Bekijk volle/desktop versie : Abouselina en al die andere gozers hier



Pagina's : [1] 2

28-10-2010, 23:40
in opstand komen tegen een amier.... kan dat of ben je dan kharidji, khawaridj

29-10-2010, 00:08


hiwa, krijg ik nog antwoord?

29-10-2010, 00:15
Tafaddal agi:

http://selefienederland.nl/site/index.php?option=com_docman&task=doc_download&gid= 103&Itemid=26

Wa salaam

29-10-2010, 00:29
Wat wordt er verstaan onder leider?
Mensen zoals Mubarak? Die vrienden is met de kaffir leiders? Die niet met de sharia regeerd? Die moslim mensen in Palestina liet zitten door blokkade?
Of onder leider wordt verstaan iemand met een goed geloof/imaan, karakter en met de wet van Allah regeert?

29-10-2010, 00:58



Citaat door Superkar:
Wat wordt er verstaan onder leider?
Mensen zoals Mubarak? Die vrienden is met de kaffir leiders? Die niet met de sharia regeerd? Die moslim mensen in Palestina liet zitten door blokkade?
Of onder leider wordt verstaan iemand met een goed geloof/imaan, karakter en met de wet van Allah regeert?


http://www.takfiris.com/takfir/articles/ooxme-annihilating-the-doubts-of-20th-century-leninist-takfiris-part-1---concerning-al-imtinaa-and-al-iltizaam.cfm

http://www.takfiris.com/takfir/articles/dawrs-invalidating-takfiri-doubts-part-1---concerning-al-iltizaam-and-al-imtinaa.cfm

http://www.takfiris.com/takfir/articles/gdyjh-shaykh-ul-islam-ibn-taymiyyah-who-is-defined-as-a-haakim-ruler.cfm

29-10-2010, 00:59
Zijn de moslimleiders ongelovigen?

Vraag:

Wij hebben de laatste tijd te maken met een verzameling jongeren die ons de overtuiging wil opdringen dat alle Arabische leiders ongelovig zijn, omdat zij de Islamitische wetten buiten werking zouden hebben gesteld. Hoe dienen wij dit soort misconcepties te bestrijden?

Antwoord:

Alle lof zij Allah, vrede en zegeningen zij met Zijn Profeet, diens familie en metgezellen.

Wanneer iemand een daad van ongeloof begaat, wordt hij nog niet geëxcommuniceerd zolang de voorwaarden die dit verhinderen aanwezig zijn. Zo valt uit een authentieke overlevering op te maken dat toen de Profeet (vrede zij met hem) door de metgezellen werd gevraagd of zij de leiders dienden te bestrijden, hij (vrede zij met hem) hen als volgt antwoordde: “Alleen als jullie evidente ongeloof aanschouwen waar jullie hiervoor een bewijs hebben van Allah.”

Het betreft hier dus evident ongeloof dat niet anders geïnterpreteerd kan worden. Indien een andere interpretatie mogelijk is, kan de persoon niet buiten het geloof geplaatst worden. Dit laatste staat los van het feit dat de daad zelf wel degelijk als ongeloof kan worden bestempeld.

Er dient dus onderscheid gemaakt te worden tussen de gedane uitspraak en de spreker en tussen de daad en de pleger. Een daad kan als verderfelijk worden beschouwd, maar dat maakt de pleger ervan nog geen verdorvene. Ook kan een daad als ongeloof worden beschouwd, maar de pleger ervan niet als ongelovige vanwege één of andere belemmering.

De beproeving van de Khawaaridj die tot grote onrust heeft geleid binnen de gelederen van de moslimgemeenschap is niets anders dan een direct gevolg van dit soort verkeerde interpretaties. De Khawaaridj bevonden zich in eerste instantie aan de kant van cAli toen hij de strijd aanbond met de mensen van Ash-Shaam. Later zouden zij zich van hem distantiëren, omdat hij een verbond was aangegaan met zijn tegenstanders. Voor dit gedrag van hun voerden zij het excuus aan dat cAli niet zou hebben geregeerd volgens de Wetten van Allah. Dus het zijn dit soort verwerpelijke interpretaties die leiden tot onrust binnen de gemeenschap. Het kan zich derhalve voordoen dat iemand een daad als ongeloof bestempelt, terwijl dit niet het geval is. Ook is het niet uitgesloten dat een daad wel degelijk als ongeloof aangemerkt kan worden, maar de pleger ervan mag niet worden geëxcommuniceerd vanwege de aanwezigheid van één of andere belemmering.

