2. INDELING VAN DE KLIMATEN
Men kan de klimaten die in verschillende gebieden op aarde voorkomen, globaal indelen naar de gemiddelde meteorologische omstandigheden welke in die gebieden heersen, bijv. het equatoriale klimaat, het Middellandse-Zeeklimaat, het poolklimaat, enz.
Een andere indeling is die in aride (droge), semi-aride (‘halfdroge&rsquo
, humide (vochtige) en semi-humide (‘halfvochtige&rsquo
klimaten, waarbij de beschikbaarheid van water als criterium geldt. Weer een andere indeling is die in landklimaten en zeeklimaten.
Algemeen in gebruik is het klimaatsysteem van Vladimir Köppen, dat gebaseerd is op slechts twee klimatologische elementen: luchttemperatuur en neerslag. Köppen ging uit van de natuurlijke begroeiing van de aarde. Op grond daarvan stelde hij de temperaturen en de neerslaghoeveelheden vast die als begrenzing van diverse klimaten kunnen worden opgevat. Hij kwam daarbij tot een hoofdindeling in vijf groepen: tropische regenrijke klimaten (A), droogteklimaten (B; zie aride klimaat), gematigde regenrijke klimaten (C), continentalewoudklimaten (D) en toendra- en ijsklimaten (E).
Een nadere onderverdeling maakte hij naar het al of niet voorkomen van een droog seizoen en naar de mate van droogte en van koude door het toevoegen van een tweede letter. Hij kwam zo tot elf hoofdklimaattypen. Een verdere specificatie maakte hij door het toevoegen van nog meer letters, waardoor hij tot klimaatformules kwam, bestaande uit soms wel vijf letters
Men onderscheidt ook speciale klimaten, zoals het stadsklimaat, het kustklimaat of het bosklimaat. Onder het microklimaat verstaat men het geheel van de meteorologische omstandigheden in de benedenste paar meter van de dampkring.
© 1993-2003 Microsoft Corporation/Het Spectrum. Alle rechten voorbehouden.
Allah ya3inek!