OneTruth
14-08-2005, 16:45
Naar aanleiding van de topics van een aantal mensen over de fouten in de Bijbel..
Op pagina 131 van zijn boek, “ El-Sheaa and correction”, erkent de hedendaagse moslimgeleerde, dr. Mosa-El-Mosawy ruiterlijk:
“Zij die de verdraaiing van de koran aannemen, bevinden zich onder alle verschillende islamitische groeperingen, maar de meeste van hen zijn de Sjiietische geleerden.”
Verdraaiing van de koran is bij de gewone moslim een niet te voorstellen begrip, omdat de islamitische geleerden deze waarheid verbergen.
Uiteraard waren we niet tevreden met wat Dr. El-Mosawy reeds vermelde, maar we gingen terug naar de bekendste oude geleerden en naar de verwanten en metgezellen van Mohammed, om dit begrip betreffende de verdraaiing en het verlies van verscheidene delen van de koran te onderzoeken, omdat deze de betrouwbare mensen zijn wat betreft de geschiedenis en de ontwikkeling van de islam.
Na het onderzoeken van de getuigenissen van deze grote metgezellen was het antwoord positief. Zij verklaarden duidelijk dat verdraaiing en het verlies van grote fragmenten van de koran gebeurden. Laten we hun lezingen nauwkeurig onderzoeken om misleidde moslims de waarheid te laten zien zoals die werd geproclameerd door hun vertrouwde geestelijke leiders en geleerden. De bedrieglijke sluier moet verwijderd worden zodat mensen het ware gezicht van de koran kunnen zien.
Ibn Oemar al-Chattaab erkent nadrukkelijk:
“Laat niemand van u zeggen dat hij de volledige koran verworven heeft, want hoe weet hij dat het alles is? Veel van de koran is verloren gegaan, laat hem aldus zeggen: ‘Ik heb verworven wat beschikbaar is’”(Suyuti: Itqan, deel 3, pagina 72)
Aïsja (ook op pagina 72) voegt aan het verhaal van Ibn Oemar toe en zegt:
“Gedurende de tijd van de profeet telde het hoofdstuk van de Partijen tweehonderd verzen wanneer het gelezen werd. Toen Oethmaan de exemplaren van de koran redigeerde werden alleen de huidige (73 verzen) opgenomen”
Dezelfde bewering werd gedaan door Oebai ibn Ka’b, één van de grote metgezellen. Op pagina 72, deel 3, zegt de Suyuti:
“Deze beroemde metgezel vroeg één van de moslims: ‘Hoeveel verzen (heeft) het hoofdstuk van de Partijen (soera 33)?’ Hij zei: ´Tweeënzeventig of drieënzeventig verzen.’ Hij (Oebai) vertelde hem: ‘Het was bijna gelijk aan het hoofdstuk van de Koe (ongeveer 286 verzen) en omvatte het vers van de steniging.’ De man vroeg: ‘Wat is het vers van de steniging?’ Hij zei: ‘Als een oude man of een oude vrouw overspel pleegt, stenig ze dan tot de dood er op volgt.”’
Dit zelfde verhaal en dialoog dat plaats vond tussen de metgezel en één van de moslims is opgenomen door Ibn Hazm (Volume 8, deel 11, pag. 234, 235). Toen zei Ibn Hazm:
“Ali ibn abi Talib zei dat dit een betrouwbare keten van autoriteit heeft (De Zoetste [Al Mohalla] vol. 8)”
De Zamakh-shari citeerde het ook in zijn boek, ‘ al-Kash-Shaf’ (deel 3, pagina 518).
Dit zijn ontwijfelbare uitspraken gedaan door de pijlers van de islamitische godsdienst die Mohammeds uitspraken en biografie, “De Traditie” overleverden en die de koran interpreteerden; onder hen waren Ibn Oemar, Aïsja, Oebai ibn Ka’b en Ali ibn abi Talib. Ibn Oemar stelt dat een groot deel van de koran miste. Aïsja en Oebajj ibn Ka´b beweren dat grote hoeveelheden van het “hoofdstuk van de Partijen” verloren zijn gegaan. Ali bevestigt dat ook. Betreffende dit specifieke vers is het volgende incident genoteerd in “de Itqan” door Suyuti (deel 1, pagina 168):
“Tijdens de verzameling van de koran kwamen mensen naar Zaid ibn Thabit (met de verzen die ze onthouden hadden). Hij vermeed het registreren van welk vers dan ook tenzij twee mensen ervan getuigden. Het laatste vers van Berouw werd alleen gevonden bij Choezaima ibn Thabit. Zaid zei: ‘Beschrijf het, omdat de apostel van God het getuigenis van Choezaima gelijk maakt aan het getuigenis van twee mannen.’ Oemar kwam met het vers van de steniging, maar het werd niet opgeschreven omdat hij de enige getuige was.”
