LZN
07-04-2010, 02:02
Citaat door ParamocroW:
Soms zie je jeugdwedstrijden waarvan de waarde pas later wordt bepaald. Begin dit seizoen was het competitieduel tussen de A1-junioren van Ajax en ADO Den Haag er zo eentje.
Pakweg honderd nieuwsgierigen vergaapten zich op sportpark
De Toekomst aan een voetbalshow waarin Christian Eriksen de absolute hoofdrol opeiste. Ajax verpulverde de Haagse opponent met 10-0 en het Deense talent was bij praktisch ieder doelpunt betrokken, als aangever dan wel vormgever. Alle aanwezige toeschouwers wisten: deze jongen zien we dit seizoen terug in de Amsterdamse hoofdmacht.
Van een nog veel hogere orde was een juniorenwedstrijd die ik acht jaar geleden in Spanje bekeek. Kort daarvoor had Tonnie Bruins Slot me tijdens een telefoongesprek getipt over het elftal van Barcelona Onder-16. 'Als je weer eens in de buurt bent, móet je die ploeg gaan bekijken', kraaide de meesterscout. Ik wist genoeg.
Bruins Slot heeft door de jaren heen een database met ontelbaar veel talenten in zijn hoofd opgeslagen en als zo iemand bevangen wordt door enthousiasme, kun je zijn advies zonder aarzeling opvolgen. Hij had geen woord te veel gezegd.
De naam van de tegenstander is me ontschoten, maar wat ik eind 2002 op een bijveld van stadion Camp Nou zag maakte diepe indruk. Het jeugdelftal van Barcelona dartelde en wervelde, de spelvreugde spatte van het spel af. Centraal achterin stond de grootste van het stel, een puber die vanwege zijn dunne lange benen door de vaste volgers van de ploeg De Flamingo werd genoemd.
Dat bleek Gerard Piqué te zijn. Het middenveld werd geregisseerd door een klein ventje dat de aanvoerdersband met zichtbare trots om zijn dunne linkerarmpje droeg. 'Die heet Cesc Fabregas', vertelde een stokoude Catalaan langs de lijn. 'Dat wordt een topper', voegde de man daar aan toe. 'Maar de allerbeste is de allerkleinste.'
Hij wees naar een schriel kereltje in de voorhoede en sprak diens naam toen al met ontzag uit: Lionel Messi. De man vertelde geen wedstrijd van dit jeugdelftal over te slaan en onthulde de bijnaam van deze bijzondere bundeling van talent. 'Deze ploeg noemen we het Baby Dream Team.'
Een groter compliment dan een verwijzing naar het vroegere droomelftal van trainer Johan Cruijff is in Catalonië niet denkbaar.
Messi, Fabregas en Piqué zijn kinderen van La Masía, de moeder aller jeugdopleidingen. Ze brachten hun jonge jaren door in een boerderij uit 1702, door Barcelona in 1979 omgebouwd tot kloppend hart van de kweekschool van de club. De prachtige oude hoeve staat in de schaduw van Camp Nou en gemiddeld wonen er zestig jonge voetballers en basketballers.
In Spanje luidt de algemene benaming voor een jeugdopleiding La Cantera, de steengroeve. Een weinig toepasselijke naam in het geval van Barcelona, waar vooral diamanten worden gedolven. Piqué en vooral Messi groeiden op La Masía uit tot de sensationele spelers die ze heden ten dage zijn. Fabregas vertrok in de zomer van 2003, op zestienjarig leeftijd, naar Arsenal.
Hij koppelde drie jaar jeugdopleiding bij Barcelona aan de uitmuntende scholing van Arsène Wenger. Ook niet verkeerd. Deze en volgende week staan de drie jeugdvrienden in de Champions League tegenover elkaar, voor het eerst in hun leven. Het zal vermoedelijk meteen de laatste keer zijn.
Komende zomer wil Barcelona haar verloren zoon terughalen uit Londen en Fabregas schijnt daar oren naar te hebben. Trainer Pep Guardiala, zelf ook afkomstig van La Masía, wil zijn meesterwerk vervolmaken. Een middenveld met Fabregas, Xavi en Iniesta, allemaal opgegroeid op de meest productieve boerderij ter wereld. Het is een oogst om van te watertanden.
