Bekijk volle/desktop versie : we gaan aan onze imaan werken!



22-03-2012, 14:02
lieve zusters , in deze topic gaan we het hebben over deen islam en hoe we onze imaan kunnen verbeteren/versterken!

22-03-2012, 14:19


het gebed is de basis en die moeten we correct verrichten.

http://www.risallah.com/islam/gebed.php?g=leer_gebed

22-03-2012, 14:22
Kennis zoeken leidt naar het Paradijs

“Voor hem die een pad volgt om kennis te zoeken, Allah zal dat pad, wat naar het Paradijs leidt, vergemakkelijken voor hem.”
Deze hadith werd overgeleverd door Abu Hurayrah (moge Allah tevreden met hem zijn) van de Boodschapper van Allah (vrede en zegeningen zij met hem). De hadith staat in Muslim.

22-03-2012, 14:23

Citaat door moslimaatjuh09:
Kennis zoeken leidt naar het Paradijs

“Voor hem die een pad volgt om kennis te zoeken, Allah zal dat pad, wat naar het Paradijs leidt, vergemakkelijken voor hem.”
Deze hadith werd overgeleverd door Abu Hurayrah (moge Allah tevreden met hem zijn) van de Boodschapper van Allah (vrede en zegeningen zij met hem). De hadith staat in Muslim.
dzjazzakou allahou khairen zuster

22-03-2012, 14:30


Een introductie tot Tawheed

[bron: spubs.com Artikel nr: TAW010002.
Met aanvullingen van Ahlussunnah.nl]



Wat Tawheed betreft, weet dan - broeder en zuster - dat onze Salaf (voorgangers) het hebben ingedeeld in drie categoriën; ieder afhankelijk van de ander - en de Imaan van de dienaar is niet compleet, totdat deze allemaal zijn verworven:

Tawheed ur-Roboobiyyah, Tawheed ul-Uloohiyyah, Tawheed ul-Asmaa was-Sifaat


Tawheed ur-Ruboobiyyah [1]

Dit is: Bevestiging (erkenning) en standvastige (solide) geloof dat Allaah de Verhevene alleen is in

Het scheppen
Het bezitten
Het besturen/beheren van de schepping
Hij heeft geen deelgenoten in welke van deze daden ook en deze behoren Hem alleen toe.

Je dient ook te weten, dat de ongelovigen ten tijde van de Boodschapper , al het bovenstaande bevestigden, echter deed hen dit de Islaam niet binnentreden. De Boodschapper streed tegen hen.

Het bewijs volgt uit de woorden van Allaah:

Zeg (O Muhammad): "Wie schenkt jullie voorzieningen uit de hemel en de aarde," of: "Wie heeft macht over het horen en het zien en wie brengt het levende voort uit het dode en wie brengt het dode voort uit het levende, en wie verordent het bestuur?" Zij zullen zeggen: "Allaah." Zeg dan: "Zullen jullie (Allaah) dan niet vrezen?" [Yoonus 10:31]

en ook Zijn uitspraak:

Zeg: "Aan wie behoort de aarde en alles wat zich daarop bevindt, als jullie het weten?" Zij zullen zeggen: "Aan Allaah." Zeg: "Waarom laten jullie je dan niet vermanen?" Zeg: " Wie is de Heer van de zeven hemelen en de Heer van de Geweldige Troon? Zij zullen zeggen: "Allaah." Zeg: "Waarom vrezen jullie (Allaah) dan niet?" Zeg: "In Wiens handen is de heerschappij over alles? En Hij beschermt terwijl er tegen Hem geen beschermer is, als jullie het weten." Zij zullen zeggen: "Aan Allaah". Zeg: "Waarom zijn jullie dan misleid?" [Mu'minoon 23:84-89]
Tawheed ul-Uloohiyyah [2]

Dit is: De unificatie (vereniging) van alle daden (van aanbidding) van de dienaren - zoals doe'aa (smeekeden) [3], khawf (eerbiedige angst) [4], radjaa (hoop en verlangen naar Hem) [5], tawakkoel (vertrouwen in Hem) [6], raghbah (brandend verlangen naar het Paradijs), rahbah (angst voor de Hel), khoeshoo' (eerbied en nederigheid) [7], khashyah (vrees) [8], inaabah (je berouwvol naar Hem keren) [9], isti'aanah (smeken om hulp en bijstand) [10], isti'aadhah (toevlucht zoeken bij Hem) [11], istighaathah (verlossing en redding zoeken bij Hem) [12], dhabh' (offeren, het slachten van dieren namens Hem) [13], nadhr (het afleggen van eden) [14], en alle andere daden van aanbidding, of dat de daden van het hart, de tong of de ledematen zijn - voor Allaah, de Verhevene alleen. Het is betreffende dit tweede type, dat de twist ontstond in zowel de oude tijden als in de moderne, tussen de boodschappers en hun gemeenschappen.

Het bewijs ligt in de uitspraak van Allaah:

En jullie Heer zei: "Roept Mij aan, Ik zal jullie verhoren. Voorwaar, degenen die te hoogmoedig zijn om Mij te dienen zullen de Hel binnengaan als vernederden." [Ghaafir 40:60]


Tawheed ul-Asmaa was-Sifaat

Dit is: Standvastige (solide) geloof in al hetgeen er wordt gevonden in het Boek van Allaah en is overgeleverd in de Authentieke Sunnah betreffende de Namen en Eigenschappen van Allaah, waarmee Allaah Zichzelf heeft beschreven of waarmee de Boodschaper Hem heeft beschreven - het bevestigen van deze met het begrip van de Metgezellen, zonder welke ook te ontkennen door middel van Takyeef (vragen naar de hoedanigheid), of Tamtheel en Tashbeeh (deze vergelijken met die van de schepping), Ta'weel (deze interpreteren op een manier die in strijd is met het Boek van Allaah, de Authentieke Sunnah en het begrip van de Salaf), Tahreef (het veranderen van hun betekenissen welke zijn bewezen in de hiervoor genoemde drie bronnen), of Ta'teel (het ontkennen of teniet doen van de betekenissen welke zijn bewezen in de hiervoor genoemde drie bronnen).

Het bevat ook het geloof, dat niets zoals Hem is, en Hij is de Alhorende, de Alziende.

