Bekijk volle/desktop versie : The U.N says that 135,000 ethnic Rohingya Muslims are still stuck in refugee camps



03-08-2014, 09:20
Alittle girl balances a bag of donated rice on her head as she begs for her family of eight. Other children play in fetid, trash-clogged pools of water. And at a religious class at a makeshift mosque, more than a third of the children had not eaten that day. Or the day before.

The United Nations says that 135,000 ethnic Rohingya Muslims are still stuck in refugee camps on the western coast of Burma, two years after the government rounded them up in the wake of religious violence that left villages scorched, thousands homeless and more than 200 dead.

The Rohingya, a long-persecuted ethnic minority, have been forced to live as virtual prisoners in temporary huts, scraping by on donated bags of rice and chickpeas and whatever fish they can pull from the ocean. The situation is so dire that some 86,000 people have tried to flee by boat, and Human Rights Watch has accused the government of a campaign of “ethnic cleansing.” Yanghee Lee, the United Nations special rapporteur for human rights in Burma, said recently that the situation is “deplorable” and that restrictions on movement have had a severe impact on the Rohingya’s access to jobs, water and sanitation, health care and education.

http://www.washingtonpost.com/world/asia_pacific/malnutrition-disease-rising-in-burmese-muslim-camps/2014/07/29/4c5dc62c-135b-11e4-98ee-daea85133bc9_story.html

03-08-2014, 09:21


De Rohingya zijn een etnische groep die hoofdzaklijk in Birma leven. Ze noemen zichzelf Ruáingga. De meerderheid belijdt de soennitische vorm van islam en heeft Rohingyaans als moedertaal. De populatie van dit volk bedraagt wereldwijd tussen de 1,4 en 3 miljoen mensen. Hierdoor zijn Rohingya in Birma feitelijk staatsburgerschaploos[1].

Er bestaan twee theorieën over de oorsprong van dit volk:

Het is een autochtone bevolking van de Birmese staat Rakhine.
Het is een migrantengroep die oorspronkelijk in de omgeving van Bangladesh leefde en tijdens de Britse overheersing over Birma naar dit land zijn gemigreerd.
De Birmese overheid heeft de voorkeur voor de tweede theorie en ziet de Rohingya als ongewenste vreemdelingen die niet toebehoren tot de minderheden van Birma en ook niet tot de volkeren die in Birma leven.[7]

Volgens de Verenigde Naties zijn de Rohingya één van de meest vervolgde minderheden ter wereld. Door het racistisch en religieus geweld tegen dit volk zijn in loop der tijd honderdduizenden gevlucht naar Bangladesh en andere nabijgelegen landen. De junta van Birma heeft meerdere malen twee minderheden (Rohingya en Chinese Birmezen) in Birma vervolgd door hetzes tegen deze volkeren te stichten.

03-08-2014, 09:25
Human Rights Watch documenteerde in eerste instantie moorden en brandstichtingen van beide kanten, maar heeft nu aanwijzingen dat het Birmese leger en de Nasaka burgerbrigade hun operatie om de 'schuldigen' van de onrust te straffen als dekmantel gebruiken voor de vervolging en slachting van de Rohingya minderheid

03-08-2014, 09:27
http://m.youtube.com/watch?v=-X_Y1PL-eTA

03-08-2014, 18:30


Sittwe, a drowsy town in western Burma, is a shattered place. I was first here five years ago, back when ethnic Rakhine Buddhists sold vegetables next to Muslim Rohingya fishermen. At the time, a Buddhist abbot and a Muslim cleric blessed me in whispers, as both spoke out against the repressive junta that had ruled Burma — also known as Myanmar — for nearly half a century.

Today, Sittwe, like much of the surrounding state of Rakhine, exists in virtual apartheid. There are no Muslims at the market. Their mosques have been bulldozed, even though one state official in late 2012 told me with a smile that nothing had been destroyed, nothing at all. Did he think I could not see the rubble, with torn pages of children’sxprayer books underfoot? Evicted from their homes, more than 140,000 Rohingya now live sequestered behind checkpoints. Diseases fester in these crude camps. In June a top U.N. aid official who traveled to Rakhine said she had never before “witnessed [such] a level of human suffering.”

