بسم الله الرحمن الرحيم
Ware kennis kan alleen gevonden worden in de Qoraan en de Soennah en niet in wat mensen zeggen. Dit is waarom Imaam ash-Shaafie in zijn boek ar-Risalah zei:
“De verplichting die op mensen met kennis rust is alleen datgene kenbaar maken waarover zij kennis hebben. Sommige mensen zeiden, in zaken van kennis, dat het beter en veiliger voor hen was het niet te zeggen.”
En hij zei: “Niemand heeft het recht te zeggen dat iets is toegestaan of niet is toegestaan behalve als hij daarover kennis heeft. Kennis is de chabar (ahadieth van de profeet Salla Allahoe Alaihi Wa Sallam of uitspraken van andere mensen) van de Qoraan, de Soennah, idjmaa (overeenstemming van alle geleerden over een kwestie) of qiyass. (=analogie, wanneer er geen duidelijke verwijzing naar is in de Qoraan, de Soennah of idjmaa. Een voorbeeld is het verbod van marihuana gebaseerd op de verklaring van de profeet Salla Allahoe Alaihi Wa Sallam ‘Iedere bedwelming is chamr en iedere vorm van chamr is haraam.’ [Moeslim]
Aangezien marihuana een bedwelmend effect heeft wordt het gerangschikt als chamr en is het dus haraam)
Hij zei ook: “Als hij (een man met kennis) een fatwa (uitspraak) zonder een correcte chabar (geleerden gebruiken dit wanneer ze verwijzen naar ahadieth van de profeet of uitspraken van andere mensen) of qiyass (analogie, uitleg zie de hierboven tekst) gaf, hij dichter bij een zonde zal zijn dan de onwetende die het uit onwetendheid zei. Niemand heeft na de boodschapper van Allah iets te zeggen behalve als het gebaseerd is op kennis. Kennis is de Qoraan, de Soennah, de idjmaa (overeenstemming van alle geleerden over een kwestie) en de uitspraken afkomstig van de rechtschapen volgelingen v.d metgezellen en at-tabi’ien [de tweede generatie v.d islaam] en hun volgelingen en wat ik van qiyass (analogie) beschreef hetgeen gebaseerd moet zijn op deze bronnen.
Een van de grootste rampen die moeslims tegenwoordig en gedurende eeuwen in het verleden, onder ofwel de ‘gewone mensen’ ofwel diegenen die beschouwd worden kennis te hebben is overkomen, is dat de meerderheid van hen onwetend is.
Zij zijn onwetend in de hierboven vermelde teksten van de Qoraan, over de Soennah, de uitspraken van de metgezellen en uitspraken van Imaams die taqlied (blindelings volgen) verwerpen en het niet als kennis beschouwen. Zij zeggen allemaal dat kennis het volgende betekent:
“Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala zei, de boodschapper van Allah Salla Allahoe Alaihi Wa Sallam zei.”
Sheich Mohammed Nasir ad-Din al-Albaani