Bekijk volle/desktop versie : Imaam Abu Bakr An-Nabuulsi; de Gegeselde Martelaar



17-02-2009, 21:01

Abu Bakr An-Nabuulsi, rahimahu Allaah:
De Gegeselde Martelaar



Door Imaam Ibnu Katheer, rahimahu Allaah
Uit: Al-Bidaayah Wan-Nihaayah 11/241



Abu Bakr An-Nabuulsi, rahimahu Allaah, was één van de Geleerden die zijn leven opofferde zodat deze Religie voor ons bewaard zou worden, zoals dat nu het geval is.


Wie was hij?

Hij was Abu Bakr Muhammad Ibn Ahmad Ibn Sahl Ibn Nasr Ar-Ramlee, de martelaar die beter bekend staat als An-Nabuulsi, rahimahu Allaah. Hij was een toegewijde en vrome aanbidder, die niet gehecht was aan de geneugten van deze wereld. Hij stond altijd op voor de waarheid. Hij zou om de dag vasten en hij had invloed op alle mensen om hem heen.


Wat waren de gebieden van kennis waarin hij gespecialiseerd was?

Hij was een Geleerde van Fiqh en Hadeeth. Hij werd beschouwd als één van de grootste Geleerden van Hadeeth van zijn tijd, aangezien hij overleverde van mensen zoals Imaam At-Tabaraani en Imaam Ibn Qutaybah, rahimahumaa Allaah. Hij onderwees ook mensen zoals Ad-Daraquutni, Al-Midaani en ‘Ali Ibn ‘Umar Al-Halabee, rahimahum Allaah.


Wat is zijn verhaal?

Zoals jullie weten, vestigde ‘Ubayd-Allaah Al-Mahdee de Faatimide Staat en nam hij de stad Al-Mahdiyyah – waarnaar hij is vernoemd – als hoofdstad. Deze stad is gelegen aan de kust van Tunesië en het is circa 16 mijl (25 kilometer) verwijderd van het zuidoostelijke deel van de stad Qayrawaan. Daarna vervolgden de zoons van ‘Ubayd-Allaah Al-Mahdee zijn expansionistische beleid totdat Abu Tameem Ibn Isma’eel – ook wel bekend als “Al-Mu’izz li Deen-Allaah” – Egypte veroverde. Hij nam het in op Vrijdag, de 8e van Ramadhaan in het jaar 362 na de Hijrah en vestigde de stad Cairo. De heersers van deze Faatimide Staat schreven zichzelf toe aan de Shiietische ideologie, terwijl de mensen van Egypte en Palestina Sunnieten waren.

De ellende die door de Faatimide Dynastie werden veroorzaakt was een enorme beproeving voor de Moslims. Toen zij Palestina koloniseerden, ontsnapten de rechtschapen en arme mensen uit Jeruzalem omdat de Faatimiden de Geleerden van de Moslims zouden dwingen om alle Metgezellen van de Profeet, salla Allaahu ‘alayhi wa sallam, tijdens hun toespraken en preken te vervloeken. Eén van deze Geleerden die ontsnapte aan de Faatimiden, was Imaam An-Nabuulsi, rahimahu Allaah, die vluchtte naar Damascus. Toen “Al-Mu’izz li Deen-Allaah” in Syrië aankwam en het veroverde, begon hij in eigen persoon op te roepen tot zijn ketterse ideologie, waarbij hij de mensen verbood om Taraawih en Duhaa gebeden te verrichten en hen dwong om Qunuut te verrichten tijden de Dhuhr gebeden.

Wat Imaam An-Nabuulsi betreft: hij behoorde tot Ahl As-Sunnah Wal-Jamaa’ah en hij beschouwde het als een verplichting om te strijden tegen deze Faatimiden. Hij zei met betrekking tot deze Faatimide heersers: “Als ik tien speren in mijn bezit had, dan zou ik één van hen naar de Romeinen gooien en ik zou de andere negen gooien naar deze tirannieke Faatimiden.”

Toen de heerser van Damascus – Abu Mahmuud Al-Kitaamee – in staat was om de Qaraamitah (die ook vijanden van de Faatimiden waren) te verslaan, arresteerde hij Imaam An-Nabuulsi en zette hem gevangen tijdens Ramadhaan. Toen de gezagvoerder van het leger van “Al-Mu’izz li Deen-Allaah” in Damascus aankwam, werd Imaam An-Nabuulsi aan hem overhandigd en meegenomen naar Egypte.

