Ik en m'n schoonbroer[/SIZE]
[SIZE="2"]De Profeet (salallahu aleihi wasalam) heeft gezegd over de schoonbroer: "De schoonbroer is de dood."
Wat word hiermee bedoeld volgens geleerden?
Imam an Nawawi: Dit verwijst naar alle familieleden van de echtgenoot behalve zijn vader en zoons, want die zijn mahram voor de vrouw, en ze mag alleen met hen zijn. Ook kan het betekenen dat alleen zijn met je schoonbroer (zwager) letterlijk kan leiden tot de dood wanneer een verboden zaak verricht word, zina, en de straf daarop is steniging tot de dood. Ook kan het betekenen dat je alleen zijn met een niet mahram zou moeten vrezen zoals je de dood vreest.
Hijaab
Wat de hijaab betreft, is het broertje van mijn man hetzelfde voor mij als iedere vreemde man op straat. Het is dus niet toegestaan voor mij om hem een deel van mijn lichaam te laten zien of mijn hoofddoek af te doen.
Als mijn man het huis verlaat
Ik woon met mijn schoonfamilie in huis. Als mijn man het huis verlaat, mag hij mij nooit alleen laten met zijn broer. In een fatwa lezen we:
Er zijn altijd vragen over de zonde van zina in zulke gevallen, wanneer een man weg gaat en zijn vrouw en zijn broer achter laat in huis. Als Shaytaan komt en hen verleidt, en hij pleegt overspel met de vrouw van zijn broer - moge Allah het behoeden! Dit is erger dan zina met de vrouw van je buurman (zoals een bekende hadith dat vermeldt), inderdaad is het verschrikkelijker dan dat. Ik wil je iets zeggen zodat ik mijn verantwoordelijkheid heb vervuld tegenover Allah. Het is niet toegestaan voor een man om zijn vrouw (zonder mahram) in hetzelfde huis achter te laten als zijn broer, onder welke omstandigheden ook, zelfs als zijn broer één van de meest betrouwbare, oprechte en goede mensen is. Want Shaytaan stroomt door de zoon van Adam als bloed, en sexuele verlangens kennen geen grenzen, vooral bij jonge mensen.
Maar moet mijn man mij dan meenemen naar z'n werk?
Het antwoord is nee, maar het huis zou dan in tweeën moeten worden verdeeld, de helft voor de broer, met een deur die op slot kan. De getrouwde broer heeft dan als enige de sleutel en die neemt hij mee naar zijn werk. De vrouw is dan in een apart deel van het huis, en de broer in een ander apart deel van het huis. Maar de broer kan ruzie maken met zijn getrouwde broer en zeggen: "Waarom doe je dat? Vertrouw je mij niet?"
Dan moet hem worden verteld: "Ik doe dit voor jouw eigen bestwil, omdat Shaytaan door de zoon van Adam stroomt als bloed. Misschien verleidt hij jou en overheerst verlangen jouw logisch nadenken, en doe je iets wat haraam is, ik doe dit om jou te beschermen. Het is in jouw belang en in mijn belang." Als hij dan boos word, laat hem dan maar boos zijn en maak je geen zorgen om hem.
En als het huis niet in tweeën kan worden verdeeld?
Ik mag niet met de broer van mijn man thuis zijn zonder mijn mahram. Mijn schoonvader is een mahram voor mij. Maar als mijn man niet thuis is, en mijn schoonvader niet, en mijn eigen broer en eigen vader zijn er ook niet... dan mag ik niet thuis zijn met de broer van mijn man. Hij moet weg gaan, of ik.
De Profeet (salallahu aleihi wasalam) zei: "Eenieder die in Allah en de Laatste Dag gelooft mag nooit alleen zijn met een vrouw zonder haar mahram te zijn, want anders zal shaytaan de derde persoon (blijken te) zijn." (Ahmad)
Mag ik eigenlijk zomaar uit huis gaan?
Nee, ik heb eerst toestemming nodig van mijn man. In Sura at Talaq staat dat wanneer een man van zijn vrouw scheidt: "Verwijdert hen niet uit hun huizen en zij mogen (deze) niet verlaten, behalve wanneer zij duidelijk zedeloosheden begaan." De geleerden zeggen: Een vrouw tijdens de wachtperiode van een scheiding mag niet zomaar het huis mag verlaten, dus laat staan een vrouw die gewoon getrouwd is! In Sura Yusuf (aya 25) lezen we dat de man de sayyid (heer, baas) van zijn slaaf is, maar ook de sayyid van zijn vrouw! Ik vraag altijd mijn man toestemming om het huis te verlaten, of ik bel hem even om het te vragen.
Maar nog beter is het voor mij om gewoon lekker thuis te zijn.
In sura al Ahzaab, aya 33 staat namelijk: "En blijft in jullie huizen en vertoont jullie versieringen niet zoals dat in de vroegere tijd van de onwetendheid werd gedaan."
Belangrijkste bron:
Shaykh Muhammad ibn Saalih al Uthaymeen in al-Fataawa al-Jaami’ah li’l-Mar’ah al-Muslimah, deel 3, p. 806