Bekijk volle/desktop versie : Bidsprinkhaankreeft



03-09-2020, 15:27


De bidsprinkhaankreeft heeft twee hamers waarmee hij door het pantser van zijn onderzeese prooien kan rammen. Onderzoekers hebben ontdekt wat die wapens zo sterk maakt. De bidsprinkhaankreeft heeft de hardste klap op aarde.

Odontodactylus scyllarus, die een centimeter of 17 groot kan worden en vooral in de Indische oceaan voorkomt, is een agressief beestje. Bij het minste of geringste ramt hij erop los of slaat hij zonder veel moeite door bijvoorbeeld de schelp van een prooi. Hij is een in aquarium te houden, maar als het glas niet al te dik is, kan hij er zo’n harde tik tegen geven dat de woonkamer onder water komt te staan.

Hieronder de bidsprinkhaankreeft aan het werk.

[video=youtube;Hwji93BVjnI]http://www.youtube.com/watch?v=Hwji93BVjnI[/video]

De bidsprinkhaankreeft kan met 23 meter per seconde (83 kilometer per uur), een versnelling groter dan van een .22-kaliber kogel, een van de snelste stoten van het dierenrijk uitdelen. Een mep met één van zijn klauwen, met daarop een soort hamerachtige vergroeiing, kan een versnelling van 10.000 g bereiken en met een kracht van 700 newton aankomen. Dat betekent dat het dier een klap uit kan delen van meer dan duizend keer zijn eigen lichaamsgewicht.

Maar hoe kan het dat die wapens zelf bestand zijn tegen zulke krachten? David Kisailus van de Universiteit van Californië te Berkeley zocht het met zijn team uit. Volgens hen is de ‘hamer’ opgebouwd uit drie verschillende lagen. De buitenste is van hydroxyapatiet, een mineraal dat ook in botten voorkomt. Het bestaat uit keurig gerangschikte kristallen, waardoor het heel hard wordt. De laag daaronder, eveneens van hydroxyapatiet, heeft een veel minder nette structuur, waardoor het materiaal flexibeler is. Datzelfde geldt voor de derde laag van chitine. Dat materiaal, waar ook insectenpantsers van zijn gemaakt, is namelijk opgebouwd uit ‘verende’ spiralen. Door de flexibiliteit van de onderste lagen kunnen scheurtjes in de harde buitenste laag niet makkelijk groter worden.

De ogen van de bidsprinkhaankreeft, een kreeftachtige die al zo’n 400 miljoen jaar in het water rondloopt, inspireerden Amerikaanse ingenieurs bij het ontwerp van een beeldchip die veel beter in staat is voorwerpen te onderscheiden dan de beeldsensor die nu meestal wordt gebruikt.

De ogen van de bidsprinkhaankreeft (Mantis Shrimp) zijn al lang een geliefd object voor biologen en optici. De kreeftachtige gebruikt ze om zijn prooien goed te kunnen zien, en al snel bleek uit onderzoek dat ze veel complexer zijn samengesteld dan bijvoorbeeld het mensenoog. Ze kunnen namelijk de polarisatie van het licht onderscheiden, zien een veel breder lichtspectrum én zijn gevoelig voor tegelijk zwak als fel licht; ze hebben een hoge dynamisch bereik.

03-09-2020, 15:33


Up