Hij (SAW) stond soms blootvoets (in gebed), en soms had Hij (SAW) schoenen aan"
Hij stond dit toe voor zijn oemmah, met de woorden: Als één van jullie bidt, dan moet hij schoenen dragen, of ze uitdoen en tussen zijn voeten plaatsen, en andere er niet mee lastigvallen.
Aboe Daawoed & ibn Majah Het is een moetwaatir Hadith zoals Tahaawi heeft vermeld.
Hij (SAW) spoorde ertoe aan schoenen te dragen tijdens het bidden met de woorden "wees anders dan de joden, want zij bidden niet in hun schoenen, noch in hun choeff" (leren sokken)ibid
De Profeet (SAW) heeft gezegd; "Als één van jullie bidt, dan moet hij zijn schoenen dragen, of ze uit doen en tussen zijn voeten plaatsen, en niet anderen ermee lastig vallen. Aboe Daawoed & Bazzaar. (53, az Zawa'id); Haakim verklaarde het sahieh en Dhahabi was het er mee eens.
Af en toe deed Hij (SAW) ze uit terwijl Hij (SAW) in gebed was en continueerde zijn gebed. Zoals Aboe Sa'ied al-Choedri heeft gezegd:
“Op een dag bad de boodschapper van Allah (SAW) met ons. Terwijl hij bezig was met het gebed trok hij zijn schoenen uit en zette deze links van hem. Toen de mensen dit zagen, deden ze ook hun schoenen uit. Toen hij zijn gebed had beëindigd zei hij, “Waarom deden jullie je schoenen? Ze zeiden, “we zagen jou je schoenen uittrekken, dus deden we onze schoenen uit.” Hij zei, “Voorzeker, Djibriel kwam tot mij en vertelde me dat er vuil op mijn schoenen zat – of hij zei: iets schadelijks – ( in een andere overlevering: viezigheid), dus deed ik ze uit.
Wanneer één van jullie naar de Moskee gaat, moet hij naar zijn schoenen kijken: als er vuil op ze ziet – of hij zei: iets schadelijks - ( in een andere overlevering: viezigheid), moet hij ze schoonvegen en in ze bidden. (Aboe Daawoo, ibn Choezaimah & Haakim, die het sahieh verklaarde en Dhahabi en Nawawi waren het er mee eens. De eerste staat in 'Irwaa' 248)
“Als hij ze uit deed, zette hij ze links van hem neer” (ibid) en hij zei daarna ook: “Als één van jullie bidt, moet hij zijn schoenen niet rechts van hem plaatsen, noch aan zijn linker kant, waar ze aan iemands rechterzijde zullen staan, behalve als er niemand aan zijn linkerkant staat, moet hij ze tussen zijn voeten plaatsen.
Aboe Daawoed, Naasaa’i & ibn Choezaimah (1/110/2) met een sahieh isnaad.