De persoon dient zich dus niet te haasten in het verklaren van mensen tot ongelovigen of verdorvenen. Het kan zijn dat iemand zich schuldig maakt aan een zaak van verdorvenheid, terwijl hij denkt dat hier niets op tegen is. Daarom zien wij vaak dat wanneer een persoon hierop wordt aangesproken, hij onmiddellijk afstand neemt van deze daad. Zodoende vragen wij ons af hoe een persoon tot verdorvene kan worden veroordeeld, terwijl het bewijs tegen hem niet geleverd of nergens op gestoeld is? Het kan zijn dat de bedoelde Arabische en moslimleiders de bewijzen nog niet onder ogen hebben gekregen of met een achterban te maken hebben die hen een andere voorstelling van zaken geeft. Daarom dient men voorzichtig te zijn met dit soort uitspraken.


Sheich Mohammed ibnoe Saalih al-cOethaymien
Liqaa’ ul-Baab il-Maftoeh, opname 51

http://www.al-yaqeen.com/nieuw/va/vraag.php?id=601&zoek=leiders

29-10-2010, 01:01
Takfier is een voorrecht van Allah

Het tot ongelovige of zondaar verklaren van iemand is een Islamitisch Wetsoordeel en is voorbehouden aan Allah, de Verhevene, en Zijn Boodschapper (vrede zij met hem). Het is niet gepast voor iemand om een ander grondslagloos uit begeerte te verketteren. Ook kan niet overgegaan worden tot zo’n oordeel zonder dat een persoon met een daad of uitspraak komt die hiertoe aanleiding geeft.

Sheich ul-Islaam ibn Taymiyyah heeft gezegd: “Het toestaan of verbieden van zaken, bestraffing of beloning toekennen, het tot ongelovige of zondaar verklaren van iemand zijn zaken die enkel en alleen aan Allah, de Verhevene, en Zijn Boodschapper (vrede zij met hem) zijn voorbehouden. Men dient datgene toe te staan wat Allah, de Verhevene, en Zijn Boodschapper (vrede zij met hem) hebben toegestaan en datgene te verbieden wat Allah, de Verhevene, en Zijn Boodschapper (vrede zij met hem) hebben verboden.”

Ibn Taymiyyah gaat verder met zijn betoog en zegt: “…Daartegenover vindt men zaken die tot het domein van de rede behoren. Hierbij valt te denken aan wetenschappelijke aangelegenheden, zoals het voorschrijven van een medicijn voor een bepaalde ziekte...”[1]

Ibn Taymiyyah maakt duidelijk onderscheid tussen zaken die alleen in het licht van de Shariecah begrepen kunnen worden en zaken die aan de hand van de ratio te bevatten zijn. Het tot ongelovig verklaren van mensen heeft hij gerangschikt onder de aangelegenheden waarvoor een bewijs nodig is uit de Koran en de Soennah.

Tevens heeft hij gezegd dat het Ahl us-Soennati wal Djamaacah niet toegestaan is om degenen die hen buiten de gelederen van de Islam plaatsen, te bedienen van repliek door hen ook buiten het geloof te plaatsen. Daarentegen is het de gewoonte van Ahl ul-Bidac (nieuwlichters)om eenieder die het met hen oneens is over bepaalde kwesties te verketteren. Zijn precieze woorden waren: “Ahl ul-Bidac innoveren een aantal zaken om deze vervolgens als verplichting en geloofsonderdeel te beschouwen. Eenieder die zich hier vervolgens tegen verzet, wordt door hen als ongelovige aangemerkt. Dit is de handelswijze van de khawaaridj, Moectazilah, Raafidhah, Djahmiyyah en anderen. Ahl us-Soennati wal Djamaacah daarentegen, maken zich niet schuldig aan nieuwlichterij en plaatsen degene die op basis van een foutieve rechtsvinding (Idjtihaad) een misstap heeft begaan niet buiten het geloof. Dit in navolging van de metgezellen die de khawaaridj toentertijd niet hebben verketterd, ondanks het feit dat zij dit wel deden bij cAli en cOethmaan.”[2]

