alitheflater
22-02-2010, 10:36
Wanneer Nederland als eerste vertrekt uit Afghanistan, kan dat een gevaarlijk precedent scheppen.
Ach, er is niks aan de hand, zei de NAVO dit weekend. ‘De Nederlandse beslissing brengt geen schade toe aan de operatie van het militaire bondgenootschap in Afghanistan.’ James Appathurai, de NAVO-woordvoerder in Brussel, wilde nog wel toegeven dat het hier ‘een complicatie’ betrof, ‘maar niet iets wat we niet hebben zien aankomen.’
Sterker nog: ‘We hebben 44 landen in deze coalitie. We redden het wel, wat er ook gebeurt.’
Op het eerste gezicht heeft hij een punt. Alle NAVO-lidstaten hebben troepen geleverd aan de International Security and Assistance Force (ISAF), de buitenlandse troepenmacht. Dat gaat van Nederland tot aan de VS, van Polen tot Albanië en van Griekenland tot Slovenië.
Ook enkele niet-NAVO-landen doen mee, waaronder Australië, Singapore en de Verenigde Arabische Emiraten. In totaal 43, volgens eigen cijfers van ISAF (en niet de 44 van Appathurai). Verder zijn er vijf landen die hebben aangegeven dat ze interesse hebben: Colombia, Kazachstan, Mongolië, Montenegro en Zuid-Korea.
Op dit moment zijn er zo’n 85.000 buitenlandse soldaten in Afghanistan, aangevuld met het inmiddels ruim 100.000 man tellende Afghaanse Nationale Leger.
Domino-effect
Dat lijken prachtige cijfers. Maar na bijna negen jaar oorlog – de strijd begon in oktober 2001 – kraakt de coalitie in haar voegen. De VS en Canada hebben aangekondigd dat ze volgend jaar beginnen met het terugtrekken van miliairen. Reden: verregaande oorlogsmoeheid onder de bevolking en een gestaag oplopend aantal dode soldaten. 914 Voor de VS, 139 voor Canada.
Ook in Groot-Brittannië rommelt het. De Britten zijn gelegerd in de gevaarlijke zuidelijke provincie Helmand, en hebben al 256 soldaten verloren. Er gaan steeds meer stemmen op om Afghanistan te verlaten.
Geen enkel ISAF-land heeft het echter nog aangedurfd om al zijn troepen terug te trekken. Nederland doet dat nu wel, als eerste. De vrees bestaat dat dit gaat leiden tot een domino-effect. Nederland is een belangrijk land in Afghanistan. Onze 1.940 soldaten zitten in Uruzgan, een provincie die logistiek van levensbelang is voor de taliban. En dus ook voor ISAF. Als zo’n lead nation nu zegt dat het genoeg is geweest, welk signaal geeft dat aan landen als Spanje, Italië, Frankrijk en Duitsland; waar de druk van de publieke opinie ook toeneemt? Of Australië, dat samen met Nederland in Uruzgan zit?
Het tweede probleem is dat er niet snel een adequate vervanging zal worden gevonden. Het is niet voor niks dat Nederland de missie al een keer heeft moeten verlengen. Uruzgan is strategisch gezien belangrijk genoeg voor een grote militaire aanwezigheid. Andere landen moeten die nu leveren, en daar staan ze niet om te springen. De Australische minister van Buitenlandse Zaken, Stephen Smith, heeft al gezegd dat Australië de leidende rol niet zal overnemen.
Niet te vertrouwen
Het vertrek brengt Uruzgan zelf ook in de problemen. Henk Post maakte als reserve-officier deel uit van het Provinciaal Reconstructie Team (PRT) in Uruzgan. ‘Dit is doodzonde’, zegt hij. ‘We begonnen daar net voet aan de grond te krijgen met de wederopbouw. Als wij nu weggaan, moet een andere lead nation vanaf nul beginnen. De voorwaarde voor opbouw is vertrouwen van de bevolking.’ Het wordt zelfs levensgevaarlijk voor Afghanen die met het PRT hebben samengewerkt, zegt Post. ‘Zij hebben hun nek uitgestoken en we laten ze nu in hun ogen in de steek. De buitenlandse militairen bewijzen voor de zoveelste keer dat ze niet te vertrouwen zijn. Het is aan de Afghanen niet uit te leggen waarom de Nederlanders nu weggaan.’
