Bekijk volle/desktop versie : Impressieve liefde



Pagina's : [1] 2 3 4

07-08-2016, 23:39


Proloog.

Als we daadwerkelijk gecreëerd waren voor deze wereld, dan zouden we gecreëerd zijn zonder de dood, zonder imperfecties en geduchte tekortkomingen. Maar hoe je het ook wendt of keert: het leven is een onlosmakelijke ketting die na elk schakel van leven gevolgd wordt door een schakel van dood.
Een koelte omarmde me in de kilte van de schuchtere nacht. Intense schaduwen vielen over de stoffige meubilair dat in het kleine kamertje stond waar ik me in bevond. Een briesje dat uit de gleufjes van de ramen naar binnen trok bracht me een abominabele rilling over mijn rug.
Mijn handen klemde zich bevend om het metalen wapen dat foutloos is afgewerkt met aluminium en metaal. Mijn wijsvingers sidderend op het afvuurmechanisme.
De ruis die is ontstaan in mijn oren zorgde ervoor dat ik de persoon tegenover me nauwelijks meer kon verstaan. Daarbij kwam kijken dat tevens mijn hart oorverdovend tegen mijn borstkas aan klopte.
‘Wat is er aan de hand popje?’ zei zijn stem lacherig. Het feit dat hij mij niet serieus kon nemen bracht mijn emoties nog meer uit de hand, waardoor de tranen in overvloed over mijn gloeiendhete wangen begonnen te stromen.
‘Durf je het toch niet te doen? Hoe zou je het ook kunnen doen. Ik ben de enige man die ooit van je heeft gehouden!’ riep hij dit keer uit. ‘totdat ik me realiseerde wat voor psychisch persoon je bent, net als je vreselijke moeder.’
Ik perste mijn lippen op elkaar, zodat ik niks ondeugdelijks kon zeggen. Ondanks mijn stilte tolereerde ik het absoluut niet dat hij op zo’n manier over mijn moeder sprak. Niet nadat ik erachter ben gekomen dat hij haar op een brute wijze heeft vermoord. Haar bloed zat nog op zijn handen.
Hij was alles voor me. Mijn held en mijn grootste voorbeeld. Ik keek op tegen hem en bewonderde hem voor de dingen die hij voor me deed. Het waren leugens. Het waren niks anders dan erbarmelijke leugens geweest.
‘Je kunt me niet vermoorden.’ Hij schudde zijn hoofd. ‘Hoe graag je ook wraak wilt nemen, omdat ik je lieftallige moeder heb vermoord. Je zou nooit die trekker kunnen overtrekken, want je hebt precies die achteloze, huiverige aarzeling die je moeder ook had. Tijd tikt prinsesje.’
Tijd tikt zeker. De rode wijzer van de klok leek elke seconde sneller te lopen. Er zat een kern van waarheid in zijn woorden. Mijn onzekere besluiteloosheid bracht veel dilemma’s met zich mee, maar ik kon mezelf daardoor niet als een imbeciel bestempelen. Zelfrespect had ik weldegelijk, ongeacht mijn flatterende onvolmaaktheid.
Hij liet een diepe zucht uit zijn mondhoek ontsnappen, alvorens hij zich op de houten stoel liet zakken die achter hem stond. Hij trok eveneens een volmaakte revolver uit de binnenkant van zijn leren jack.
‘Het is net als schaken, lieverd. Jij zet een stap naar mij en ik zet een stap naar jou. Uiteindelijk verlies je. Je moeder zette een stap mijn richting op…’ Hij trekt het klepje van de revolver open en blies op de zes kogels die erin zaten. ‘en ik zette een stap naar haar toe, waardoor zij verloor.’
‘Dat was dus een schaak. Je argeloze achterlijke moeder, die overal met haar onnozele woordjes bovenop moest zitten en in mijn zaken moest neuzen, was mijn eerste schaak en nu je hier bent kan ik het spel afronden. En je weet wat er na een schaak komt…’ Een lelijke grijns van oor tot oor verscheen op zijn gezicht.
‘Ja,’ klonk mijn stem plotseling zelfverzekerd door de ruimte. Nog nooit heb ik me zo goed gevoeld, nadat ik een keuze heb gemaakt.
Voordat hij zijn wapen naar mij kon richten, schoot ik. Een kogel raasde met een onwijs flinke snelheid door de lucht en boorde zich recht door zijn voorhoofd. Het bloed spatte uit de opening en zijn lichaam viel als een lappenpop neer op de houten vloer.
‘Schaakmat papa.’