The U.N. estimates that 86,000 people, mainly Rohingya, have fled by boat in the two years since clashes erupted between the majority Buddhist and Muslim populations. In the 1980s, the all-Buddhist military junta stripped most Rohingya of their citizenship, claiming that they were recent immigrants from neighboringxBangladesh. But many Rohingya have lived for generations in Burma. The country is now ruled by a quasi-civilian government praised by the West for its reforms.

Its treatment of the Rohingya — as well as some other Muslim minorities — could be considered close to ethnic cleansing. Meanwhile, as these stark photos by James Nachtwey show, conditions worsen in the Rohingya camps spread out across the salt flats of the Bay of Bengal. The Buddhist abbot in Sittwe, who so inspired me that I brought my children to meet him, speaks now not of the government’s failings but of his hatred of Muslim hordes. A town like Sarajevo, once of two faiths, has cleaved beyond belief.

07-08-2014, 04:48
http://m.youtube.com/watch?v=CR5woFNrlZ0

07-08-2014, 05:17
Ook hier weer een dubbele standaard van Europa en de VS

Exact op het moment dat junta bezig is met massamoord op Roinga's applaudiseren zij hoe democratisch Birma wel niet is inclusief medailles uitreiken etc

Het lijkt vaak echt of ze het opzettelijk doen.." kijk moslims, hoor en zie ons en jullie doen er niks aan "

08-08-2014, 22:12
Rohingya-kinderen in kampen lijden honger
Dosmeda Bibi, net een jaar oud, woont al sinds haar geboorte in een opvangkamp in Myanmar voor Rohingya's, een van de meest vervolgde religieuze minderheden ter wereld. En net als andere Rohingya-kinderen die aan voedselgebrek lijden vertoont ze de eerste tekenen van ernstige ondervoeding. Haar maag is opgezwollen en ze is vel over been. Terwijl andere kinderen van haar leeftijd kunnen zitten of staan, kan zij zich nog niet eens omrollen, tenzij haar moeder haar voorzichtig een zetje geeft .

”Ik ben bang dat ze niet lang meer zal leven”, fluistert haar moeder, Hameda Begum, terwijl ze naar de donkere, diepliggende ogen van haar dochter kijkt. “We hebben nauwelijks te eten. Op sommige dagen kan ik maar een paar hapjes rijst voor haar bij elkaar scharrelen.”

In Myanmar kwam ondervoeding onder kinderen al veel voor in vergelijking met andere landen in de regio, maar in de westelijke staat Rakhine, waar bijna alle 1,3 miljoen Rohingya’s die Myanmar telt wonen, is het bijna een normaal verschijnsel.

Meer dan 140 duizend Rohingya’s, moslims, wonen in overvolle, vieze kampen sinds extremistische boeddhistische bendes hen twee jaar geleden uit hun huizen begonnen te verjagen. Daarbij vielen zo’n 280 doden. De anderen zitten vast in dorpen die als gevolg van systematische discriminatie van de buitenwereld zijn afgesloten. Rohingya’s mogen zich niet vrij verplaatsen en hebben slechts beperkt toegang tot voedsel, schoon water, onderwijs en gezondheidszorg.

Zelfs voor het geweld uitbrak meldde het bureau voor humanitaire hulp van de Europese Unie (ECHO) al dat in Rakhine, de op een na armste staat van het land, 23 procent van de bevolking aan acute ondervoeding leed. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) spreekt bij vijftien procent van een noodsituatie.

Nu de moessonregens neerkletteren op de plastic tenten en bamboehutten in de kampen, is de situatie voor kinderen als Dosmeda nog ellendiger en gevaarlijker geworden. Naakte jongetjes en meisjes rennen over de modderige, smalle paadjes, of spelen in plassen ongezuiverd rioolwater, waardoor ze het gevaar lopen via water verspreide dodelijke ziektes op te lopen. Van sommige kinderen vertoont het zwarte haar rode of blonde plukken, een teken van ondervoeding.