Bron:
http://www.depers.nl/buitenland/445872/Alleen-de-taliban-zijn-er-blij-mee.html
Ach, er is niks aan de hand, zei de NAVO dit weekend. ‘De Nederlandse beslissing brengt geen schade toe aan de operatie van het militaire bondgenootschap in Afghanistan.’ James Appathurai, de NAVO-woordvoerder in Brussel, wilde nog wel toegeven dat het hier ‘een complicatie’ betrof, ‘maar niet iets wat we niet hebben zien aankomen.’
Sterker nog: ‘We hebben 44 landen in deze coalitie. We redden het wel, wat er ook gebeurt.’
Op het eerste gezicht heeft hij een punt. Alle NAVO-lidstaten hebben troepen geleverd aan de International Security and Assistance Force (ISAF), de buitenlandse troepenmacht. Dat gaat van Nederland tot aan de VS, van Polen tot Albanië en van Griekenland tot Slovenië.
Ook enkele niet-NAVO-landen doen mee, waaronder Australië, Singapore en de Verenigde Arabische Emiraten. In totaal 43, volgens eigen cijfers van ISAF (en niet de 44 van Appathurai). Verder zijn er vijf landen die hebben aangegeven dat ze interesse hebben: Colombia, Kazachstan, Mongolië, Montenegro en Zuid-Korea.
Op dit moment zijn er zo’n 85.000 buitenlandse soldaten in Afghanistan, aangevuld met het inmiddels ruim 100.000 man tellende Afghaanse Nationale Leger.
Domino-effect
Dat lijken prachtige cijfers. Maar na bijna negen jaar oorlog – de strijd begon in oktober 2001 – kraakt de coalitie in haar voegen. De VS en Canada hebben aangekondigd dat ze volgend jaar beginnen met het terugtrekken van miliairen. Reden: verregaande oorlogsmoeheid onder de bevolking en een gestaag oplopend aantal dode soldaten. 914 Voor de VS, 139 voor Canada.
Ook in Groot-Brittannië rommelt het. De Britten zijn gelegerd in de gevaarlijke zuidelijke provincie Helmand, en hebben al 256 soldaten verloren. Er gaan steeds meer stemmen op om Afghanistan te verlaten.
Geen enkel ISAF-land heeft het echter nog aangedurfd om al zijn troepen terug te trekken. Nederland doet dat nu wel, als eerste. De vrees bestaat dat dit gaat leiden tot een domino-effect. Nederland is een belangrijk land in Afghanistan. Onze 1.940 soldaten zitten in Uruzgan, een provincie die logistiek van levensbelang is voor de taliban. En dus ook voor ISAF. Als zo’n lead nation nu zegt dat het genoeg is geweest, welk signaal geeft dat aan landen als Spanje, Italië, Frankrijk en Duitsland; waar de druk van de publieke opinie ook toeneemt? Of Australië, dat samen met Nederland in Uruzgan zit?
Het tweede probleem is dat er niet snel een adequate vervanging zal worden gevonden. Het is niet voor niks dat Nederland de missie al een keer heeft moeten verlengen. Uruzgan is strategisch gezien belangrijk genoeg voor een grote militaire aanwezigheid. Andere landen moeten die nu leveren, en daar staan ze niet om te springen. De Australische minister van Buitenlandse Zaken, Stephen Smith, heeft al gezegd dat Australië de leidende rol niet zal overnemen.
Niet te vertrouwen
Het vertrek brengt Uruzgan zelf ook in de problemen. Henk Post maakte als reserve-officier deel uit van het Provinciaal Reconstructie Team (PRT) in Uruzgan. ‘Dit is doodzonde’, zegt hij. ‘We begonnen daar net voet aan de grond te krijgen met de wederopbouw. Als wij nu weggaan, moet een andere lead nation vanaf nul beginnen. De voorwaarde voor opbouw is vertrouwen van de bevolking.’ Het wordt zelfs levensgevaarlijk voor Afghanen die met het PRT hebben samengewerkt, zegt Post. ‘Zij hebben hun nek uitgestoken en we laten ze nu in hun ogen in de steek. De buitenlandse militairen bewijzen voor de zoveelste keer dat ze niet te vertrouwen zijn. Het is aan de Afghanen niet uit te leggen waarom de Nederlanders nu weggaan.’
Bron:
http://www.depers.nl/buitenland/445872/Alleen-de-taliban-zijn-er-blij-mee.html