Bekijk volle/desktop versie : Kennis is in vele opzichten superieur aan geld !



01-11-2012, 12:12
door Shaychoel-Islaam Ibn Qayyim al-Djawziyyah (rahiemehoellaah)
Arabische Bron: Miftah Daar es-Sa’ada
Vertaald in 1996 door Mohammed aboe ‘Oebaydillaah Brinkman el-Hollandie.

In de volgende stappen legt Ibn Al-Qaiyiem (rahiemehoellaah) uit waarom kennis volmaakter is dan
het geld –
1.Jij bewaakt het geld, terwijl de kennis (van het Islamitisch monotheïsme) jou bewaakt.

2.Geld vermindert alleen maar als je het weggeeft, terwijl de kennis zich vermenigvuldigt als je het
weggeeft.

3.Het geld is de erfenis van de koningen en de rijken. De kennis is de erfenis van de profeten
(`alayhimoes-salaam). Het geld verlaat zijn eigenaar bij overlijden. De kennis gaat bij overlijden met
zijn eigenaar mee het graf in.

4.Het geld beheerst de kennis niet, daarentegen beheerst de kennis het geld wel.

5.Iedereen (ver)krijgt het geld: de moe’min (gelovige), de kafier (ongelovige), de eerlijke en de oneerlijke.
Maar profijt volle kennis (ver)krijgt alleen de moe’min (gelovige in de Eenheid van Allaah en de
boodschap van Zijn profeet .

6.Niemand, behalve de arme en de behoeftige, heeft de rijken nodig, terwijl alle lagen van de bevolking,
van zwerver tot koning, de bezitter van kennis (de `alim) nodig hebben.

7.Het verzamelen en bewaren van geld maakt de ziel verrot, gierig en hebzuchtig, terwijl het verzamelen
en bewaren van kennis de ziel (eigen-ik) versterkt en reinigt.

8.Het geld maakt de ziel (eigen-ik) opstandig, trots, hooghartig en pronkzuchtig, maar de kennis (van
Islaamitisch monotheïsme) maakt de ziel nederig en gehoorzaam (aan Allaah en Zijn profeet
Mohammed (sal Allaahoe `alayhie wa sellem)).

9.Het geld is een gordijn tussen geluk en ongeluk (aan de hand waarvoor het gebruikt wordt). De kennis
brengt de ziel naar het geluk (waar deze voor geschapen is).

10.Rijkdom aan kennis is volmaakter dan rijkdom aan geld, want als je geld opraakt wordt je straatarm
terwijl je niet bang hoeft te zijn dat je kennis opraakt, want het vermenigvuldigt zich alleen maar (als
je handelt naar hetgeen je weet).

11.Geld maakt zijn eigenaar slaaf van het wereldse. Kennis echter maakt zijn eigenaar slaaf van de Heer
der Werelden (Allaah (soebhaanahoe wa t`ala)).

12.Liefde voor de doenja (het wereldse), geld en het streven naar rijkdom is de oorsprong van elke
zonde, maar liefde voor de kennis (van het Islamitisch monotheïsme) en het bestuderen van deze
kennis is de oorsprong van elke gehoorzaamheid aan Allaah (soebhanahoe wa t`ala).

13.De waarde van de rijke (voor zichzelf en voor de mensen) ligt in zijn geld en rijkdom, echter de
waarde van de `alim (Islaamitische geleerde) ligt in zijn kennis. Nu, als het geld op is en de rijke niet
meer rijk is, dan verdwijnt zijn waarde en aanzien, terwijl de waarde en het aanzien van de `alim
nooit verdwijnt, omdat zijn kennis blijvend is (zolang hij datgene wat hij weet in de praktijk brengt).

14.Zelfs al kreeg de `alim voor zijn kennis doenja (geld, wereldse rijkdom) aangeboden, dan zou dit voor
hem (omgerekend) niet eens de waarde van een droog stokje hebben, terwijl de (nadenkende) rijke
als hij de edelheid, superioriteit en volmaaktheid van de kennis (van Islaamitisch monotheïsme)
begrijpt, zou willen dat hij de kennis heeft ter waarde van zijn rijkdom of meer (kijk bijv. naar de
metgezel van de Profeet (sal Allaahoe `alayhie wa sellem) ; Moes’ab Ibn Oemayr (radieAllaahoe
`anhoemaa). Hij gaf zijn grote rijkdom op voor de kennis (van het Islamitisch monotheïsme).