Onze vrome voorgangers verschilden met elkaar van mening omtrent diverse kwesties. Desondanks bestempelden zij elkaar niet als ongelovige of zondaar. Ter illustratie kan gewezen worden op het verhaal van cAa’ishah en een aantal metgezellen. Sommige metgezellen waren van mening dat de Profeet (vrede zij met hem) tijdens de Hemelvaart zijn Heer heeft aanschouwd. cAa’ishah deed dit echter af als zijnde een leugen. Desalniettemin noemde zij uit respect niemand van hen bij naam.

Al-Foedayl ibn cIyaadh heeft over het vers (interpretatie van de betekenis van Soerat ul-Moelk: 2): “(En te tonen) wie van jullie de beste daden verricht.”, gezegd dat het hier daden betreft die met een zuivere intentie en conform de handelswijze van de Profeet (vrede zij met hem) tot uitvoer worden gebracht. Als één van deze vereisten niet aanwezig is, wordt de daad niet geaccepteerd. Gebaseerd op het voorgaande excommuniceren Ahl us-Soennati wal Djamaacah niet degenen die een andere methodologie aanhangen dan zijzelf. Ook al worden zij door hen verketterd. Het is namelijk niet de bedoeling om met gelijke munt uit te betalen, want het betreft hier een Islamitisch Wetsoordeel… Zo is het ook gesteld met het buiten de Islam plaatsen van een persoon; het gaat hier om een recht van Allah. Vandaar dat niemand tot ongelovige bestempeld kan worden, behalve door Allah, de Verhevene, en Zijn Boodschapper (vrede zij met hem)”[3]

Al met al dient het verketteren door een rechtsgeleerde te gebeuren op basis van bewijzen uit de Koran en de Soennah, niet uit begeerten.

En vrede en zegeningen zij met de Boodschapper van Allah.

Fragment uit ‘Manhadj Ibn Taymiyyah fi Mas’alati Takfier’, blz. 37

[1] Minhaadj us-Soennah, boekdeel 5, blz. 92
[2] Minhaadj us-Soennah, boekdeel 5, blz. 95
[3] Ar-Radd calal Bakri, blz. 256-257

http://www.al-yaqeen.com/nieuw/bibliotheek/artikel.php?id=1221

29-10-2010, 01:01
Ahl us-Soennah vs al-khawaaridj

Allah de Verhevene zegt (interpretatie van de betekenis):

“O jullie die geloven, wees godsvruchtig met de gepaste godsvrucht en sterft niet anders dan als moslims. En houdt jullie allen stevig vast aan het touw (de godsdienst) van Allah en weest niet verdeeld. Gedenkt de gunst die Allah jullie schonk toen jullie vijanden waren en Hij jullie harten tot elkaar bracht en jullie door Zijn gunst broeders werden, toen jullie je op de rand van de afgrond van de Hel bevonden en Hij jullie ervan redde. Zo heeft Allah Zijn Tekenen voor jullie duidelijk gemaakt. Opdat jullie leiding zullen volgen. En laat er uit jullie een groep voortkomen die uitnodigt tot het goede en oproept tot deugdelijkheid en (die) het verwerpelijke verbiedt, en zij zijn degenen die zullen welslagen. En weest niet zoals degenen die (onderling) verdeeld waren en zijn gaan redetwisten nadat de duidelijke tekenen tot hen waren gekomen. En zij zijn degenen voor wie er een geweldige bestraffing is. Op die Dag zullen er gezichten wit worden en zullen er gezichten zwart worden. En wat betreft degenen wiens gezichten zwart zullen worden…”
(Soerat Aali cimraan: 102-106)

Ibn cAbbaas en anderen hebben over dit gezegd: “De gezichten van Ahl us-Soennati wal Djamaacah zullen op de Dag des Oordeels wit worden en de gezichten van Ahl ul-Bidcah zullen zwart worden.