.Pakweg honderd nieuwsgierigen vergaapten zich op sportpark
De Toekomst aan een voetbalshow waarin Christian Eriksen de absolute hoofdrol opeiste. Ajax verpulverde de Haagse opponent met 10-0 en het Deense talent was bij praktisch ieder doelpunt betrokken, als aangever dan wel vormgever. Alle aanwezige toeschouwers wisten: deze jongen zien we dit seizoen terug in de Amsterdamse hoofdmacht.
Van een nog veel hogere orde was een juniorenwedstrijd die ik acht jaar geleden in Spanje bekeek. Kort daarvoor had Tonnie Bruins Slot me tijdens een telefoongesprek getipt over het elftal van Barcelona Onder-16. 'Als je weer eens in de buurt bent, móet je die ploeg gaan bekijken', kraaide de meesterscout. Ik wist genoeg.
Bruins Slot heeft door de jaren heen een database met ontelbaar veel talenten in zijn hoofd opgeslagen en als zo iemand bevangen wordt door enthousiasme, kun je zijn advies zonder aarzeling opvolgen. Hij had geen woord te veel gezegd.
De naam van de tegenstander is me ontschoten, maar wat ik eind 2002 op een bijveld van stadion Camp Nou zag maakte diepe indruk. Het jeugdelftal van Barcelona dartelde en wervelde, de spelvreugde spatte van het spel af. Centraal achterin stond de grootste van het stel, een puber die vanwege zijn dunne lange benen door de vaste volgers van de ploeg De Flamingo werd genoemd.
Dat bleek Gerard Piqué te zijn. Het middenveld werd geregisseerd door een klein ventje dat de aanvoerdersband met zichtbare trots om zijn dunne linkerarmpje droeg. 'Die heet Cesc Fabregas', vertelde een stokoude Catalaan langs de lijn. 'Dat wordt een topper', voegde de man daar aan toe. 'Maar de allerbeste is de allerkleinste.'
Hij wees naar een schriel kereltje in de voorhoede en sprak diens naam toen al met ontzag uit: Lionel Messi. De man vertelde geen wedstrijd van dit jeugdelftal over te slaan en onthulde de bijnaam van deze bijzondere bundeling van talent. 'Deze ploeg noemen we het Baby Dream Team.'
Een groter compliment dan een verwijzing naar het vroegere droomelftal van trainer Johan Cruijff is in Catalonië niet denkbaar.
Messi, Fabregas en Piqué zijn kinderen van La Masía, de moeder aller jeugdopleidingen. Ze brachten hun jonge jaren door in een boerderij uit 1702, door Barcelona in 1979 omgebouwd tot kloppend hart van de kweekschool van de club. De prachtige oude hoeve staat in de schaduw van Camp Nou en gemiddeld wonen er zestig jonge voetballers en basketballers.
In Spanje luidt de algemene benaming voor een jeugdopleiding La Cantera, de steengroeve. Een weinig toepasselijke naam in het geval van Barcelona, waar vooral diamanten worden gedolven. Piqué en vooral Messi groeiden op La Masía uit tot de sensationele spelers die ze heden ten dage zijn. Fabregas vertrok in de zomer van 2003, op zestienjarig leeftijd, naar Arsenal.
Hij koppelde drie jaar jeugdopleiding bij Barcelona aan de uitmuntende scholing van Arsène Wenger. Ook niet verkeerd. Deze en volgende week staan de drie jeugdvrienden in de Champions League tegenover elkaar, voor het eerst in hun leven. Het zal vermoedelijk meteen de laatste keer zijn.
Komende zomer wil Barcelona haar verloren zoon terughalen uit Londen en Fabregas schijnt daar oren naar te hebben. Trainer Pep Guardiala, zelf ook afkomstig van La Masía, wil zijn meesterwerk vervolmaken. Een middenveld met Fabregas, Xavi en Iniesta, allemaal opgegroeid op de meest productieve boerderij ter wereld. Het is een oogst om van te watertanden.