08-08-2016, 10:29


Prachtig begin! Uppp

08-08-2016, 17:20
Rode, dikke druppels bloed sijpelde langs mijn vingers naar beneden. Het bloed was echter niet afkomstig van mezelf en daar was ik om de een of andere merkwaardige reden erg blij om.
Ik sleep het bebloede lichaam van mijn vader angstvallig over de zoldervloer naar de deur toe. Voor even blijf ik in de deuropening staan en staar naar de akelige, houten trap die onder me een weg naar beneden creëerde. Het zal me in geen mogelijkheid lukken om met een lijk van plusminus tachtig kilo over mijn schouders de wiebelige trap van de zolder af te lopen zonder daarbij te vallen en minstens één van mijn tweehonderdzes botten te breken.
Ik bedacht me iets geschift, haalde mijn schouders op en zonder er twee keer over na te denken duw ik mijn vaders lijk van de trap af. Het maakte veel geluid en ik kon duidelijk een paar keer zijn botten horen kraken. Ik kon daardoor niet naar het spektakel blijven kijken en sloot mijn ogen, totdat ik een zachte plof hoorde van de vloerbedekking waar hij op belandde.
Het had me weliswaar vijftien minuten gekost om zijn lichaam uiteindelijk in de kelder te krijgen en het kost me nog eens tien minuten om hem op een geschikte plek te verbergen. De vriezer leek mij de beste optie, zodat zijn stank geen hoofdzaak meer zou zijn. Daardoor winde ik tenslotte meer tijd om uit dit huis te vluchten.
Ik voelde me vies en was nog steeds lichtelijk in shock van dit incident. Ik kon het me nog steeds niet realiseren noch daadwerkelijk inbeelden dat ik mijn bloedeigen vader heb vermoord.
Ik schudde vluchtig mijn hoofd heen en weer om de gedachte eruit te gooien, terwijl ik richting mijn badkamer opliep. Nee, het was het niet waard om er nog langer over na te denken. Hij heeft mijn moeder vermoord. Het was geen vader meer voor mij. Slechts een man die mijn leven tot een eindeloze nachtmerrie heeft weten te maken.
Geleidelijk open ik de douchekraan en laat het water flink warm worden, terwijl ik me in de tussentijd uitkleed. Wanneer het water naar aangename temperatuur leek te zijn, stapte ik onder de douche. Het bloed dat op mijn armen en handen zat vermengde zich met het warme water dat over mijn lichaam heen stroomde en spoelde zich weg door het putje.
Dit was een perfect moment om even alles op een rijtje te zetten. Hoe moest ik verder in mijn leven? Binnen een beperkte tijd zal iemand mijn vaders aanwezigheid missen en hem komen zoeken. Ik was er niet klaar voor om de rest van mijn leven door te brengen in een gevangenis. Een ding was dus al zeker: ik moest hier weg. De stad uit.
Ik dacht er niet langer over na. De zenuwen maakte me bang. Ik stapte abrupt onder de douche vandaan, droogde me af en trok de simpelste kleding die ik had zodat ik onder geen enkele mogelijkheid op kon vallen. Ik trok een kleine koffer en een zwarte rugzak uit mijn kast en vulde ze met alle belangrijke, specifieke dingen die nodig zouden kunnen zijn. Van kleren tot een EHBO-doosje. Wat dolkomisch dat ik nog oog had voor deze dingen, terwijl mijn zenuwen op hol sloegen.
Boven mijn bureau hingen verscheidene krantenartikelen en foto’s. Ik had veel bewijs verzameld opzoek naar de dader die mijn moeder heeft vermoord. De afgelopen twee jaar heb ik mijn baan als politiekundige opzij gelegd en benut met deze onderzoeken, die me uiteindelijk allemaal naar mijn vader toe leidde. Een professionele huurmoordenaar die voor een Russische crimineel werkte. Dominique Swaronski. Wie hem vond kon een prachtige beloning verdienen. Het klinkt allemaal nogal cliché en afzonderlijk apart, maar eenmaal in het wereldje beland bemerk je dat het een serieuze zaak was en dat een huurmoordenaar zelfs zijn bloedeigen dochter zou vermoorden voor een volwaardige prijs. Zijn eigen leven stond er namelijk ook vanaf.
Sirenes uit de verte waakte me uit mijn dagdroom. Het geluid kwam steeds dichterbij. Iets zei me dat ze mijn richting op kwamen gereden.
‘Shit,’ vloekte ik binnensmonds.
Ik slingerde de zwarte rugzak over mijn schouder en trok de koffer met me mee de kamer uit. Voor ik de trap af slenterde, rende ik nog mijn vaders kamer in. Ik trok de lade van zijn nachtkastje met een ruk open. Duizenden en duizenden briefjes geld. Twee maanden geleden kwam ik toevallig tot de ontdekking dat hij hier zijn verdiende geld verstopte. Zonder erbij na te denken begin ik het geld in mijn rugzak te stoppen. Verfomfaaid en onfatsoenlijk, maar ik moest me eenmaal haasten.
Wanneer al het geld veilig in mijn rugzak zat, holde ik ten langen leste de trap af naar beneden. Ik griste mijn autosleutels van de keukentafel en hoorde op dat zelfde moment vuisten op de voordeur bonzen.
‘Politie. Open de deur!’
Via de achterdeur rende ik naar de garage toe en probeerde zo min mogelijk geluid te maken, terwijl ik mijn auto in stapte en hals over kop wegreed. Hier begon een nieuw hoofdstuk uit mijn leven. Een nieuw verhaal en nieuwe wegens die ik moest bewandelen. Dat betekende dus ook nieuwe keuzes maken en dingen moeten opofferen. Ik kon niet meer leven als mezelf. Ik moest een heel ander verhaal over mezelf creëren. Maar voor ik dat kon doen, moest ik eerst uit de stad vluchten.