Allaah de Verhevene zegt:

Zeg: "Hij is Allaah, de Enige (de Unieke). Allaah is de Samad (van Wie al het geschapene afhankelijk is). Hij heeft niet verwekt en is niet verwekt. En niet één is aan Hem gelijkwaardig." [Ikhlaas 112]

En Hij zegt ook:

En aan Allaah behoren de Schone Namen, roept Hem daarmee aan en verlaat degenen die misbruik van Zijn Namen maken; zij zullen worden vergolden voor wat zij plachten te doen. [A'raaf 7:180]

En Hij zegt ook:

Niets is aan Hem gelijk en Hij is de Alhorende, de Alziende. [Shoora 42:11]

22-03-2012, 14:31
[1] Ruboobiyyah: Een term wat de absolute heerschappij en koningschap van Allaah aanduidt, van de Hemelen en de Aarde en al hetgeen er tussen zit. Het werkwoord 'rabba' (en het zelfstandig naamwoord Rabb, vertaald als Heer) is ervan afgeleid, het betekent: "opvoeden, in vervulling doen gaan, scheppen, en en het samenbrengen van alle nodige elmenten voor het bestaan en welzijn van iets of iemand". Het heeft drie aspecten:

Khalq: Allaah alleen schept alles uit het niets.
Mulk: Allaah alleen bezit alles
Amr: Allaah alleen beheert, bestuurt alles wat Hij schept en bezit.
Enkele van de bewijzen hiervoor zijn:

Weet, dat scheppen [Khalq] en bevelen (beheren) [Amr] aan Hem is voorbehouden, Gezegend zij Allaah, de Heer der Werelden. [A'raaf 7:54]

Dat is Allaah, jullie Heer, Hij bezit [Mulk] alles. En degenen die jullie naast Hem aanroepen, bezitten niet eens een dadelvliesje. [Faatir 35:13]

Ibn al-Qayyim legt uit, dat sommige namen van Allaah gerelateerd zijn aan Zijn Ruboobiyyah en specifieker zijn dan de naam Ar-Rabb. Bijvoorbeeld: Ar-Razzaaq (de Voorziener), al-Muhyee (de Ene Die leven geeft). Zo zijn er ook bepaalde daden, welke zijn gerelateerd aan Zijn Ruboobiyyah en welke specifieker zijn dan de naam ar-Rabb. Bijvoorbeeld: het neerzenden van de regen, het splijten van het zaadje, iemand eer geven, iemand vernederen, het leiden of misleiden van iemand etc. [Al-Madarij]

[2] Uloohiyyah: Een term wat aanduidt, dat Allaah de Enige is naar Wie alle vormen van aanbidding werkelijk gericht zouden moeten worden, of dat nou daden van het hart zijn (gevoelens), woorden en uitspraken, en daden van de ledematen. Het woord ilaah is ervan afgeleid, wat betekent: Iets wat wordt geadoreerd, aanbeden, waarnaar wordt teruggekeerd, dwz een object van aanbidding, onderwerping en adoratie. Er is niets naast Allaah, die dat verdient, en dit is de betekenis van de getuigenis Laa ilaaha illallaah (Er is geen ilaah, die het verdient om op enige manier aanbeden te worden, behalve Allaah alleen), de waarheid en zekerheid die iedere boodschapper kwam vestigen. Allaah azza wa jall zegt:

Jullie ilaah is één ilaah. [Nahl 16:22]

En Hij is Degene Die de ilaah in de hemel is en de ilaah op de aarde is. [Zukhroof 43:84]

En roep geen andere ilaah aan naast Allaah. Er is geen ilaah dan Hij. [Qasas 28:88]

[3] Nog een bewijs: "En wie een andere god aanroept naast Allaah, waarvoor hij geen bewijs heeft: voorwaar, zijn afrekening is bij zijn Heer. Voorwaar, de ongelovigen zullen niet welslagen." [Al-Moe-eminoen (23), aayah 117]

En uit de overlevering van de boodschapper van Allaah : "Doe'aa is de kern van aanbidding."

[4] Het bewijs voor angst (khawf) is dat Allaah de Verhevene heeft gezegd: "Wees daarom niet bang voor hen, wees bang voor Mij, indien jullie gelovigen zijn." [Aal-'Imraan (3), aayah 175]

[5] Het bewijs voor hoop en verlangen (ar-radjaa) is dat de Verhevene zegt: "Wie dan hoopt op de ontmoeting met zijn Heer: laat hem goede daden verrichten en laat hem bij de aanbidding van zijn Heer niet één deelgenoot toekennen." [Al-Kahf (18), aayah 110]

[6] Het bewijs voor het vertrouwen in Allaah (at-tawakkoel), is dat de Verhevene zegt: "En stelt jullie vertrouwen op Allaah, indien jullie gelovigen zijn." [Al-Maa-iedah (5), aayah 23]

En Hij zegt: "En (voor) wie op Allaah vertrouwt, is Hij voldoende." [At-Talaaq (65), aayah 3]

[7] Het bewijs voor het brandende verlangen (ar-raghbah), angst (ar-rahbah) en eerbied en nederigheid (al-khoeshoo'), is dat de Verhevene zegt: "Voorwaar, zij wedijverden in goede daden en riepen ons aan, verlangend (naar Onze Genade) en vol ontzag (voor Onze bestraffing). En zij waren nederig tegenover Ons." [Al-Anbiyaa-e (21), aayah 90]

[8] Het bewijs voor vrees (al-khashyah) is dat Allaah (Soebhanahoe wa Ta'aalaa) zegt: "...en vrees daarom niet hen, maar vrees Mij..." [Al-Baqarah (2), aayah 150 en Soerat Al-Maa-iedah (5), aayah 3]

[9] Het bewijs voor dat je je berouwvol naar Hem moet keren (al-inaabah), is dat Allaah (Soebh'anahoe wa Ta'aalaa) zegt: "En keer (berouwvol en gehoorzaam) terug tot jullie Heer, en geeft jullie over aan Hem..." [Az-Zoemar (39), aayah 54]

[10] Het bewijs voor het vragen om hulp en bijstand (al-isti'aanah), is de Uitspraak van de Verhevene: "U alleen aanbidden wij en U alleen vragen wij om hulp." [Al-Faatihah (1), aayah 5]

En in een hadieth staat: "Als je hulp zoekt, zoek dan de hulp van Allaah." [Overgeleverd door Al-Imaam Ah'mad 1/293 en At-Tirmidhie 4/575]

[11] Het bewijs voor het zoeken van toevlucht bij Hem (al-isti'aadzah), is dat Allaah (Soebh'anahoe wa Ta'aalaa) zegt: "Zeg: "Ik zoek bescherming bij de Heer der dageraad." [Al-Falaq (113), aayah 1]

En ook: "Zeg: "Ik zoek bescherming bij de Heer van de mensen." [An-Naas (114), aayah 1]

[12] Het bewijs voor het vragen van verlossing en redding (al-istighaathah) is dat Allaah (Soebh'anahoe wa Ta'aalaa) zegt: "Toen jullie je Heer om hulp vroegen en Hij jullie verhoorde..." [Al-Anfaal (8), aayah 9]

[13] Het bewijs voor het offeren van dieren (adh-dhabh') is dat Allaah (Soebh'anahoe wa Ta'aalaa) zegt: "Zeg: "Voorwaar, mijn gebeden, mijn offers, mijn leven en mijn sterven zijn opgedragen aan Allaah, Heer der Werelden. Hij heeft geen deelgenoten..." [Al-An'aam (6), aayah 162-163]