15.Niemand heeft Allaah (soebhaanahoe wa t`ala) ooit gehoorzaamd zonder kennis (van het Islamitisch
monotheïsme) en de grootste groep mensen die Hem ongehoorzaam is, is dit alleen maar door hun
slaafsheid aan geld (denk aan drugs, prostitutie, gokken, steekpenningen, rentegelden enz.).

16. De verzamelaar van geld nodigt de mensen uit naar de doenja (met zijn positie en bezit). De `alim
nodigt de mensen uit naar Allaah (soebhanahoe wa t`ala)(met zijn kennis en positie).

17.Rijkdom is de oorzaak van de ondergang en vernietiging van zijn bezitter omdat velen rijkdom
vereren en adoreren. Als je iemand ziet die zich bezighoudt met de aanbidding van rijkdom, weet
dan dat het een versnelling is van zijn ondergang. Rijkdom aan kennis (van het Islamitisch
monotheïsme) is de oorzaak dat de mens levens (kracht) krijgt en levens(kracht) kan geven aan
anderen. Wanneer de mensen iemand zien die zich bezighoudt met kennis dan respecteren,
bewonderen en houden ze van hem en volgen ze hem aan de hand van wat hij hen onderwijst over
Allaahs Woord (De Qor’aan) en de authentieke Soennah (uitspraken, handelingen en
goedkeuringen) van de profeet (sal Allaahoe `alayhie wa sellem).

18.Het genot dat uit rijkdom (van geld) valt te putten is of een illusionair genot, of een dierlijk genot. Als
iemand geniet van het verzamelen en verkrijgen van geld (op een zodanige wijze dat dit zijn
belangrijkste levensdoel wordt) dan is dit een illusionair genot. Maar wanneer hij ervan geniet om het
geld uit te geven aan zijn lusten en begeerten (in haraam = alles wat Allaah (soebhaanahoe wa
t`ala) voor de mens verboden heeft, omdat het schadelijk is voor hem of om een reden die alleen
Allaah (soebhaanahoe wa t`ala) kent) dan is dit een dierlijk genot. Het genot dat vanuit kennis (van
islaamitisch monotheïsme) voortvloeit is een spiritueel genot wat lijkt op het verheven genot van de
engelen (maar er is een verschil tussen de twee soorten genot!)

19.Rijkdom in geld gaat gepaard met vrees en bedroefdheid, want de rijke is bedroefd voordat hij het
geld heeft en nadat hij het geld heeft bang dat ze het van hem zullen stelen en hoe groter de
omvang van het geld des te groter is zijn angst.

20.De rijkelui moeten hun rijkdom zeker een keer verlaten en dat doet verschrikkelijk veel pijn. De kennis
(van het Islamitisch monotheïsme) verlaat zijn eigenaar nooit (zolang hij het naleeft en ernaar werkt)
dus pijnigt en kwelt het hem niet.

21.Wie wordt gerespecteerd en bewonderd omwille van zijn geld is, als zijn geld op is, alle respect en
bewondering kwijt, terwijl wie wordt gerespecteerd en bewonderd voor zijn kennis alleen nog maar
meer gerespecteerd en bewonderd wordt (als die kennis is gebaseerd op de Qor’aan, de Soennah
en het begrip van de Selefoes-Saalih (Vrome Voorgangers)).
Verder zegt Ibn al-Qaiyiem (rahiemehoellaah):
“Als de doenja uit tijdelijk aanwezig goud zou bestaan en het hiernamaals uit eeuwig aanwezig
zand zou bestaan, dan zou een slim persoon voor het eeuwig blijvende zand kiezen en het
tijdelijk bestaande goud links laten liggen!!!. Welnu, de doenja is tijdelijk bestaand zand en het
hiernamaals eeuwig blijvend goud. Hoe kun je dan voor het tijdelijke kiezen???”

01-11-2012, 12:23


Mashallah dit maakt mij echt blij, soms denk ik ook ik ben die arme terwijl ik eigenlijk 1 van de rijkste ben

01-11-2012, 13:04
DjazaakAllahu Ghairannnn Prachtig!