Bekijk volle/desktop versie : Illegale immigrantes stranden op manneneiland Athos



26-05-2008, 18:06
Illegale immigrantes stranden op manneneiland Athos

Uitgegeven op maandag 26 mei 2008

(Novum/AP) - Vier vrouwelijke illegale immigranten uit Moldavië hebben een primeur beleefd door als eerste vrouwen in duizend jaar op het Griekse kloosterschiereiland Athos te zijn geweest. Monniken ontdekten zondagnacht vijf immigranten en belden de politie, die de Moldavische vrouwen van het mannenbolwerk afvoerde.
Samen met een mannelijke Moldaviër zouden de vier vrouwen met een speedboot van de Turkse kust vervoerd worden, maar de bestemming was hun niet volledig duidelijk. Ze hadden per persoon vierduizend euro betaald aan twee Oekraïense mensensmokkelaars.

Op de berg Athos op het gelijknamige schiereiland zijn twintig kloosters gevestigd waar geen vrouwen mogen komen. Zelfs vrouwelijke dieren worden geweerd van het complex, waarvan het oudste klooster uit de tiende eeuw stamt. Het vrouwenverbod is opgenomen in de Griekse grondwet en overtreding kan bestraft worden met een jaar gevangenis.


Bron: Nieuws.nl


"Zelfs vrouwelijke dieren worden geweerd van het complex"

Opdat zij zich er niet aan zullen vergrijpen


26-05-2008, 18:20


Jaap Fischer

Tekst en muziek: Joop Visser

Daar woonden twee monniken Hans en Joop in een klooster op een heuvel
Ze sleten hun tijd, en dat was een hoop met sigaren, wijn en gekeuvel

Ze kletsten over Jeruzalem en loofden de heer met Psalmen
En zo kon je Hans' eerst en Joops tweede stem in de omtrek horen galmen

Of ze gingen ze naar het dorp benee om daar de Heer te loven
En dan stemden ze op de KVP en dan gingen ze weer naar boven

Er klopte daar een meisje aan dat hebben ze opgenomen
Want ze misten bij het zingen een goeie sopraan
Daar ze zelf niet zo hoog konden komen

Zij waste hun kleren het witgoed en bont, zij maakte hen nieuwe sandalen
In het klooster ging de wijnfles rond en in het dorp de roddelverhalen

Het meisje begreep dit en is weggegaan na een afscheid met veel tranen
Joop gaf haar een hand, wat ie nooit had gedaan
En Hans voor de reis wat bananen

En 's avonds zongen ze in duet een lied dat sneed door je mergen
Het meisje hoorde dat nog net en antwoordde over de bergen

Maar toen kwam er een man uit het dorp op de fiets en sprak
"Zo kunnen we het niet laten!
Dat meisje moet terug anders hebben we niets zo beneden om over te praten!"

En nu zingen ze weer met z'n drieën in koor en wast ze weer hun kleren
En ze krijgen d'r zelfs subsidie voor, want Gods kinderen zijn rare peren