De profeet heeft gezegd: "Allaah vervloekt degene die voor iemand anders dan Allaah (een dier) offert." [Overgeleverd door Moeslim, Kietaaboe Al-Adhaah'ie: hoofdstuk, tahriemoe d-Dhabh'ie lie ghayrie llaahie ta'aala wa la'noe faa'ielieh]

[14] Het bewijs voor het afleggen van eden (an-nadhr) is dat Allaah (Soebh'anahoe wa Ta'aalaa) zegt: "Zij vervulden hun geloften. En zij vreesden een Dag waarvan het kwaad verschrikkelijk is." [Al-Insaan (76), aayah 7]

22-03-2012, 14:33
De voorwaarden van de getuigenis "laa ilaaha ilallaah"
[Niets (en niemand) heeft het recht om aanbeden te worden, behalve Allaah]

[bron: A'laam as-Sunnah al-Manshoerah
Shaykh Haafidh ibn Ahmad al-Hakamie]


De Profeet heeft gezegd (in vertaling):
“Elke dienaar die 'laa ilaaha ilallaah' zegt en vervolgens sterft, voorwaar, hij treedt het paradijs binnen.” [Bukhari en Muslim]

De Profeet heeft gezegd:
“Al-Imaan heeft meer dan tweeënzeventig vertakkingen. De meest hoge daarvan is de uitspraak 'laa ilaaha ilallaah' en de meest lage daarvan is het oprapen van het kwaad van de weg. En schaamte is één van de vertakkingen van al-Imaan.” [Bukhari en Muslim]

Deze getuigenis (laa ilaaha ilallaah) is de sleutel tot het paradijs. En de tanden van deze sleutel zijn de voorwaarden die het heeft. Deze voorwaarden zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden en dient men zich dus te houden aan al deze voorwaarden, omdat deze getuigenis hem/haar anders niet zal baten. We dienen deze voorwaarden te begrijpen en te handelen naar deze.

Het volgende komt uit A'laam as-Sunnah al-Manshoerah:

De zeven voorwaarden zijn:
al-'ilm [1]: Kennis, kennisnemen van haar met haar ontkenning (an-Nafiy) en de erkenning (al-Ithbaat);
al-Yaqien [2]: Zekerheid (over haar) in het hart;
al-Inqiyaad [3]: Volgen, het innerlijk en uiterlijk volgen van ‘laa ilaaha illa-llaah’;
al-Qaboel [4]: Acceptatie, het accepteren van haar vereisten en essenties;
al-Ikhlaas [5]: Zuivere intentie;
as-Sidq [6]: Oprechtheid, vanuit het hart, niet alleen met de tong;
al-Mahabbah [7]: Liefde, voor haar en haar volgelingen; liefde en haat omwille van haar

[1] “Weet dat er geen god is behalve Allaah.” (Qur'aan: 47/19)

[ilaah is hier vertaald als god, in de betekenis, "dat wat aanbeden wordt". De betekenis van laa ilaaha ilallaah is dus, "Niets (en niemand) heeft het recht om aanbeden te worden behalve Allaah" ]

De ontkenning (an-Nafiy): dat er geen god aanbeden mag worden (laa ilaha)

en de erkenning (al-Ithbaat): dat alleen Allaah de Enige is Die aanbeden dient te worden (ilallaah)

De Profeet heeft gezegd : “Wie sterft terwijl hij (bewust) weet dat er geen god dan Allaah is, voorzeker, hij treedt het paradijs binnen.”

[2] "Voorwaar, de gelovigen zijn slechts degenen die in Allaah en Zijn Boodschapper geloven, die vervolgens niet twijfelen en die met hun bezittingen en hun levens strijden op de weg van Allaah. Zij zijn de waarachtigen." (Qur'aan: 49/15).

En de uitspraak van de Profeet : “Ik getuig dat er geen god is behalve Allaah, en dat ik de Boodschapper van Allaah ben. Wanneer een dienaar zonder twijfel Allaah daarmee ontmoet; hij zal zeker het paradijs binnentreden.” [Sahih Muslim]
En de Profeet zei tegen aboe Hurayrah: “Degene die jij achter deze muur ontmoet, en die getuigt dat er geen god is behalve Allaah terwijl hij daarover zekerheid in zijn hart heeft, voorwaar, verheug hem dan met het paradijs.” [Sahih Muslim].

[3]"En al wie zijn aangezicht geheel aan Allaah overgeeft, terwijl hij een weldoener is: waarlijk, die heeft het stevige houvast gegrepen." (Qur'aan: 31/22).

De Profeet heeft gezegd: “Voorwaar, geen van jullie zal gelovig worden, totdat jullie lust overeenkomt met hetgeen waarmee ik gekomen ben.”

[4] Allaah zegt over degene die het niet accepteert:
"(Tot de engelen wordt gezegd: ) "Verzamel degenen die onrecht pleegden en hun gelijken en wat zij plachten te aanbidden, Naast Allaah. Leidt hen dan naar de weg naar Djahiem (hel). En houdt hen vast: voorwaar, zij zullen ondervraagd worden.(Er zal hen gevraagd worden: ) "Wat is er met jullie, waarom helpen jullie elkaar niet?” Op die dag zullen zij zichzelf overgeven. En zij zullen zich tot elkaar wenden en elkaar ondervragen. Zij (de volgelingen) zullen zeggen: "Voorwaar, jullie zijn van de rechterkant tot ons gekomen.” Zij (de leiders) zullen antwoorden: "Jullie waren zelfs geen gelovigen. En wij hadden geen macht over jullie. Jullie waren zelfs een overtredend volk. Het Woord (van bestraffing) tot ons van onze Heer zal daarom bewaarheid worden. Wij misleidden jullie toen: voorwaar, wij waren misleiders.” Voorwaar, zij zullen dan op die dag in de bestraffing bij elkaar komen. Voorwaar, zo behandelen Wij de misdadigers. Voorwaar, toen er tot hen gezegd werd: "Er is geen god behalve Allaah," toen waren zij hoogmoedig. En zij zeggen: "Zullen wij dan onze goden achterlaten vanwege een bezeten dichter?" (Qur'aan: 37/22-36).

De Profeet zei ook: “Het voorbeeld van leiding en kennis waarmee Allaah mij heeft gestuurd, is als overvloedige regen die (bij nood) een plek op aarde trof. Een deel van die aarde was zuiver (vruchtbaar), accepteerde het water en bracht vegetatie en gras in overvloed voort. Een ander deel van die aarde was onvruchtbaar en hield het water vast. Allaah liet de mensen daarvan profiteren; zij dronken ervan, gaven te drinken en plantten; ook trof het een andere plek die plat en hard is (en geen water opneemt), geen water vasthoudt en geen vegetatie voortbrengt. Dat is het voorbeeld van degene die de religie van Allaah begrijpt, en hetgeen waarmee Allaah mij zond en hem baat. Hij leert en praktiseert. En het voorbeeld van iemand die er geen zorg voor draagt. En het voorbeeld van degene die de leiding van Allaah waarmee ik gestuurd ben, niet accepteert.”