Na afloop van een tiendaags bezoek aan Rakhine, vorige maand, omschreef speciaal rapporteur van de Verenigde Naties voor de mensenrechten in Myanmar Yanghee Lee de situatie als abominabel.

In Myanmar, een overwegend boeddhistisch land, kwam pas een paar jaar geleden een eind aan een militaire dictatuur die een halve eeuw had geduurd. De Verenigde Staten, Groot-Brittannië en andere landen spraken zo nu en dan hun zorgen uit over de behandeling van de Rohingya’s, maar keken voornamelijk werkloos toe hoe de situatie van de vervolgde minderheid verslechterde.

Sommige ambassadeurs en donorlanden erkennen onofficieel dat de angst bestaat dat een te harde aanpak van de nieuwe burgerregering, die voor een groot deel uit ex-militairen bestaat, pogingen om het land tot vergaande democratische hervormingen te bewegen zou dwarsbomen. Anderen willen belangrijke ontwikkelingsprojecten, waar miljarden mee gemoeid zijn, in het land niet in gevaar brengen.

Mede door de terughoudendheid van de internationale gemeenschap hebben de boeddhistische extremisten het idee gekregen dat ze hun gang kunnen gaan. In Rakhine maken zij uit hoe hulp verdeeld wordt.

De vertegenwoordiger van UNICEF in Myanmar, Bertrand Bainvel, ging vorige maand zo ver dat hij zich verontschuldigde voor het gebruik van het woord Rohingya. Het woord was gevallen tijdens een presentatie over projecten voor kinderen in Rakhine. De Myanmarese regering staat erop dat Rohingya’s Bengalezen worden genoemd. Volgens mensen die de presentatie bijwoonden beloofde hij dat UNICEF, de VN-kinderorganisatie, het woord niet meer zou gebruiken. Bainvel zelf gaat vragen van Associated Press over het voorval uit de weg.

De regering zegt dat de Rohingya’s illegale immigranten uit het buurland Bangladesh zijn en weigert hun het Myanmarese staatsburgerschap te geven, hoewel ze vaak al generaties lang in Myanmar wonen. Met hun donkere, Zuid-Aziatische uiterlijk worden ze door de grote meerderheid van de zestig miljoen Myanmarezen met minachting bekeken. Zelfs oppositieleidster Aung San Suu Kyi, winnares van de Nobelprijs voor de vrede, heeft haar mond vrijwel niet opengedaan over het geweld tegen de Rohingya’s.

De omstandigheden in de kampen - en elders in Rakhine - verslechterde nog toen de regering in februari Artsen zonder Grenzen wegstuurde. De Rohingya’s waren voor medische hulp vrijwel volledig aangewezen op AzG. Een maand later trokken andere humanitaire organisaties zich tijdelijk terug, nadat hun huizen en kantoren waren aangevallen door boeddhistische extremisten, die beweerden dat ze moslims een voorkeursbehandeling gaven. Veel organisaties zijn inmiddels teruggekeerd, maar hun bewegingsvrijheid is enorm beperkt.

AzG is tot nog toe uit Rakhine geweerd, maar deze week zei de regering dat de organisatie weer welkom is. Deze stap hangt waarschijnlijk samen met de komst van de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken John Kerry, die dit weekeinde in Myanmar is voor een top van de ASEAN. Het is niet duidelijk wanneer en onder welke voorwaarden AzG kan terugkeren.

Reshma Adatia van AzG zegt dat Kerry en de andere ministers van buitenlandse zaken op de top Myanmar onder druk zouden moeten zetten om alle hulporganisaties zonder beperkingen weer toe te laten tot Rakhine.

”Het is belangrijk dat buitenlandse regeringen en internationale actoren echt duidelijk maken dat toegang tot essentiële humanitaire hulp geboden is, en het is nu geboden. We hebben het over honderdduizenden mensen die op dit moment gevaar lopen.”