Men kan zich slechts verwonderen en zich afvragen: “Heeft Oemar een andere getuige nodig om met hem akkoord te gaan? Zou hij liegen tegenover God en de koran? Omwille daarvan zei Oemar nadien: “Ware het niet dat mensen zouden zeggen: ‘Oemar voegde toe aan het boek van God’, dan zou ik het vers van de steniging opgeschreven hebben” (deel 3, pagina 75 van de Itqan). Zie ook sjeik Kishk’s boek(deel 3, pagina 64). Een andere bekentenis gedaan door Aïsja:
“Onder de (verzen) die werden neergezonden, werd (het vers) van de tien borstvoedingen geabrogeerd en vervangen door een vers dat vraagt om vijf borstvoedingen. De apostel van God stierf en dit vers werd nog steeds als een deel van de koran gelezen. Dit werd verteld door Aboe Bakr en Oemar” (zie Suyuti’s qan, deel 3, pag. 62, 63).
Gebeurtenissen die hebben geleid tot het verlies van een aantal verzen
Een gedomesticeerd dier eet koranverzen op
In dit boek (Volume 8, deel II, pag. 235 en 236), zegt Ibn Hazm ronduit:
“De verzen van steniging en borstvoeding waren in het bezit van Aïsja in een exemplaar (van de koran). Toen Mohammed stierf en de mensen druk bezig waren met de voorbereidingen van de begrafenis kwam een gedomesticeerd dier en at het op”
Aïsja zelf verklaarde dat en zij wist precies wat zij bezat. Ook Mustafa Husayn die het boek “ al-Kash-shaf” van de Zamakh-Shari bewerkte en uitgaf, bevestigde dit feit op pagina 518 van deel 3. Hij zegt dat degenen die dit incident vertellen en zeiden dat een gedomesticeerd dier de verzen opat, betrouwbare mensen onder hen waren, namelijk: Abdallah ibn abi Bakr en Aïsja zelf. Dit zelfde verhaal wordt ook genoemd door Dar-Al-Qutni, al-Bazzar en al Tabarani, op gezag van Mohammed ibn Ishaak die het van Abdallah hoorde die het op zijn beurt weer van Aïsja zelf hoorde.
Professor Mustafa geeft aan dat dit niet uitsluit dat de abrogatie van deze verzen al plaatsgevonden had voordat het gedomesticeerde dier ze opat. Waarom wilde Oemar dan het vers van steniging in de koran laten registreren als het al was geabrogeerd? En waarom lazen de mensen de verzen van borstvoeding? En, als Mohammed stierf terwijl deze verzen nog steeds gereciteerd werden, wie abrogeerde ze? Abrogeerde het gedomesticeerde dier ze? Het is evident dat dit werkelijk gebeurde volgens het getuigenis van de metgezellen, moslimgeleerden en Aïsja zelf.
Op pagina 131 van zijn boek, “ El-Sheaa and correction”, erkent de hedendaagse moslimgeleerde, dr. Mosa-El-Mosawy ruiterlijk:
“Zij die de verdraaiing van de koran aannemen, bevinden zich onder alle verschillende islamitische groeperingen, maar de meeste van hen zijn de Sjiietische geleerden.”
Verdraaiing van de koran is bij de gewone moslim een niet te voorstellen begrip, omdat de islamitische geleerden deze waarheid verbergen.
Uiteraard waren we niet tevreden met wat Dr. El-Mosawy reeds vermelde, maar we gingen terug naar de bekendste oude geleerden en naar de verwanten en metgezellen van Mohammed, om dit begrip betreffende de verdraaiing en het verlies van verscheidene delen van de koran te onderzoeken, omdat deze de betrouwbare mensen zijn wat betreft de geschiedenis en de ontwikkeling van de islam.
Na het onderzoeken van de getuigenissen van deze grote metgezellen was het antwoord positief. Zij verklaarden duidelijk dat verdraaiing en het verlies van grote fragmenten van de koran gebeurden. Laten we hun lezingen nauwkeurig onderzoeken om misleidde moslims de waarheid te laten zien zoals die werd geproclameerd door hun vertrouwde geestelijke leiders en geleerden. De bedrieglijke sluier moet verwijderd worden zodat mensen het ware gezicht van de koran kunnen zien.
Ibn Oemar al-Chattaab erkent nadrukkelijk:
“Laat niemand van u zeggen dat hij de volledige koran verworven heeft, want hoe weet hij dat het alles is? Veel van de koran is verloren gegaan, laat hem aldus zeggen: ‘Ik heb verworven wat beschikbaar is’”(Suyuti: Itqan, deel 3, pagina 72)
Aïsja (ook op pagina 72) voegt aan het verhaal van Ibn Oemar toe en zegt:
“Gedurende de tijd van de profeet telde het hoofdstuk van de Partijen tweehonderd verzen wanneer het gelezen werd. Toen Oethmaan de exemplaren van de koran redigeerde werden alleen de huidige (73 verzen) opgenomen”
Dezelfde bewering werd gedaan door Oebai ibn Ka’b, één van de grote metgezellen. Op pagina 72, deel 3, zegt de Suyuti:
“Deze beroemde metgezel vroeg één van de moslims: ‘Hoeveel verzen (heeft) het hoofdstuk van de Partijen (soera 33)?’ Hij zei: ´Tweeënzeventig of drieënzeventig verzen.’ Hij (Oebai) vertelde hem: ‘Het was bijna gelijk aan het hoofdstuk van de Koe (ongeveer 286 verzen) en omvatte het vers van de steniging.’ De man vroeg: ‘Wat is het vers van de steniging?’ Hij zei: ‘Als een oude man of een oude vrouw overspel pleegt, stenig ze dan tot de dood er op volgt.”’