[5] Allaah zegt:
"Voorzeker, tot Allaah behoort de zuivere godsdienst." (Qur'aan: 39/3).

En Hij zegt:

"aanbid daarom Allaah, Hem zuiver aanbiddend." (Qur'aan: 39/2).

Ook heeft de Profeet gezegd: “De gelukkigste persoon, die mijn voorspraak heeft op de Dag der Opstanding, zal degene zijn die zegt: "Er is geen god behalve Allaah," met een zuivere intentie vanuit zijn hart.”

Hij zei ook: “Voorwaar, Allaah heeft het hellevuur verboden gemaakt voor degene die zegt: "Er is geen god behalve Allaah," met als enige verlangen naar Allaah’s gezicht.”

[6] Allaah de Verhevene zegt:
"Alif Laam Miem. Dachten de mensen dat zij met rust gelaten worden, als zij zeggen: "Wij geloven," en dat zij niet op de proef gesteld worden? En voorzeker, Wij hebben degenen vóór hen op de proef gesteld. Allaah kent zeker degenen die de oprecht spreken en Hij kent zeker de leugenaars." (Qur'aan: 29/ 1-3).

En de Profeet zei: “Iedereen die getuigt dat er geen god is behalve Allaah en dat Muhammed de Boodschapper van Allaah is, met oprechtheid vanuit zijn hart, voorzeker, Allaah maakt het hellevuur voor hem verboden.”

En hij zei tegen de bedoeïen die hij de wetgeving van de Islaam heeft onderwezen –de bedoeïen zei: "Bij Allaah, ik zal er niets aan toevoegen en er niets afhalen”:- "Als hij oprecht is, komt hij goed terecht."

[7] Allaah de Verhevene zegt:
"O jullie die geloven! Wie van jullie zijn godsdienst afvallig is: Allaah zal een volk nemen waar Hij van houdt en dat van Hem houdt." (Qur'aan: 5/54).

Ook heeft de Profeet gezegd: “Drie zaken; als zij zich in iemand van jullie bevinden, proeft hij de smaak van het Geloof: dat hij van Allaah en Zijn Profeet meer dan van de rest houdt, en dat hij van een persoon houdt, hij houdt van hem slechts omwille van Allaah, en dat hij het haat om naar het ongeloof terug te keren, net zoals hij het haat in het vuur te worden gegooid.”

22-03-2012, 14:35
Grootheid van Allaah
Ibn al Qayyim al-Jawziyyah
Vertaalde stuk: Greatness of Allaah


Ibn al-Qayyim beschreef Allaahs grootsheid in de volgende bewoordingen:

“Hij bestuurt de aangelegenheden van de verschillende rijken en Hij gebiedt en verbiedt, schept, onderhoudt, brengt de dood, geeft het leven, geeft macht, en neemt macht weg (van en aan wie Hij wil), en laat (de) dag en (de) nacht afwisselen. Hij geeft variërende lotsbeschikkingen aan mensen en wisselt regeringen (en staten) af, waarbij Hij sommige vernietigt en andere laat ontstaan. Zijn Gebod en Macht overheersen in de hemelen en hun gebieden (zones), de aarde en alles wat erop en erin is, in de zeeën en in de lucht. Zijn Kennis heeft alles omvat, en Hij heeft alles geteld. Hij hoort alle soorten stemmen en zij verwarren Hem niet. Neen, integendeel, Hij hoort iedere stem in zijn eigen taal en hulpbehoevendheid, en geen enkele stem houdt Hem zozeer bezig dat Hij de hulpbehoevendheid van een ander niet kan vervullen, en geen enkele hulpbehoevendheid zal ooit aan Zijn Volmaakte Kennis (en Zijn Macht om te verlossen) ontsnappen.

De vele noden van degenen die hulpbehoevend zijn vervelen Hem niet. Zijn Blik (Zicht) omvat alles wat er is. Hij ziet de beweging van een zwarte mier op een kale rots op een donkere nacht. Voor Hem, is het Ongeziene onbedekt en is het geheim niet langer een geheim:

"Allen die in de hemelen en op aarde zijn vragen Hem (heeft van Hem nodig). Iedere dag is Hij bezig (zoals met het eren van sommigen, vernederen van sommigen, het geven van leven aan sommigen, dood aan sommigen, etc.)." [Soerah Ar-Rahmaan (55):29]

Hij vergeeft een slechte daad, doet depressiviteit verdwijnen en brengt respijt (kwijtschelding) van rampen, verlichting voor een ieder die het nodig heeft, rijkdom voor de arme, leiding voor degene die is misleid, licht voor degene die de weg kwijt is, hulp voor de wanhopige, (een gevoel van) voldaanheid voor de hongerige, bedekking voor degene die nauwelijks gekleed is, genezing voor de zieke, en gemak voor degene die lijdt. Hij aanvaardt degene die berouw toont, geeft beloning aan degene die goed doet, geeft bijstand aan degene die onrechtvaardig is behandeld, vernietigt een arrogante persoon, bedekt fouten, geeft veiligheid na angst, en verheft sommigen en vernedert anderen.

Als degenen die in Zijn hemelen en op Zijn aarde wonen en al degenen die Hij geschapen heeft, of zij nu mensen zijn of Jinns, harten hadden gelijk aan het meest vrome hart, dan zou (dit) Zijn Koninkrijk niet vermeerderen (vergroten). Als Zijn gehele schepping, of het nu mensen zijn of Jinns, harten hadden gelijk aan het slechtste hart, dan zou dit niets aan Zijn Koninkrijk afdoen. En tevens, als allen die in Zijn hemelen en op Zijn aarde wonen, de gehele mensheid en alle Jinns, de doden en de levenden, op één stuk land gaan staan en ieder Hem vraagt betreffende zijn hulpbehoevendheid, en Hij dan hun noden vervult, dan zal dit niet in het minste afdoen aan Zijn bezit. Hij is de Eerste, niets is er vóór Hem, de Laatste, niets is er na Hem, de Allerhoogste, niets is er boven Hem, en de Meest Nabije, niets is er nabijer dan Hij. Hij, Verheven en zó Hoog (Immerverheven) als Hij is, is de Beste Die men kan en zou moeten gedenken, de Enige Die het verdient om aanbeden en bedankt te worden, de Vriendelijkste van al degenen die bezitten en de Meest Vrijgevige van al degenen aan wie gevraagd wordt (om) te geven. Hij is de Koning Die geen deelgenoot heeft, de Ene Die geen concurrent heeft, de Samad (de Enige van Wie al het geschapene afhankelijk is) Die geen nakomelingen heeft, en de Immerverhevene, er is niemand (en niets) zoals Hij. Alles zal vergaan behalve Zijn Aangezicht, en iedere koningschap zal zeker vergaan behalve het Zijne. Hij zal slechts gehoorzaamd worden met Zijn verlof, en Zijn Kennis onthult alle ongehoorzaamheid aan Hem. Wanneer Hij wordt gehoorzaamd, toont Hij Zijn dankbaarheid daarvoor, en wanneer Hij niet wordt gehoorzaamd, schenkt Hij vergiffenis (aan diegenen die Hem werkelijk berouw tonen). Iedere straf van Hem is rechtvaardig en elke vrijgevigheid (gift) is een gunst. Hij is de Meest Nabije Getuige en de Meest Nabije met Zijn Volmaakte Zorg. Hij beheerst de voorhoofdslokken van alles en heeft de volledige optekeningen van alle daden en de boeken van alle tijdperken. De harten zijn ontmaskerd voor Hem en het geheim is onthuld. Zijn geven en (Zijn) straffen zijn slechts een Bevel:

"Voorwaar, wanneer Hij iets wil (scheppen), dan zegt Hij er slechts tegen “Wees”, en het is." [Soerah Yasin (36):82]

22-03-2012, 14:36
De Oorsprong van Shirk (Afgoderij)
Sheikh Muhammad Naassirudin al-Albaani
(bron: Tahdhieroes-Saadjid min Ittichaadhil-Qoeboerie Masaadjid blz. 135 t/m 141)
Vertaalde stuk: Spubs.com Artikelnr. TAW010004.
(Vertaling: van de oude website van Muhammad abu Ubaydillah.
Nagekeken, verbeterd en aangevuld door Sincerehearts.nl)


Van hetgeen er staat beschreven in de Sharee`ah (voorgeschreven wet), is dat de mensheid in het begin een natie (oemmah) was, wat op zuivere Tawheed (zuivere monotheïsme) zat, toen (daarna) overwon Shirk (het richten van enige vorm van aanbidding naar een ander dan Allaah, afgoderij, polytheïsme) hen geleidelijk. De grondslag daarvoor is de uitspraak van Allaah :

“De mensheid was één Oemmah (gemeenschap, natie, groep, mensen) totdat Allaah de profeten zond voor het brengen van het goede nieuws en waarschuwingen”[1]

Ibn ‘Abbaas (radie Allaahoe `anhoemaa) heeft gezegd:

“Tussen Noeh en Aadam zaten tien generaties, allen zaten zij op de Sharee`ah (wet) van de waarheid, daarna verschilden zij. Daarom zond Allaah profeten als brengers van goed nieuws en als waarschuwers.” [2]

Ibn `Oerwah el-Hanbali (d.837 H) heeft gezegd:

“Deze uitspraak weerlegt de geschiedkundigen onder de Mensen van het Boek, die claimen dat Qaabil (Kaïn) en zijn zonen vuur-aanbidders waren.”[3]

Ik zeg (Shaych al-Albaanie): In deze uitspraak zit ook een weerlegging op sommige van de filosofen en atheïsten, die claimen dat de natuurlijke basis van een mens Shirk is en dat Tawheed is ontwikkeld in de mens! De voorgaande Vers laat zien dat deze claim fout is, en zo ook de volgensw twee authentieke ahaadieth (overleveringen):

Ten eerste: De uitspraak van de Profeet , die hij van zijn Heer (Allaah) heeft overgeleverd:

“Ik schepte al mijn dienaren op de ware Religie (op Tawheed, vrij van Shirk). Toen kwamen de duivels en leidden hen op een dwaalspoor van hun ware geloof. Zij maakten voor hen dingen onwettig, die Ik wettig had gemaakt, en zij bevolen hen, om deelgenoten aan Mij toe te schrijven in (de) aanbidding, waarvoor ik geen bevoegdheid had neergezonden.” [4]

Ten tweede: De uitspraak van de Profeet :

“Elk kind wordt geboren op de Fietrah [5] (natuurlijke staat, oorsprong, zondeloosheid, Tawheed) maar (vervolgens maken) zijn ouders hem een jood, christen of magiër. Het is zoals de manier, waarop een dier een natuurlijke nakomeling baart. Heb je onder de geborenen ooit een verminkte opgemerkt, voordat je hen verminkt.”

Aboe Hoerayrah (radie Allaaohe `anhoe) zei (over deze hadieth): Reciteer als je wenst:

“Allaah's fitrah (de natuurlijke staat waarop de mensen geboren worden) waarop Hij de mensheid geschapen heeft. Niemand kan de creatie (Religie) van Allaah veranderen...” (Soerah ar Roem 30:30) [6]

Na deze duidelijke uitleg, is het van grootste belang voor de Moslim om te weten, hoe Shirk zich onder de gelovigen verspreidde, nadat zij moewahhidien (getuigen – in woord en daad - van de Eenheid van Allaah) waren.

Het is overgeleverd door een groep van de Selef Saalih (Vrome Voorgangers), in vele overleveringen, aangaande de interpretatie van deze uitspraak van Allaah over het volk van Noeh:

“En zij hebben gezegd: Jullie zullen jullie goden niet verlaten, nog zullen jullie Wadd, noch Soewaa`, noch Yaghoeth, noch Ya`oeq, noch Nasr verlaten.” (Soerah Noeh 71:23)

Dat deze vijf, Wadd en diegenen die met hem genoemd zijn, rechtschapen aanbidders waren. Toen zij echter stierven, fluisterde de Shaytaan (Satan) hun mensen in, om terug te gaan en te zitten bij hun graven. Vervolgens fluisterde de Shaytaan degenen die na hen kwamen in, dat ze van hen (afbeeldingen) beelden moesten maken, terwijl voor hen het idee werd verfraaid, dat zij op deze manier herinnert zouden worden aan hen en hen daarbij zouden (kunnen) volgen in hun rechtschapenheid. Toen stelde de Shaytaan de derde generatie (na hen) voor, dat zij deze beelden (afgoden) zouden moeten aanbidden naast Allaah - de Meest Verhevene - en hij fluisterde hen in, dat dit hetgeen was wat hun voorvaders deden!!!

Dus (vervolgens) zond Allaah (de Profeet) Noeh (`alayhies-salaam) naar hen, die hen gebood Allaah alléén te aanbidden. Echter gaf niemand gehoor aan zijn uitnodiging behalve slechts weinigen. Allaah - de Machtige en Verhevene - Spreekt over het verhaal van Noeh en zijn volk in Soerah Noeh.