De vader van Dosmeda, de ondervoede baby, kwam tijdens zijn werk als visser om op zee, niet lang voor zijn dochter geboren zou worden. Nadat boeddhistische bendes het huis van de familie hadden aangevallen vertrok de zwangere Hameda Begum naar het kamp Ohn Taw Gyi, buiten Sittwe, de hoofdstad van Rakhine. Werken kon ze niet en haar man was dood, waardoor ze in de laatste maanden van haar zwangerschap moeilijk aan voldoende voedsel kon komen. Toen de baby was geboren had de 18-jarige Hameda geen moedermelk. “Ik kon haar alleen geven wat de volwassenen aten, rijst of gemalen vis”, zegt Hameda. “Maar we kregen niet veel voedsel. Soms kregen we helemaal niks.”

Ze wist dat haar baby ziek was, maar had niet door dat ondervoeding daarvan de oorzaak was.

”Ze werd dunner en dunner”, zegt ze.

De eerste twee levensjaren van een kind, waarin de hersenen en het lichaam zich ontwikkelen, zijn van cruciaal belang voor de geestelijke en lichamelijke ontwikkeling. Zonder goede voeding worden kleine meisjes als Dosmeda belemmerd in hun groei, waarvan ze rest van hun leven de gevolgen zullen ondervinden. Ze groeien op tot zwakke volwassenen met beperkte cognitieve vaardigheden, die gevoelig zijn voor ziekten.

Dosmeda krijgt nu hulp van de in Frankrijk gevestigde groep Actie Tegen Honger, een van de weinige buitenlandse hulporganisaties die nog in de kampen mogen werken. Ondanks deze hulp wordt ze steeds zwakker en gaat ze er steeds slechter uitzien. De baby is de enige familie die de jonge Hameda in het kamp heeft en ze heeft er alles voor over om haar te redden.

”Ik denk de hele dag aan niets anders dan aan mijn dochter. Hoe kan ik haar helpen? Hoe kan ik haar gezond maken, haar een langer leven bezorgen?”, zegt Hameda. “Als er iets gebeurt weet ik niet wat ik doe. Ik denk niet dat ik zonder haar kan leven.”

08-08-2014, 22:16
HOME | NEWS | MYANMAR

One Rohingya Muslim Dead After Shooting at Myanmar’s Refugee Camp
2014-08-07


Print Share Comment Email
A security guard stands by a camp for displaced Rohingyas near the Rakhine state capital Sittwe on May 15, 2013.
RFA
A Rohingya Muslim was killed and up to 15 others detained in fresh violence in western Myanmar’s restive Rakhine state after security forces opened fire following a dispute at a refugee camp, a local religious leader and authorities said Thursday.

Local police officers told RFA’s Myanmar Service that the violence broke out on Wednesday when two Muslims from a neighboring village who were buying goods at the Darpaing Refugee Camp got into an altercation with another Muslim resident of the camp, which is located in Sittwe township.

They said that a riot ensued when police officers entered the camp to mediate between the two parties.

Darpaing Refugee Camp is home to mostly ethnic minority Rohingyas displaced by Buddhist-Muslim violence that has rocked Rakhine state since 2012.

According to the officers, police had to “open fire five times to scare off” around 100 aggressive residents of the camp who they said attacked them with slingshots.

They were forced to “fire another four times” when the crowd tried to attack them for detaining three camp residents for initiating the violence. The two Muslim villagers who were involved in the original argument were also detained, they said.

The London-based Burmese Rohingya Organisation UK (BROUK) said in a statement Thursday that “more than 100 security forces” entered the Darpaing Refugee Camp on Wednesday.

It said security forces “killed one Rohingya and seriously injured two others,” and arrested “more than 15 Rohingyas” in the incident, although it did not provide details of what had prompted the violence or how the man was shot.

Armain Shawfi, a representative of the camp residents, told RFA on Thursday that he and other Darpaing Camp elders had been informed by police officers from Sittwe township that a Muslim man had been killed in the clash, but did not mention whether others had been injured or detained.

“At this point, things have calmed down,” said Shawfi, also known as Than Naing.

“District police officers came in and explained that a Muslim was accidentally killed [in the shooting], and they asked us to help them control the situation. We held a funeral [for the man who was killed] today.”