08-08-2016, 17:54
Iedere vijf minuten die er verstreken keek ik een paar keer in mijn achteruitrijspiegel om er zeker van te zijn dat ik niet door een politieauto achtervolgd werd.
Ik reed al negen uur achter elkaar en ben niet eens één keer gestopt om uit te rusten. De maan begon te verdwijnen en de eerste zonnestralen van de vroege ochtend kwamen tevoorschijn. Niet alleen mijn oogleden, maar ook mijn maag begon te zeuren voor een rustpauze.
Ik zuchtte en begon op te letten of ik een tankstation kon vinden waar ik op mijn gemak even iets kon eten. Ik kon namelijk niet voor altijd blijven rijden en aan de kilometerteller af te lezen was ook mijn auto toe aan wat benzine.
Na tien minuten vond ik een pompstation die aan mijn eisen voldeed. Rustig, geen teken van leven en een klein winkeltje.
Nadat ik de auto volledig had volgetankt parkeerde ik hem achter het pompstation tussen de grote vrachtwagens in waar hij niet opviel.
Met een briefje van honderd liep ik het winkeltje van de pompstation in. Het was rustig. Op een jonge vrouw na en de caissière was er verder niemand aanwezig. Alleen maar aangenamer.
Ik liep geleidelijk naar de xxxxxng en nam een paar blikjes koude Fanta en Cola. Dat was iets wat ik immers niet kon missen tijdens de lange reis die er nog komen gaat. Ik liep door naar de schappen waar kant-en-klare maaltijden in lagen. Een pak vegetarische lasagne, drie pakken pastasalade, twee koude frisse salades en een pak met snijboontjes, worteltjes en witte filet. Hier kon ik tevens een paar dagen mee vooruit. Tot slot nam ik uit een andere schap nog wat verse broodjes en crackers mee.
‘Zo dame,’ zei de oudere man achter de kassa. ‘Ben je vrachtwagenchauffeur?’ vroeg hij nieuwsgierig.
‘Pardon?’ vroeg ik verbaasd.
Hij wees naar de spullen die ik op de bar had klaargelegd om te laten afrekenen.
‘Nee nee, ik… Nee, ik ben geen vrachtwagenchauffeur.’ Ik raakte onbewust gejaagd van zijn vraag. Hoe kon hij ook zo’n belachelijke vraag stellen, terwijl hij me duidelijk de oprit op zag rijden in een SUV.
‘…volgens getuige was er maar één schot. Het huis is onderzocht, maar duidelijke sporen zijn nog niet gevonden. De dader blijkt spoorloos verdwenen zijn, alsof er al jaren niemand heeft gewoond. Volgens de oudere buurvrouw die nog geen paar meter verder op woont waren er weldegelijk mensen die in dit huis woonachtig waren, maar op de een of andere manier verdwenen ze kort geleden één voor één en kwamen ze nooit terug. Naast me staat een getuige die erg geschrokken is van dit incident.’ De stem die dit zei was afkomstig van een journalist die voor een wit huis stond en recht in camera keek met een microfoon in haar hand. De o zo populaire nieuwsvrouw.
Er kwam een andere vrouw in beeld. Een oudere vrouw. Ze had weinig rimpels, maar dat nam niet weg dat de vrouw erg bejaard oogde. Haar grijze haren waren in perfecte watergolven klaargemaakt voor de cameraploeg. Ze had een felrode lipstick en obscure oogschaduw aangebracht.