“En wat betreft degenen wiens gezichten zwart zullen worden (hen zal gezegd worden): ,,Zijn jullie tot ongeloof vervallen nadat jullie gelovig geworden waren? Proeft dan de bestraffing wegens wat jullie plachten niet te geloven. En wat betreft degenen wiens gezichten wit zullen zijn: zij zullen in de Barmhartigheid van Allah verkeren, zij zullen daarin eeuwig levenden zijn.”
(Soerat Aali cimraan: 106-107)

Er is overgeleverd door at-Tirmidhi op gezag van Aboe ‘Oemaamah dat de Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd over de khawaaridj: “Zij zijn de honden van het Hellevuur.” Vervolgens reciteerde hij (vrede zij met hem) het vers (interpretatie van de betekenis):

“Op die Dag zullen er gezichten wit worden en zullen er gezichten zwart worden.”
(Soerat Aali cimraan: 106)

Imam Ahmad ibnoe Hanbal (moge Allah hem begenadigen) heeft gezegd: “De overleveringen met betrekking tot de khawaaridj zijn correct overgeleverd. Zo zei de Profeet (vrede zij met hem) over de khawaaridj:“Wanneer één van jullie zijn gebeden en vasten vergelijkt met die van hen, dan zullen jullie het gebed en vasten van jezelf minachten. En wanneer één van jullie zijn recitatie vergelijkt met die van hen, dan zal hij zijn recitatie minachten. Zij reciteren de Koran maar deze komt niet verder dan hun kelen. Zij vliegen uit het geloof zoals een pijl uit een koker vliegt.”
(al-Boekhaari en Moeslim)

De khawaaridj waren de eersten die de moslims verketterden. Niet alleen verketteren zij de zondaren, maar ook degenen die tegen hen zijn en hun nieuwlichterijen weerleggen. Dit laatste is kenmerkend voor Ahl ul-Bidcah. Ook verklaren zij het bloed en bezittingen van de moslims schendbaar.

Ahl us-Soennati wal Djamaacah zijn degenen die het Boek en de Soennah van de Profeet (vrede zij met hem) volgen en die hem gehoorzamen. Zij zijn het die de waarheid volgen en barmhartigheid tonen tegenover de schepselen.

De eerste innovatie die is verschenen in de Islam is de innovatie van de khawaaridj en de Shiecah. Dit was ten tijden van het Kalifaatschap van cAli (moge Allah genadig met hem zijn), waarop hij beide groeperingen heeft bestraft.

Al-khawaaridj hebben cAli bestreden, waarna hij hen bestreed. Wat betreft de Shiecah; de extremen onder hen heeft hij verbrand. Daarnaast riep hij op tot het doden van cAbdoellah ibnoe Saba’ waarop deze vervolgens vluchtte. Ook beviel hij om degenen die hem boven Aboe Bakr en cOmar plaatsten te geselen. Zo is het overgeleverd in Sahieh al-Boekhaari dat cAli heeft gezegd: “De beste persoon, in deze gemeenschap, na de Profeet (vrede zij met hem) is Aboe bakr vervolgens cOmar.”

Sheikh ul-Islaam ibn Taymiyyah
Madjmoec ul-Fatawaa’, Boekdeel 3

http://www.al-yaqeen.com/nieuw/bibliotheek/artikel.php?id=1240

29-10-2010, 07:47

De telefies zullen zeggen khawaarij, en de verdediger en liefhebber van deze kuffaar is van de ahlu sunnah

Als er iets over Allah swt of de profeet vzmh word gezegd dan houden ze braaf hun mondje dicht maar o jee als je begint over hun hukkaam!

29-10-2010, 07:48

Citaat door Koning-1:
http://www.takfiris.com/takfir/articles/ooxme-annihilating-the-doubts-of-20th-century-leninist-takfiris-part-1---concerning-al-imtinaa-and-al-iltizaam.cfm

http://www.takfiris.com/takfir/articles/dawrs-invalidating-takfiri-doubts-part-1---concerning-al-iltizaam-and-al-imtinaa.cfm

http://www.takfiris.com/takfir/articles/gdyjh-shaykh-ul-islam-ibn-taymiyyah-who-is-defined-as-a-haakim-ruler.cfm


hoe noem jij mensen die moeshrikien en kuffaar als moeshrikien en kuffaar beschouwen?
Ook Takfieries? mafketel

29-10-2010, 10:14
jullie konden gewoon ja of nee antwoorden inplaats van lappen tekst....



laatste vraag: Hassan ibn Ali ibn abi Thalib radhia Allahoe 3anhoem zwoer trouw aan Mu3awia toch waarom is Hoessein ibn Ali radhia Allahoe 3anhoem dan in opstand gekomen tegen yazid ibn mu3awia.....

als het in opstand komen khariji praktijken zijn volgens jullie dan zijn Hoessein ibn Ali radhia Allahoe 3anhoe , en de kleinzoon van Asma bint Abu bakr radhia Allahoe 3anhaa... khawaridj want ze kwamen in opstand tegen de amiers.......

