byzantijnse legermacht.
Islam
De dood van de profeet Mohammed, die het nieuwe geloof van de Islam had gesticht, luidde een nieuw tijdperk in. In een poging om de Islam te verbreiden, trokken de Arabieren langs de kust van de Middellandse Zee naar het Westen. Daarbij stuitten ze op veel verzet van de Berbers. In 683 stootte de arabische legeraanvoerder Okba ben Nafi door naar de gebieden Sous en Ziz en bereikte als eerste de Atlantische Oceaan, maar hij werd weer door de Berbers teruggedrongen. In 710 had een andere veldheer, Moussa ben Noussir het gehele Marokkaanse gebied veroverd, Marokko werd daarbij een islamitisch land. Toch lukte het de Arabieren niet om de Berbers onder de duim te houden, zij bleven zich verzetten. In 788 komt een nazaat van de profeet Mohammed, Idris I, in Volubilis aan. Hij weet het vertrouwen op te wekken van de Berbers, die tot de stam van de Aouraba behoren, en wordt tot hun leider uitgeroepen. Na zijn dood volgt zijn zoon Idris II hem op, die over Centraal-Marokko heerste en de plaats Fès stichtte als een bolwerk van de arabische en islamitische cultuur. Na zijn dood werd het land voor zijn zonen opgedeeld, waardoor de macht bij meerdere leiders kwam te liggen.
Meriniden
In de elfde eeuw was Marokko verdeeld in vele koninkrijkjes, die vaak in vijandschap met elkaar leefden.Youssef ben Tachfin, stichter van de Almoraviden, wist vanaf 1040 een aantal gebieden te veroveren, van de rivier de Niger diep in Afrika tot aan delen van Zuid-Spanje, waarbij hij ook Marokko onder zijn hoede had. In de periode van 1146-1248 werd de macht overgenomen door de Almohaden, maar zij werden in 1213 bij Las Navas de Tolosa in Spanje een grote nederlaag toegebracht door de christenen. Een andere stam, de Meriniden onder leiding van strijder Beni Merin, profiteerde daar van en nam de macht over. Drie eeuwen lang heerste dit volk over onder meer Marokko, dat een grote bloei doormaakte. Met name de karavaantransporten door de woestijn met goud, ivoor en olie leverde een fortuin op. Maar ook dit koninkrijk raakte in verval, nadat de naar expansie strevende Portugezen grote gebieden langs de kust van Marokko veroverden.
De bloeddorstige
De Saädiërs wisten zowel de Portugezen als de Meriniden te verdrijven. In 1510 viel de Portugeze enclave Adagir, die na ruim dertig jaar vechten werd ingenomen. Enkele jaren later namen de Saädiërs Fès in, de hoofdstad van de Meriniden. Ook wonnen de Saädiërs de slag bij Ksar el Kebir, waarbij de Portugezen een harde slag werd toegebracht. Na een bloeitijd van de Saädiërs kwam de Alawieten aan de macht, van wie Moulay Ismaïl van 1672 tot 1726 hun machtige leider was. Hij bracht orde tussen de diverse Berberstammen en regeerde het land met wrede hand, hij werd ook wel 'de bloedorstige' genoemd. Wel genoot hij van het leven, zo kon hij terecht in een harem met meer dan vijfhonderd vrouwen.
Franse kolonialisten
De Franse overheersing begon rond 1830 met de bezetting van Algiers. Europa kreeg steeds meer invloed op Marokko, er werd in steden als Tanger, Algiers en Casablanca betaald met de Franse Franc. De Marokkaanse stammen hadden nog wel geprobeerd om de Fransen te verdrijven, maar onder leiding van Moulay Abd Er Rahman en Abd El Kader werden de Berberstammen verslagen. In 1844 moesten de Marokkanen een verdrag ondertekenen, waardoor ze de weg vrijmaakten voor de Franse bezetters, die ook Algerije wilden innemen. Op de conferentie van Algeciras in 1906 kreeg Frankrijk het protectoraat over Marokko, andere gebieden kwamen aan Spanje toe, maar Frankrijk breidde langzaam haar macht in de omliggende gebieden uit en in 1912 was een groot deel van Marokko onder Franse invloedssfeer. Het Rifgebergte kwam onder Spaanse bewind en Tanger werd een internationale tolvrije zone. De Franse generaal Lyautey, van 1912 tot 1925 resident-generaal in Marokko, was verantwoordelijk voor het protectoraat van het land. Er ontstonden opstanden tegen het Franse bewind door nationalistische groeperingen die naar onafhankelijkheid streefden. In de tweede wereldoorlog werd de rol van de Fransen verder verzwakt. Naast onderdrukking van het koloniaal bewind, dat veertig jaar duurde, hadden de Marokkanen er ook profijt van. De infrastructuur van het land verbeterde drastisch, er kwamen vliegvelden, bruggen, wegen, spoorlijnen, havens en dammen, gezondsheidscentra en andere voorzieningen.
Onafhankelijk
In 1944 steunde de sultan van Marokko, Sidi Mohammed ben Youssef, de Istizlal-partij, die naar onafhankelijkheid streefde. Weliswaar werd de sultan in 1953 verbannen naar het eiland Madagascar, maar twee jaar later keerde hij terug in Marokko. Er ontstond een guerillaoorlog tegen de Fransen en dat leidde op 2 maart 1956 tot de onafhankelijkheid van Marokko. De sultan werd na zijn dood in 1961 opgevolgd door zijn zoon Hassan II, die ondanks economische crises en mislukte staatsgrepen dertig jaar lang aan de macht blijft. Koning Hassan II verwierf grote sympathie met een door hem georganiseerde mars op 6 augustus 1975, waar 350.000 demonstranten naar de grens van Mauretanië trekken, om te protesteren tegen de bezetting van West-Sahara door de Spanjaarden. Dit gebied werd opgegeven door Spanje en ingelijfd door Marokko. Meer dan 150.000 Sahraouï-bewoners van West-Sahara zochten hun toevlucht in het Algerijnse Tindouf gebied en begonnen een vrijheidsoorlog, onder leiding van de Polisario-beweging. In 1979 bezette Koning Hassan II ook het zuidelijk deel van West-Sahara. In mei 1988 werden de diplomatieke betrekkingen met Algerije hersteld. Tijdens de Golfoorlog in 1991 stuurde Marokko 1300 soldaten die voor de geallieerde coalitie streed, onder leiding van de Verenigde Staten. Maar het Marokkaanse volk stond achter Irak en demonstreerde in febuari 1991 massaal in een anti-westerse sfeer.
Aselhiej
Politicoloog in opleiding