Ik herkende haar gezicht op slag. Mijn overbuurvrouw. Haar blik sprak eveneens boekdelen uit. Wat kon ze toch goed acteren.
‘Ik hoorde geschreeuw en vervolgens werd het een tijdje stil,’ zei mijn overbuurvrouw terwijl ze angstig in de camera probeerde te kijken. Haar stem had wat weg van een moeder die haar kleine kinderen een spookverhaal vertelde. ‘Na een lang uurtje hoorde ik een knal, een oorverdovende schot. Ik wist precies waar het vandaan kwam, maar ik kon niks in het huis tegenover me zien. Ik heb wel meteen de politie gebeld natuurlijk, maar het was al te laat toen de agenten bij het huis aankwamen. Het waren altijd al beangstigende overburen geweest, vooral nadat de vrouw van het huis op een bruuske wijze verdween.’
De camera sprong terug naar de journaliste met de microfoon in haar handen. ‘De dader is spoorloos en kon niet worden gevonden. Het betreft een jong meisje rond de twintig jaar oud. We roepen iedereen op om goed op te passen en eventuele instructies door te geven aan de politie.’
‘Dat is me nog eens wat,’ zei de man achter de kassa. ‘Je zou toch maar net dat de dader zijn!’ Hij barste in lachen uit, terwijl hij een paar keer met zijn vuist op de toonbar bonsde.
‘Kunt u mijn spullen alsjeblieft afrekenen. Ik heb nogal haast.’
Zijn lach verdween als sneeuw voor de zon en maakte plaats voor een brommerige blik. Hij gromde toegevend en vloekte wat binnensmonds, maar rekende mijn spulletjes netjes af.
Ik wandelde vervolgens gehaast het winkeltje van de tankstation uit, maar doordat ik geen oog had voor mijn omgeving en mijn aandacht in een volledige andere wereld was, botste ik daardoor keihard tegen een voorbijganger op.
‘Het spijt me!’ riep ik direct gespannen van de zenuwen. De tranen stonden in mijn ogen van deze vreselijke dag, maar ik probeerde me groot te houden en niet in het openbaar te huilen. Ik beet meedogenloos hard op mijn trillende onderlip.
‘Ben je in orde?’ vroeg de jongeman waar ik tegen aan was gelopen.
Ik keek op naar zijn adembenemende gezicht. Een scherpe kaak en prachtige jukbeenderen. Volle lippen waar je van weg kon kwijnen. Twee prachtige hazelnootbruine ogen die naar buiten sprongen door de volle lange wimpers. Zijn donkere haren waren dik en krullend en om maar niet over zijn lichaam te beginnen, want daar kon iedere man van wegdromen. Ja, dit was exact de perfecte prins charming waar iedere meid spontaan voor zou vallen.
‘Uh… ja,’ zei ik moeizaam. ‘Ja, perfect. Beter dan perfect. Ik heb me nog nooit zo goed gevoeld!’ riep ik enthousiast als een klein kind.
Hij lachte zijn tanden bloot, waardoor er een kuiltje in zijn rechterwang ontstond en ging met een hand door zijn warrige bos krullen.
Waarom moesten zulke knappe mannen zich altijd perfect gedragen?
Aarde aan mezelf. Ik moest hier weg, voordat de politieagenten me zou vinden. De agenten... Het kwam weer terug. Hoe verschrikkelijk deze dag wel niet is geweest, waardoor de tranen me gehaast weer in de ogen sprongen.