Dit zelfde verhaal en dialoog dat plaats vond tussen de metgezel en één van de moslims is opgenomen door Ibn Hazm (Volume 8, deel 11, pag. 234, 235). Toen zei Ibn Hazm:
“Ali ibn abi Talib zei dat dit een betrouwbare keten van autoriteit heeft (De Zoetste [Al Mohalla] vol. 8)”
De Zamakh-shari citeerde het ook in zijn boek, ‘ al-Kash-Shaf’ (deel 3, pagina 518).
Dit zijn ontwijfelbare uitspraken gedaan door de pijlers van de islamitische godsdienst die Mohammeds uitspraken en biografie, “De Traditie” overleverden en die de koran interpreteerden; onder hen waren Ibn Oemar, Aïsja, Oebai ibn Ka’b en Ali ibn abi Talib. Ibn Oemar stelt dat een groot deel van de koran miste. Aïsja en Oebajj ibn Ka´b beweren dat grote hoeveelheden van het “hoofdstuk van de Partijen” verloren zijn gegaan. Ali bevestigt dat ook. Betreffende dit specifieke vers is het volgende incident genoteerd in “de Itqan” door Suyuti (deel 1, pagina 168):
“Tijdens de verzameling van de koran kwamen mensen naar Zaid ibn Thabit (met de verzen die ze onthouden hadden). Hij vermeed het registreren van welk vers dan ook tenzij twee mensen ervan getuigden. Het laatste vers van Berouw werd alleen gevonden bij Choezaima ibn Thabit. Zaid zei: ‘Beschrijf het, omdat de apostel van God het getuigenis van Choezaima gelijk maakt aan het getuigenis van twee mannen.’ Oemar kwam met het vers van de steniging, maar het werd niet opgeschreven omdat hij de enige getuige was.”
Men kan zich slechts verwonderen en zich afvragen: “Heeft Oemar een andere getuige nodig om met hem akkoord te gaan? Zou hij liegen tegenover God en de koran? Omwille daarvan zei Oemar nadien: “Ware het niet dat mensen zouden zeggen: ‘Oemar voegde toe aan het boek van God’, dan zou ik het vers van de steniging opgeschreven hebben” (deel 3, pagina 75 van de Itqan). Zie ook sjeik Kishk’s boek(deel 3, pagina 64). Een andere bekentenis gedaan door Aïsja:
“Onder de (verzen) die werden neergezonden, werd (het vers) van de tien borstvoedingen geabrogeerd en vervangen door een vers dat vraagt om vijf borstvoedingen. De apostel van God stierf en dit vers werd nog steeds als een deel van de koran gelezen. Dit werd verteld door Aboe Bakr en Oemar” (zie Suyuti’s qan, deel 3, pag. 62, 63).
Gebeurtenissen die hebben geleid tot het verlies van een aantal verzen
Een gedomesticeerd dier eet koranverzen op
In dit boek (Volume 8, deel II, pag. 235 en 236), zegt Ibn Hazm ronduit:
“De verzen van steniging en borstvoeding waren in het bezit van Aïsja in een exemplaar (van de koran). Toen Mohammed stierf en de mensen druk bezig waren met de voorbereidingen van de begrafenis kwam een gedomesticeerd dier en at het op”
Aïsja zelf verklaarde dat en zij wist precies wat zij bezat. Ook Mustafa Husayn die het boek “ al-Kash-shaf” van de Zamakh-Shari bewerkte en uitgaf, bevestigde dit feit op pagina 518 van deel 3. Hij zegt dat degenen die dit incident vertellen en zeiden dat een gedomesticeerd dier de verzen opat, betrouwbare mensen onder hen waren, namelijk: Abdallah ibn abi Bakr en Aïsja zelf. Dit zelfde verhaal wordt ook genoemd door Dar-Al-Qutni, al-Bazzar en al Tabarani, op gezag van Mohammed ibn Ishaak die het van Abdallah hoorde die het op zijn beurt weer van Aïsja zelf hoorde.
Professor Mustafa geeft aan dat dit niet uitsluit dat de abrogatie van deze verzen al plaatsgevonden had voordat het gedomesticeerde dier ze opat. Waarom wilde Oemar dan het vers van steniging in de koran laten registreren als het al was geabrogeerd? En waarom lazen de mensen de verzen van borstvoeding? En, als Mohammed stierf terwijl deze verzen nog steeds gereciteerd werden, wie abrogeerde ze? Abrogeerde het gedomesticeerde dier ze? Het is evident dat dit werkelijk gebeurde volgens het getuigenis van de metgezellen, moslimgeleerden en Aïsja zelf.