al Mawardi al Basri al Shafi'i zegt (al Ahkaam asSultaaniyyah 18):
vertaling: "En zijn (de leider) verrichten van verboden dingen, en zijn afgaan op de slechte dingen, achter zijn lusten aan, dit is fisq, dit gaat het afsluiten en het voortduren van leiderschap tegen, als dit gebeurt bij iemand bij wie de leiderschap is afgesloten, dan is hij eruit (de leiderschap), als hij terug gaat naar de goede staat, dan keert zijn leiderschap niet terug, alleen met het afsluiten van een nieuwe leiderschap"
Imaam Muhyi Addin Yahya ibn Sharaf Annawawi zegt (Sharh Muslim 12/229):
[SIZE=3]
قال القاضي: فلو
طرأ عليه كفر وتغيير للشرع أو بدعة خرج عن حكم الولاية وسقطت طاعته ووجب
على المسلمين القيام عليه وخلعه ونصب إمام عادل إن أمكنهم ذلك فإن لم يقع
ذلك الا لطائفة وجب عليهم القيام بخلع الكافر...[/SIZE]
vertaling: "De rechter (al Qadi Abu Bakr Iyaadh ibn Musa) zei: als er kufr en verandering van de sharia (regeren) bij hem optreedt, of bid'a, dan is hij buiten de regel van leiderschap, en zijn gehoorzaaming vervalt, en het is verplicht voor de moslims om tegen hem in opstand te komen en hem af te zetten en een rechtvaardige leider te zetten als ze dat kunnen, en als dat alleen mogelijk is voor een groep, dan is het verplicht op hun om de kafir af te zetten..."
Imaam Abu Bakr al Djassaas arRazi zegt over de madhab van Imaam Abu Hanifa (Ahkaam al Qur'aan 1/86-87):
[SIZE=3]وكان مذهبه أبو حنيفة]
مشهورًا في قتال الظلمة وأئمة الجور؛ ولذلك قال الأوزاعي: احتملنا أبا
حنيفة على كل شيء حتى جاءنا بالسيف --يعني قتال الظلمة- فلم نحتمله. وكان
من قوله: وجوب الأمر بالمعروف والنهي عن المنكر فرض بالقول فإن لم يؤتمر
له فبالسيف على ما روي عن النبي e وسأله إبراهيم الصائغ -وكان من فقهاء
أهل خراسان ورواه الأخبار ونساكهم- عن الأمر بالمعروف والنهي عن المنكر
فقال: هو فرض. وحدَّثه بحديث عن عكرمة عن ابن عباس أن النبي e قال ((أفضل
الشهداء حمزة بن عبدالمطلب ورجل قام إلى إمام جائر فأمره بالمعروف ونهاه
عن المنكر فقتل))، فرجع إبراهيم إلى (مرو) وقام إلى أبي مسلم صاحب الدولة
فأمره ونهاه وأنكر عليه ظلمه وسفكه الدماء بغير حق فاحتمله مراراً ثم
قتله، وقضيته في أمر زيد بن علي مشهورة، وفي حمله المال إليه وفتياه الناس
سرًا في وجوب نصرته والقتال معه، وكذلك أمره مع محمد وإبراهيم ابني
عبدالله بن حسن. وقال لأبي إسحق الفزاري حين قال له: لم أشرت على أخي
بالخروج مع إبراهيم حتى قتل قال: مخرج أخيك أحب إلي من مخرجك. وكان أبو
إسحق قد خرج إلى البصرة وهذا إنما أنكره عليه أغمار أصحاب الحديث الذين
بهم فُقِد الأمر بالمعروف والنهي عن المنكر حتى تغلَّب الظالمون على أمور
الإسلام فمن كان هذا مذهبه في الأمر بالمعروف والنهي عن المنكر كيف يرى
إمامة الفاسق[/SIZE]
vertaling: "En zijn (Abu Hanifah) madhab is bekend met het vechten tegen de onrechtvaardigen en de tirannische leiders; daarom zei al Awza'i: We hebben alles volgehouden met Abu Hanifah tot dat hij met de zwaard kwam - hij bedoeld het vechten tegen de onrechtvaardigen - toen hielden we het niet vol met hem. En van zijn (Abu Hanifa) woorden: De verplichting van het opdragen tot het goede en het afkeuren van het slechte is met de mond, en als er niet naar wordt geluisterd dan met de zwaard zoals van de profeet