29-10-2010, 10:57

Citaat door yeahyeah:
zeg ten minste radia allaho 3anhom moge Allah jou leiden.

volgens jou shaikh mag je Sub7aanahoe wa ta3ala niet afkorten....

02-11-2010, 08:37


@ yeahyeah


dus je hebt 2 amiers een gouvernour amier
en een gewone imam amier

jih nigh eh la

02-11-2010, 11:28
De gehoorzaamheid aan de gezaghebbers

Door de nobele Shaykh



al-Imaam Aboe ‘Abdillaah Mohammad ibn Saalih al-‘Oethaymien



- moge Allah hem genadig zijn -





De gehoorzaamheid aan de kalief en anderen van de gezaghebbers is verplicht, als het niet gaat om ongehoorzaamheid aan Allah, volgens de Woorden van Allah - Verheven is Hij:



يَا أَيُّهَا الَّذِينَ آمَنُوا أَطِيعُوا اللَّهَ وَأَطِيعُوا الرَّسُولَ وَأُولِي الأَمْرِ مِنْكُمْ [/SIZE]



O jullie die geloven, gehoorzaamt Allah en gehoorzaamt de Boodschapper en de gezaghebbers onder jullie

[ Soerah an-Nisaa 4:59 ].



En volgens de woorden van de Profeet - sallallahoe ‘alayhi wa sallam:



[SIZE="4"]السمع والطاعة على المسلم فيما أحب وكره، ما لم يؤمر بمعصية فإذا أمر بمعصية فلا سمع ولا طاعة [/SIZE]



"Het luisteren en gehoorzamen is verplicht voor de Moslim betreffende datgene waarvan hij houdt en datgene waaraan hij een hekel heeft, zolang hij niet wordt bevolen om Allah ongehoorzaam te zijn. Maar wanneer hij wordt bevolen om Allah ongehoorzaam te zijn, dan moet hij niet luisteren en niet gehoorzamen."



Moettafaqoen ‘alayh(1).(2)



Ongeacht of de leider deugdzaam is, en dat is degene die het Bevel van Allah uitvoert, of het nu gaat om het verrichten van iets of het laten van iets, of dat hij zondig is, volgens de woorden van de Profeet - sallallahoe ‘alayhi wa sallam:



[SIZE="4"]ألا من ولي عليه والٍ فرآه يأتي شيئاً من معصية الله فليكره ما يأتي من معصية الله ولا ينزعن يداً من طاعة[/SIZE]



"Voorzeker, degene over wie een gezaghebber wordt aangesteld, waarop hij hem een zonde ziet plegen: laat hij dan een hekel hebben aan de zonde die hij pleegt, maar hij dient geen hand terug te trekken uit zijn gehoorzaamheid."



Overgeleverd door Moeslim(3).



De bedevaart en de djihaad(4) samen met de leiders duren voort en zijn van kracht, en het vrijdaggebed achter hen is toegestaan, ongeacht of zij deugdzaam of zondig zijn; omdat het tegenstrijdig zijn aan hen daarin onvermijdelijk verdeeldheid zaait onder de Moslims en opstandigheid tegen de leiders veroorzaakt.



En de hadieth die de auteur vermeldde: "Drie zaken behoren tot de essentie van al-Iemaan (het Geloof)...", die is da'ief (zwak), zoals as-Soeyoetie heeft gezegd in "al-Djaami' as-Saghier", en hij bevat een overleveraar, waarover al-Mizzie heeft gezegd: "Hij is onbekend." En al-Moendhirie zei in "Moekhtasar Abie Daawoed": "Vrijwel onbekend."