22-03-2012, 14:37
In Sahieh al-Boechaarie staat op gezag van Ibn `Abbaas (radie Allaahoe `anhoe):

Zeer zeker (waren) deze vijf namen van rechtschapen mensen van het volk van Noeh. Toen zij stierven, fluisterde Shaytaan hun volk in, om beelden van hen te maken, en deze beelden te plaatsen op de plaatsen waar zij bijeenkwamen, ter herinnering aan hen. Dus deden zij dit en noemden (zij) ieder (beeld) van deze beelden bij zijn naam. Hoe dan ook, geen van hen aanbad deze beelden, totdat zij stierven en de bedoeling van deze beelden werd vergeten. Vervolgens aanbad de volgende generatie hen.”[7]

Iets vergelijkbaars is ook overgeleverd door Ibn Djarier at-Tabarie (rahiemehoellaah) en anderen, op gezag van een aantal van de Selef (radie Allaahoe `anhoem).

In ad-Dorrar el-Manthoer (6/269):

`Abdullaah ibn Hoemayd (rahiemehoellaah) overleverde op gezag van Abie Moettahar, die zei: “Jazied ibn al-Moehallab werd genoemd bij Aboe Dja`far (hij is al-Baaqir o.11H), dus zei hij: Hij werd vermoord op een plaats, waar als eerste iets anders dan Allaah werd aanbeden.” Toen vermeldde hij Wadd en zei:

“Wadd was een moslim die geliefd was bij zijn volk. Toen hij stierf, verzamelden de mensen zich rond zijn graf in het land van Babel, terwijl zij treurden en rouwden. Toen Ieblies (satan) hen zag treuren en rouwen om hem, verscheen de Satan in de gedaante van een persoon en zei: “Ik zie dat jullie treuren en rouwen om hem. Dus waarom maken jullie geen afbeelding van hem (een beeld), welke jullie plaatsen jullie op de plekken waar jullie bijeenkomen, zodat jullie hem zullen herinneren?” Zij stemden ermee in en maakten een afbeelding van hem en plaatsen deze afbeelding op de plaatsen waar zij bijeenkwamen; ter nagedachtenis aan hem.

Toen Ieblies zag hoe zij hem herdachten, zei hij: “Waarom maakt niet ieder van jullie een soortgelijke afbeelding om in jullie eigen huizen te houden, zodat jullie hem continue kunnen herdenken?” En zij zeiden allen: “Ja.” Dus ieder huishouden maakte een afbeelding van hem, die zij eerden en die hen continu aan hem deed denken.”

Aboe Dj’afar (rahiemehoellaah) zei: “Degenen van de latere generatie, zagen wat de voorgaande generaties hadden gedaan en namen dat aan, zij gingen hier zover in totdat zij (en in een andere overlevering: en vervolgens hun kleinkinderen) hem uiteindelijk als een Ilaah (God) namen om aanbeden te worden naast Allaah.” Hij zei toen: “Dit was de eerste afgod die naast Allaah werd aanbeden. En zij noemden hun afgod Wadd”.[8]

Dus was de wijsheid (openbaring) van Allaah - de Gezegende, de Meest Verhevene - voltooid, toen hij Muhammed zond als de laatste Profeet en (Hij) zijn Sharee`ah (Wetgeving) maakte alszijnde de voltooiing van alle Goddelijke voorgeschreven wetten. Dat Hij alle middelen en toegangswegen verbood, via welke mensen zouden kunnen vervallen in Shirk - wat de grootste zonde is.

Om deze reden, is het bouwen van heiligdommen over graven en de intentie om speciaal naar deze af te reizen, het gebruiken van deze plaatsen als plaatsen van feestelijkheden en het verzamelen en het zweren van een eed bij (i.e. in de naam van) de bewoner van een graf; allemaal verboden.

Al deze zaken leiden tot buitensporigheden en leiden naar de aanbidding van anderen dan Allaah - de Meest Hoge. Dit is des te meer het geval in een tijd waarin kennis vermindert, onwetendheid vermeerdert, er weinig oprechte adviesgevers (naar de waarheid) zijn en shaytaan samenwerkt met mensen en jinn om de mensheid te misleiden en hen te verwijderen van de aanbidding van Allaah alleen - de Gezegende, de Meest Hoge.


[1] Soerah el-Baqarah 2:213
[2] Overgeleverd door Ibn Djareer at-Tabaree in zijn tafsier (4/275) en al-Haakim (2/546) die zeiden: “Het is authentiek volgens de voorwaarden van el-Boechaarie.” Adh-Dhahabee was het met hem eens.

[3] Al-Kawaakibud-Duraaree fee Tarteeb Musnadul-Iemaam Ahmad 'alaa Abwaabil-Boechaarie (6/212/1), nog steeds in manuscriptie vorm

[4] Overgeleverd door Moslim (8/159) en Ahmed (4/162) door `Iejaadh ibn Himaar el-Moedjaashi`ie (radie Allaahoe `anhoe)

[5] (van voetnoot vertaler: ) Ibn al-Atheer (rahiemehoellaah) zei in an-Niehaayah (3/457: “ al-Fitr: betekent het begin en creatie, en al-Fitrah is de situatie die er uit resulteert. De betekenis is, dat de mensheid werd geboren op een aard en een natuur, welke gereed is om de ware Religie te accepteren. Dus als hij hier op zou worden gelaten, dan zou hij daarop blijven (verder gaan). Echter, degenen die daarvan afdwalen, doen dat vanwege het volgen van menselijke zwaktes en het blind volgen van anderen.” al-Haafidh ibn Hadjar (rahiemehoellaah) zei in al-Fath (2/248): “De mensen verschillen, betreffende wat er wordt bedoeld met al-Fitrah, en de bekendste uitspraak is, dat het Islaam betekent. Ibn `Abdoel-Barr (rahiemehoellaah) zei: Dat is wat bekend was bij de meesten onder de Selef Saalih (vrome voorgangers), en de geleerden van Tafsier zijn het erover eens, dat wat wordt bedoeld met de uitspraak van Allaah - de Meest Verhevene -, “Allaahs fitrah waarop Hij de mensheid geschapen heeft”, Islaam is.” Vers 30 Soerah ar-Roem.

[6] Overgeleverd door al-Boechaarie (11/418) en Moslim (18/52)

[7] Overleverd door al-Boechaarie (8/534)

[8] Ook overgeleverd door Ibn Abie Haatim, zoals in al-Kawaakiboed-Doeraarie (6/112/2) door Ibn `Urwah al-Hanbalee, samen met een isnaad (ketting) die Hasan is, tot aan. Aboe Moettahar. Echter, er kon geen biografie van hem gevonden worden, niet in ad-Dawlaabie`s Koenaa wal-Asmaa, noch in Muslim`s al-Koenaa, noch in iemand anders boek.. En het verborgen mankement is, dat hij van de Shee'ah is, maar zijn biografie is niet te vinden in at-Toosee`s al-Koenaa — vanuit de register van Shee`ah overleveraars. (de hadieth is dus zwak omdat zijn ketting onderbroken is en omdat Aboe Moetahhar onbekend is –Aboe ‘Oebaydallaah)

22-03-2012, 14:39
Vier soorten liefde
Ibn al-Qayyim al Jawziyyah
(bronnen staan onder iedere stuk in de tekst)
Vertaalde stuk: Four Kinds of Love