is overleverd. Ibrahim asSaai' - hij was van de geleerden van Khuraasaan en van de overleveraars en de aanbidders - vroeg hem over het opdragen tot het goede en het afkeuren van het slechte, hij (Abu Hanifa) zei: het is verplicht, en hij vertelde hem over de overlevering van Ikrimah via ibn Abbaas waarin de profeet
zei: ((De beste martelaren zijn Hamzah ibn Abdelmuttalib en een man die opstond naar een onrechtvaardige leider en hij droeg hem op tot het goede en keurde het het slechte af dus werd hij vermoordt)), toen ging Ibrahim terug naar Maruw, en stond op bij Abu Muslim die toen de leider van de staat was, hij droeg hem op en keurde af, en keurde zijn onrechtvaardigheid af en zijn onterechte bloed vergieting, hij (Abu Muslim) hield het keren vol en daarna vermoordde hij hem. En zijn verhaal met Zaid ibn Ali is bekend, en het dragen van geld naar hem en in het geheim fatwa's uitbrengen onder de mensen dat ze hem moeten steunen en met hem meevechten, en ook zijn verhaal met Muhammad en Ibrahiem de zonen van Abdallah ibn al Hasan. En toen Abu Ishaaq al Fizari hem vroeg: Waarom heb je mijn broer geadviseerd om met Ibrahiem in opstand te komen tot hij werd vermoord, hij (Abu Hanifah) zei: De opstand van jou broer is voor mij liever dan jou opstand. En Abu Ishaaq was in opstand gegaan naar al Basrah, en dit keurden de onwetenden onder ahl al Hadith af, door hun raakte het opdragen naar het goede en het afkeuren van het slechte verloren, tot dat de onrechtvaardigen de leiding van de zaken van de islaam in macht namen, als dit zijn madhab is in het opdragen naar het goede en het afkeuren van het slechte, stel je dan voor (zijn madhab) over de leiderschap van de fasiq."
Zelfs onder de Hanbalies (vaak aangehangen door "Talafies"
die bekend zijn met het extreemer gehoorzamen; vergeleken met andere madhabs, zijn er uitzonderingen:
al Mardawi al Hanbali zegt na het vertellen over de leiderschap van iemand die onderdrukt met kracht om mensen hem als leider te erkennen, en wat de reguliere mening van de Hanbalies erover is, dat het verboden is om tegen hem te vechten, hij vertelt erna de mening van een aantal van de grotere geleerden van de Hanbalies die het wel toestaan (al Insaaf fi Masaa'il al Khilaaf 10/310-311):
[SIZE=3]ذَكَرَهُ [أي: ابن رُزَين] في (الرِّعَايَةِ) رِوَايَةً وَقَدَّمَ أَنَّهُ لَا يَكُونُ إمَامًا بِذَلِكَ وَقَدَّمَ روايتين في الْأَحْكَامِ السُّلْطَانِيَّةِ" ثم قال: "وَجَوَّزَ ابن عَقِيلٍ وابن الْجَوْزِيِّ الْخُرُوجَ على إمَامٍ غَيْرِ عَادِلٍ وَذَكَرَا خُرُوجَ الْحُسَيْنِ على يَزِيدَ لِإِقَامَةِ الْحَقِّ وهو ظَاهِرُ كَلَامِ بن رَزِينٍ على ما تَقَدَّمَ
vertaling: "En ibn Roezain noemde het in Arri'ayah als verwijzing, maar hij zei dat hij (de onderdrukkende leider) dan geen Imaam is, en noemde twee verwijzingen in al Ahkaam AsSultaniyyah, en zei daarna: en ibn Aqiel en ibn al Djawzi staan het in opstand komen tegen een niet rechtvaardige leider toe, en noemden de opstand van al Husein (
) tegen Yazied op om de haq op te zetten, en dat is wat blijkt uit de woorden van ibn Roezain zoals eerder is genoemd."