De drie kenmerken die daarin genoemd worden: het zich onthouden van (het kwaaddoen van) degene die "Laa ilaaha illallah (er is geen ware god die het recht heeft aanbeden te worden dan Allah)" zegt. De tweede: de djihaad duurt voort, en de derde: het geloven in de voorbeschikking.



Het in opstand komen tegen de leider is verboden, volgens de woorden van ‘Oebaadah ibn as-Saamit - moge Allah tevreden met hem zijn:



[SIZE="4"]بايعنا رسول الله صلى الله عليه وسلم على السمع والطاعة في منشطنا، ومكرهنا، وعسرنا، ويسرنا، وأثرة علينا، وأن لا ننازع الأمر أهله، إلا أن تروا كفراً بواحاً عندكم فيه من الله برهان [/SIZE]



"De Boodschapper van Allah - sallallahoe ‘alayhi wa sallam - nam de eed van ons aan dat wij zouden luisteren en gehoorzamen met zin en tegenzin, in voorspoed en tegenspoed, en wanneer wij onrecht worden aangedaan. En dat wij niet de autoriteit van de heersers in geding brengen. Behalve als jullie duidelijk ongeloof zien, waarmee jullie een bewijs hebben bij Allah."



Moettafaqoen ‘alayh.



En de Profeet - sallallahoe ‘alayhi wa sallam - heeft gezegd:



[SIZE="4"]يكون عليكم أمراء تعرفون وتنكرون، فمن أنكر فقد برئ، ومن كره فقد سلم، ولكن من رضي وتابع. قالوا: أفلا نقاتلهم؟ قال: لا، ما صلوا. لا، ما صلوا



"Jullie zullen leiders hebben waarin jullie goede zaken en slechte zaken zullen zien. Wie (hun daden) verwerpt, zal vrijgepleit zijn en wie afkerig is, zal veilig zijn. Maar wie tevreden is en volgt(, hij is zondig)."



Zij zeiden: "Zullen we hen niet bestrijden?" Hij antwoordde:



"Nee, niet zolang zij het gebed verrichten. Nee, niet zolang zij het gebed verrichten."



D.w.z. degene die afkerig is met zijn hart en verwerpt met zijn hart. Overgeleverd door Moeslim. (5)


Van de nuttigheden van deze twee overleveringen is dat het laten van het gebed duidelijk ongeloof is; want de Profeet - sallallahoe ‘alayhi wa sallam - heeft het in opstand komen tegen de leiders niet toegestaan, behalve wanneer er sprake is van openlijk ongeloof, en hij maakte het verrichten van het gebed datgene wat ons weerhoudt van het bestrijden van hen. Dit wijst er dus op dat het laten van het gebed ons toestaat hen te bestrijden, en het bestrijden van hen is niet toegestaan, behalve wanneer er sprake is van openlijk ongeloof, zoals in de overlevering van ‘Oebaadah - moge Allah tevreden met hem zijn - staat.





Bron: Sharh Loem'atil-I'tiqaad

Vertaald vanuit het Arabisch door: Ridouane Mallouki




--------------------------------------------------------------------------------



(1) Voetnoot van de vertaler: Moettafaqoen ‘alayh: Overeenstemming over; al-Imaam al-Boekhaarie en al-Imaam Moeslim zijn het met elkaar eens over de authenticiteit ervan.


(2) Overgeleverd door al-Boekhaarie (7144) en Moeslim (1839).



(3) Overgeleverd door Moeslim (1855).



(4) Voetnoot van de vertaler: Djihaad: Het strijden op de weg van Allah, of elke andere inspanning om het Woord van Allah superieur te maken.



(5) Overgeleverd door Moeslim (1854).

bron http://www.soennah.com

02-11-2010, 22:37
dit is dus dauwdelijk...


"De Boodschapper van Allah - sallallahoe ‘alayhi wa sallam - nam de eed van ons aan dat wij zouden luisteren en gehoorzamen met zin en tegenzin, in voorspoed en tegenspoed, en wanneer wij onrecht worden aangedaan. En dat wij niet de autoriteit van de heersers in geding brengen. Behalve als jullie duidelijk ongeloof zien, waarmee jullie een bewijs hebben bij Allah."



Moettafaqoen ‘alayh.

Pagina's : [1] 2