Ibn al-Qayyim (moge Allaah tevreden met hem zijn) heeft over dit onderwerp gezegd:

Er zijn vier soorten liefde die we moeten onderscheiden, en degenen die afdwalen dwalen af omdat ze dit onderscheid niet maken. De eerste van deze is, de liefde voor Allaah, maar dit alleen is niet voldoende om een persoon te redden van de bestraffing van Allaah en om Zijn beloning te ontvangen. De Veelgodendienaars, aanbidders van het kruis, Joden en anderen houden allen van Allaah. De tweede (soort liefde) is, liefde voor datgene waar Allaah van houdt. Dit is wat een persoon in de Islam zet en uit Kufr (ongeloof). De meest geliefde mensen bij Allaah zijn degenen die het meest correct en het meest toegewijd zijn in deze soort liefde. De derde soort is, liefde omwille van Allaah, welke een van de vereisten is van de liefde voor datgene waar Allaah van houdt. De liefde van een persoon voor datgene waar Allaah van houdt kan niet compleet zijn tot diegene ook liefde heeft omwille van Allaah. De vierde (soort liefde) is, liefde voor iets naast Allaah, en deze liefde heeft te maken met shirk (afgoderij). Iedereen die van dingen houdt naast Allaah maar niet omwille van Allaah heeft datgene gelijkgesteld (als concurrent) aan Allaah. Dit is de liefde van de Mushrikeen (veelgodendienaars). Er blijft een vijfde soort liefde over welke niets te maken heeft met het onderwerp; dit is de natuurlijke liefde, welke de menselijk behoefte is voor datgene wat hoort bij zijn (menselijke) natuur, zoals de liefde van een dorstige persoon voor water en van een hongerige persoon voor voedsel, of de liefde voor slaap, of (de liefde) voor je vrouw en kinderen. Hier is niks mis mee, tenzij het een persoon afleidt van het gedenken van Allaah en hem weerhoudt om van Allaah te houden. Allaah zegt (interpretatie van de betekenis):

"O jullie die geloven, laat jullie bezittingen en jullie kinderen jullie niet afleiden van het gedenken van Allaah." [al-Munaafiqoon 63:9]

"Mannen die niet door handel en niet door verkoop worden afgeleid van de gedachtenis van Allaah" [al-Noor 24:37]

(Al-Jawaab al-Kaafi, 1/134)



En hij heeft gezegd (moge Allaah tevreden met hem zijn):

Het verschil tussen liefde omwille van Allaah en liefde voor iets naast Allaah is een van de belangrijkste verschillen. Iedereen dient dit onderscheid te maken en is ook verplicht om dat te doen. Liefde omwille van Allaah is een teken van de perfectie van het geloof, maar liefde voor iets naast Allaah is de essentie (kern) van Shirk (afgoderij). Het verschil tussen deze twee is, dat de liefde van een persoon omwille van Allaah verbonden is aan zijn liefde voor Allaah; als deze liefde sterk wordt in zijn hart, dan sommeert deze liefde dat hij zal houden van datgene waar Allaah van houdt. Als hij houdt van datgene waar zijn Heer van houdt en hij houdt van degenen die de vrienden van Allaah zijn, dan is dit liefde omwille van Allaah. Dus hij houdt van Zijn Boodschappers, Profeten, Engelen en vrienden omdat Allaah van hen houdt, en hij haat degenen die hen haten omdat Allaah zulke mensen haat. Het teken (eigenschap) van de liefde en haat omwille van Allaah is dat zijn (van de persoon) haat voor degene die Allaah haat niet eenvoudigweg in liefde zal veranderen omdat deze persoon (die wordt gehaat) hem vriendelijk behandeld, hem een dienst bewijst of in een van zijn behoeftes voorziet; en zijn liefde voor degenen van wie Allaah houdt zal niet simpelweg in haat veranderen omdat deze persoon iets doet wat diegene verontrust of pijn doet, of dit nou per ongeluk is of expres, uit gehoorzaamheid voor Allaah of omdat de persoon vindt dat hij dat moet doen om de een of andere reden, of omdat de persoon een boosdoener is, die misschien zijn kwaad zal opgeven en berouw zal tonen. De gehele religie draait om vier principes: liefde en haat, en hieruit volgend, handeling (daad) en zelfonthouding. De persoon van wie de liefde en haat, handeling en zelfonthouding, allemaal omwille van Allaah zijn, heeft zijn geloof geperfectioneerd zodat wanneer hij (de persoon) houdt van, hij dit (houden van) doet omwille van Allaah, wanneer hij haat, hij haat omwille van Allaah, wanneer hij iets doet, hij het doet omwille van Allaah, en wanneer hij zich van iets onthoudt, hij zich onthoudt omwille van Allaah. Wanneer hij in deze vier categorieen tekort schiet, dan schiet hij tekort in zijn geloof en toewijding aan het geloof. Dit is in tegenstelling tot de liefde voor dingen naast Allaah, welke uit twee types bestaat. De ene type staat haaks op het principe van Tawheed en is shirk; de andere gaat de perfectie van oprechtheid en liefde tegenover Allaah tegen, maar plaatst een persoon niet buiten de Islam.

De eerste soort is als de liefde van de Mushrikeen (veelgodendienaars) voor hun idolen (afgodsbeelden) en goden. Allaah zegt (interpretatie van de betekenis):

"En er zijn er onder de mensen die naast Allaah afgoden nemen, die zij liefhebben met de liefde als (die) voor Allaah" [al-Baqarah 2:165]

Deze Mushrikeen houden van hun idolen en goden naast Allaah zoals zij van Allaah houden. Deze liefde en toewijding wordt vergezeld door angst, hoop, aanbidding en smeekbeden. Deze liefde is puur Shirk welke Allaah niet vergeeft. Geloof kan niet worden geperfectioneerd tenzij een persoon deze idolen beschouwd als vijanden en ze intens haat, en de mensen haat die hen aanbidden, en hen beschouwd als vijanden en zich inspant tegen hen. Dit is de boodschap met welke Allaah al Zijn Boodschappers heeft gezonden en al Zijn boeken heeft geopenbaard. Hij heeft de Hel gecreeërd voor de mensen van Shirk die van deze concurrenten houden, en Hij heeft het Paradijs gecreeërd voor degenen die zich tegen hen inspannen en hen omwille van Hem als vijanden beschouwen en om Zijn Tevredenheid te verdienen. Iemand die iets aanbidt van nabij de Troon tot de laagste diepten van de aarde en een god aanneemt en een beschermer naast Allaah en een ander wezen toevoegt in zijn aanbidding met Hem, zal worden onteigend door datgene wat hij aanbad (datgene zal dus afstand nemen van zijn aanbidder) wanneer hij het het meest nodig heeft [dus op de Dag des oordeels].