Some 140,000 Muslims have been displaced by communal violence in Buddhist majority Rakhine state over the last two years that saw entire villages burned.

Stateless Rohingyas, considered in Myanmar to be outsiders from Bangladesh, bore the brunt of the violence and many have fled by boat to neighboring countries in Southeast Asia, where they are also held in refugee camps.

Regional relations

Shawfi said that, in general, relations between Muslims and ethnic Rakhine Buddhists had become “closer than before,” and that while Muslims are prohibited from leaving the refugee camp, Rakhines regularly enter the facility to trade.

“They come to our camp and bring us things that we want or need. We give them vegetables in return, but we can’t hold conversations with them, as we had before [the violence],” he said.

“If the government tells us to live together in the same place, we will do so, but if they tell us it is still not safe for us to live side-by-side, we will have to wait.”

He said Major General Maung Maung Ohn, who Myanmar President Thein Sein appointed the new chief minister for Rakhine state in June, had done good work for the region since taking over the job from Hla Maung Tin, who had resigned abruptly after his tenure was rocked by communal violence.

“He came and met with us two or three times and said that [the government] is trying to help [Muslims and Buddhists] live together peacefully, and he asked for us to participate in that effort,” he said.

“We told him we will try [to live peacefully together] as well.”

Armain Shawfi said that by allowing Muslims to conduct business with Rakhines, the authorities were rebuilding trust between the two groups.

“How can we do business together if we don’t trust one another?” he asked.

“I think there are certain people or groups that have worked to create instability between us. But we want to live together with the Rakhines again and we hope they feel the same way.”

Seeking recognition

Armain Shawfi said that the Rohingya community hopes to be officially recognized as citizens of Myanmar and given the rights that are afforded to them.

The government describes the estimated 800,000 Rohingya Muslims as Bengalis, saying they are illegal immigrants from neighboring Bangladesh, although many have lived in the country for generations. The U.N. says they are among the world's most persecuted minorities.

“We don’t demand to be recognized as Rohingyas, but we want our own ethnic name. We don’t want to be called ‘Bengalis’,” he said.

“We hope the government will work on our behalf. Minister Soe Thein [of the President’s Office] said that there will be no [specific] name for us—we will just be known as Myanmar citizens. The Rakhine state chief minister said that the government is working to resolve this issue.”

According to the Irrawaddy online journal, the local government in Rakhine’s Myebon township has begun examining the citizenship applications of nearly 1,100 residents who have self-identified as “Bengalis” under a controversial pilot program covering Rohingyas in the state.

Khin Soe, an immigration officer who participated in the screening process, told the Irrawaddy that the vetting began on Tuesday and had processed 34 people in its first three days.

The township committee tasked with screening applicants will forward its findings to the state government, which will in turn submit recommendations to the central government.

Earlier this year, the government declined to count any people self-identifying as Rohingya in a nationwide census.

Activist detention extended

Meanwhile, a court in Myanmar has extended the detention of an elderly Rohingya human rights activist, according to a report by German news agency Deutsche Presse-Agentur.

Kyaw Hla Aung, 74, was arrested last year on suspicion of organizing protests against a government scheme to register Rohingya people as Bengalis, the report said.

He is being charged with six offenses under the colonial-era Penal Code including rioting, robbery and inciting unrest.

If convicted he faces a sentence of up to 20 years. He has already spent 13 months behind bars.

On Monday the court postponed proceedings until Aug. 18, but it is unclear whether or not Kyaw Hla Aung will be sentenced on that date.

Two week ago, the U.N.'s special rapporteur on Myanmar, Yanghee Lee, met with Kyaw Hla Aung and other Muslim prisoners in Myanmar's western Rakhine state, but did not give details on the meetings.

Lee has said that Kyaw Hla Aung and five other Rohingya activists are currently being detained on political grounds.

Reported by Kyaw Kyaw Aung for RFA’s Myanmar Service. Translated by Khet Mar. Written in English by Joshua Lipes.

08-08-2014, 23:18
Ach Azie is niet zo interessant als Irak.