Toen hij in Egypte aankwam, werd hij naar “Al-Mu’izz li Deen-Allaah” gebracht, die tegen hem zei: “Er is mij verteld dat jij hebt gezegd, dat als een man tien speren bezit, hij daarvan één naar de Romeinen zou moeten gooien en negen daarvan naar ons!”

Imaam An-Nabuulsi, rahimahu Allaah, zei: “Ik heb dat niet gezegd!”

De Faatimide heerser glimlachte en nam aan dat de Imaam zijn uitspraak zou intrekken. Hij vroeg hem: “Wat heb je dan wel gezegd?”

Imaam An-Nabuulsi antwoordde hem, krachtig en moedig: “Als een man tien speren had, dan zou negen daarvan naar jullie moeten gooien en vervolgens zou hij de tiende ook naar jullie moeten gooien!!”

“Al-Mu’izz” vroeg hem, volkomen in shock: “En waarom is dat?!”

De Imaam antwoordde hem wederom met dezelfde moed: “Omdat jullie de Religie van de Ummah hebben gewijzigd en rechtschapen mensen hebben vermoord en het Goddelijke Licht der Leiding willen doven en omdat jullie ingenomen hebben, wat niet aan jullie toebehoorde!”

De Faatimide heersers beval dat hij naar buiten gebracht zou worden, waar het publiek hem kon zien. De volgende dag werd hij verschrikkelijk gegeseld. Op de derde dag, werd Imaam An-Nabuulsi aan een kruis genageld en een Joodse slager werd gebracht om zijn vlees af te stropen, nadat de Islamitische slagers hadden geweigerd dit te doen. Tegen de tijd dat zijn vlees vanaf de top van zijn hoofd tot aan de onderkant van zijn gezicht was gevild, was hij zich nog steeds geduldig bezig om Allaah te gedenken en om een Vers uit de Quraan te herhalen:

[/SIZE][SIZE="3"]كَانَ ذلِك فِى الْكِتَ& #1600;بِ مَسْطُو& #1585;ًا

“…en dat is vastgesteld in het Boek van Onze Decreten.”
(Suurat Al-Israa; 58)

Toen de slager eindelijk aan de armen van Imaam An-Nabuulsi was begonnen, besloot hij om hem uit zijn lijden te verlossen. Hij nam één van zijn messen en stak het in het hart van Imaam An-Nabuulsi, waarna hij stierf, moge Allaah hem genadig zijn.

Later werd door ooggetuigen overgeleverd dat, toen Imaam An-Nabuulsi aan het kruis hing, de recitatie van de Quraan nog steeds gehoord werd, terwijl het uit zijn dode lichaam kwam.

Ibn Ash-Sha’sha’ Al-Misree, rahimahu Allaah, heeft ook overgeleverd dat hij Imaam An-Nabuulsi in een droom had gezien, nadat hij was vermoord en hij zag er prachtig en gelukkig uit. Dus hij vroeg hem: “Wat heeft Allaah met jou gedaan?”

Dus Imaam An-Nabuulsi, rahimahu Allaah, antwoordde:


Mijn Heer heeft van mij gehouden in eeuwige Eer
En Hij heeft mij nabijheid tot Hem en Zijn Vriendschap beloofd
En Hij heeft mij nader tot Zich gebracht en zei:
“Verheug je op een eeuwigdurend leven bij Mij”


17-02-2009, 23:21


Dit is het originele stuk in het Engels:

http://talk.islamicnetwork.com/showthread.php?t=7276

En het laatste gedicht in het Arabisch:

حباني مالكي بدوام عزٍ x وواعـدن& #1610; بقـرب الانتصا& #1585;ِ
وقربنـ&#161 0; وأدنان&#161 0; إليه x وقال: انعم بعيشٍ في جواري

Mijn Heer heeft van mij gehouden in eeuwige Eer
En Hij heeft mij nabijheid tot Hem en Zijn Vriendschap beloofd
En Hij heeft mij nader tot Zich gebracht en zei:
“Verheug je op een eeuwigdurend leven bij Mij”