Zonder nog iets te zeggen of om te kijken liep ik weg naar mijn auto toe. Ik gooide alle spullen op de passagiersstoel.
Wat nu? Ik bleef uit het voorraam kijken en bedacht me wat ik het beste kon doen. Het besef dat ik daadwerkelijk een persoon heb vermoord was nog niet gekomen, maar ergens in mijn binnenste wist ik dat dat besef er aan zat te komen. De tranen die me in de ogen sprongen waren een symptoom daarvan. Ze rolde nu een voor een over me wangen heen. Verdomme, dacht ik.
Ik opende het kastje onder mijn dashboard en trok er een topografische kaart uit van Amerika en een waterdichte stift. Momenteel bevond ik me in Jacksonville. Ik wist natuurlijk wat mijn eerste doel was: vertrekken uit Jacksonville. Ik had een broer in het Zuidoosten van Canada, Ottawa. Ik tekende een cirkel om de blokletters Ottawa die op de kaart stonden.
Er werd onverhoeds hard op mijn autoraam gebonkt. Ik gaf een luidde kreet, dat veel weg had van een gillende kanarie en deinsde terug mijn stoel in.
De knappe jongeman stond daar weer, met zijn prachtige lach zwaaide hij een blikje cola naar me toe en gaf een gebaar dat ik het raam naar beneden moest laten zakken.
Ik zuchtte diep uit en sloot mijn ogen weer voor een paar onbeduidende, kleine seconden, voordat ik het raam naar beneden liet zakken. Waar begin ik toch aan?
‘Kan ik je helpen?’ vroeg ik een beetje geagiteerd.
‘Je liet je blikje cola vallen toen je tegen me aanliep.’ Hij gaf de cola aan me terug en wierp een snelle blik op de kaart die tegen mijn stuur aanlag.
‘Dankjewel,’ zei ik nog altijd geagiteerd.
Hij leunde tegen mijn auto aan en sloeg zijn armen over elkaar heen. ‘Wat heb je te doen in Ottawa?’ vroeg hij plotseling uit het niets.
Ik fronste. ‘Wat gaat jou dat aan?’ Mijn stem klonk beduusd.
‘Denk je dat je veilig bent daar?’
Ik schrok van zijn opmerking. Ik had totaal geen zin in iemand die zoveel vragen stelde en wist dat er iets gaande was.
Ik sloot mijn auto af en probeerde schielijk mijn raam ook te sluiten, maar door zijn snelle reflexen was ik te laat en had hij de deur al geopend voordat ik alles had kunnen afsluiten.
Hij haalde zijn schouders op. ‘Fijn, je wilt dit op de moeilijke manier doen. Ik wil dat je alles pakt wat je nodig hebt en uit de auto stapt.’
‘Moet dit een overval voorstellen? Wie ben jij überhaupt en waarom achtervolg je me?’
Zijn lichaam kwam angstig dichtbij. ‘Ik zeg het nog één keer vriendelijk Maysem,’ fluisterde hij sluw in mijn oor. ‘Stap uit de auto, voordat ik net zo’n kogel door je hoofd laat boren als bij je vader.’

08-08-2016, 18:39


Wooooooow supper Gaa verder

09-08-2016, 00:43
Omg ga gauw verder!!!!

11-08-2016, 12:22
Goedd begin, dit belooft wel wat

29-08-2016, 21:53
gaa nou verder uuup

29-08-2016, 22:17
Erg mooi
ga snel verder
Uppp!

03-09-2016, 10:58
Gaa verder pleaas

01-10-2016, 11:54
Geweldig ga snel verder

23-10-2016, 00:57
Nog steeds niks

17-11-2016, 22:52


Geweldig nieuwe fan ga door

Pagina's : [1] 2 3 4