De tweede soort is, liefde voor de dingen die Allaah aantrekkelijk heeft gemaakt voor mensen, zoals vrouwen, kinderen, goud, zilver, gebrandmerkte mooie paarden, vee en (goed geploegde) land. Mensen houden van deze dingen met een soort verlangen, zoals de liefde van een hongerige persoon voor voedsel en een dorstige persoon voor water. Deze liefde bestaat uit drie soorten. Als een persoon van deze dingen houdt omwille van Allaah en deze dingen ziet als een manier om Allaah te gehoorzamen, dan zal hij daarvoor worden beloont; het zal worden meegerekend (beschouwd) als een onderdeel van liefde omwille van Allaah en een manier om Hem te bereiken, en hij (deze persoon) zal nog steeds genieten van deze dingen. Dit is hoe de beste van de schepping [dus de Profeet (salAllaahoe alayhi wa sallam)] was, voor wie vrouwen en parfum in deze wereld geliefd waren gemaakt, en zijn liefde voor deze dingen hielpen hem om meer van Allaah te houden en om Zijn Boodschap uit te dragen en Zijn geboden te volbrengen. Als een persoon houdt van deze zaken omdat ze horen bij zijn natuur en zijn eigen verlangens, maar hij deze dingen niet prefereert boven datgene waar Allaah van houdt en tevreden mee is, en hij deze neemt vanwege zijn natuurlijke neiging , dan valt dat onder de zaken die zijn toegestaan, en zal hij niet worden gestraft voor deze dingen, maar zijn liefde voor Allaah en omwille van Allaah zullen een beetje tekort schieten. Als zijn enige doel in het leven is om deze dingen te verkrijgen, en hij deze dingen prioriteit geeft boven datgene waar Allaah van houdt en tevreden mee is, dan doet hij zichzelf onrecht en volgt hij zijn eigen begeertes.

De eerste is de liefde van al-Saabiqoon (degenen die het voornaamst zijn in Islam); de tweede is de liefde van al-muqtasidoon (degenen die gemiddeld zijn) en de derde is de liefde van al-zaalimoon (de boosdoeners).

Al-Rooh door Ibn al-Qayyim, 1/254.

22-03-2012, 14:46
onze voorbeeld:

De profeet Sallalahu 'alaihi wasalam was een hele mooie man. Qua uiterlijk en gedrag was hij de perfecte mens. Er zijn tal van overleveringen hierover maar wij beperken ons tot een samenvatting daarvan:

Het gezicht
De profeet Sallalahu 'alaihi wasalam had een blanke huid, een rond gezicht en een rode blos op zijn wangen. Hij had een enorme uitstraling. Als hij glimlachtte straalde zijn gezicht volledig. Het kijken naar hem stond gelijk aan het kijken naar de zonsopgang. Zijn zweetdruppels op zijn gezicht waren als parels. Zijn zweetgeur was aangenamer dan de geur van musk. Als hij boos werd, werd zijn gezicht zo rood als het binnenste van een granaatappel. Zijn wenkbrauwen stonden perfect in een halve maanvorm. Hij had een hoog voorhoofd en zijn wenkbrauwen liepen in elkaar over. Zijn ogen waren groot en zijn wimpers zacht en lang. Als je naar hem keek, leek het alsof zijn ogen zwart waren, al was dit maar schijn. Hij straalde licht uit, had een mooie grote mond en mooie glanzende tanden. Als hij sprak kwam een helder licht uit zijn mond. De profeet Sallalahu 'alaihi wasalam had een sterke baardgroei met enkele witte haren.

Zijn hoofd, nek en haar
Hij was heel groot en had een groot hoofd en een lange nek. Hij had niet meer dan twintig witte haartjes op zijn hoofd en in zijn baard. De profeet Sallalahu 'alaihi wasalam had weinig rimpels en droeg een middenscheiding in zijn haar.

Zijn ledematen
De profeet Sallalahu 'alaihi wasalam had sterke knie?n, schouders en ellebogen en grote handen en voeten. Zijn handen waren zachter dan zijde, kouder dan ijs en ze roken lekkerder dan musk. Hij had een brede borstkas en was behaard van bovenaan zijn borst tot aan zijn navel en op zijn armen en benen. Zijn lichaamsbouw was mooi. Hij was niet te groot, niet te lang, maar langer dan de gemiddelde lengte. Hij was niet te dik, niet te dun en had een rechte rug.

Zijn lekkere geur
Zijn lichaam, zweetgeur en lichaamsdelen hadden een heerlijke geur. Anas, moge Allah met hem tevreden zijn, zei: ,,Ik heb nooit een geur lekkerder dan musk geroken dan bij de profeet Sallalahu 'alaihi wasalam ". Ook zei Jabir: ,,Als de profeet Sallalahu 'alaihi wasalam ergens had gelopen, wist men dat hij daar gelopen had vanwege de geur die hij achterliet." Als de profeet Sallalahu 'alaihi wasalam een man begroette, dan bleef deze man een hele dag naar hem ruiken. Wanneer de profeet Sallalahu 'alaihi wasalam zijn hand op het hoofd van een kindje legde wist iedereen dat het kind was aangeraakt door hem." Oem Salim heeft zijn zweetdruppels in een flesje bewaard vanwege de heerlijke geur die het verspreidde.

Zijn manier van lopen
Hij liep altijd snel en niemand kon hem bijhouden. Abu Hurairah heeft gezegd: "Ik heb nooit iemand gezien die sneller liep dan de profeet Sallalahu 'alaihi wasalam . Het leek of de aarde zich vouwde onder hem. We deden ons best hem bij te houden." Als hij kwam was hij nadrukkelijk aanwezig en als hij wegging liet hij een leegte achter. Wanneer hij zich omdraaide, draaide hij zich met zijn gehele lichaam om.

Zijn stem en zijn manier van praten
Hij sprak met een licht hese stem en in logische bewoordingen en op een respectvolle manier. Wanneer hij stil was of wanneer hij sprak straalde het respect van hem af. De profeet Sallalahu 'alaihi wasalam gebruikte veel lichaamstaal. Alles wat hij zei was precies goed en heel duidelijk. Niemand was zo welsprekend als hij.

Zijn gedrag
Hij was altijd vrolijk en ongecompliceerd en had een goed hart. Er was niemand die zoveel glimlachte als hij en hij was degene die het verst van boosheid verwijderd was. Hij was snel tevreden en koos altijd voor de gemakkelijke oplossing, mits het volgens de regels van de Islam was. Wanneer het niet volgens de Islam was, gebruikte hij de oplossing niet. Hij was totaal niet wraakzuchtig, behalve wanneer de naam van Allah bespot werd. De profeet Sallalahu 'alaihi wasalam was een edelmoedig en geduldig mens. Hij had respect voor iedereen en was degene die de meeste "Hayaa'e" d.w.z. "de natuurlijke schaamte" had.

22-03-2012, 14:51


zusters ik raad jullie dit boek aan