Bekijk volle/desktop versie : Bezoeken van grafen



07-02-2008, 16:50
Vraag:
Is het aanroepen van een afwezige persoon of een dode persoon in noodomstandigheden Grote Kufr (ongeloof)?

Antwoord:
Ja, de doden of de afwezigen aanroepen in noodomstandigheden is Grote Shirk, degene die dit doet treedt uit de Islamitische religie.

Vanwege Zijn Woorden soebhaanahoe: "En degene die met Allaah een andere ilaah (god) aanroept, waar hij geen bewijs voor heeft, zijn rekening is alleen bij zijn Heer. Voorzeker, Hij laat de ongelovigen niet welslagen". (Al-Moeminoen 23: 117)

En Zijn Woorden 'azza wa djall: "Dat is Allaah jullie Heer, aan Hem behoort het koninkrijk. En degenen die jullie naast Hem aanroepen, beheersen niet eens een Qitmier (het dunne membraan over een dadelsteen). Als jullie ze aanroepen, horen ze jullie aanroep niet, en als ze zouden horen, zouden ze jullie niet kunnen verhoren. En op de Dag der Opstanding zullen zij jullie (aanbidding aan hen) Shirk verwerpen. En niemand kan jou (O Mohammed) informeren zoals Hij die alles weet". (Al-Faatir 35: 13-14)

En bij Allaah ligt het succes. En moge Allaah Salaat en vrede zenden over onze Profeet Mohammed, en zijn volgelingen en metgezellen.


Het Permanente Comité voor Islamitisch Onderzoek en Fataawa

Lid: 'Abdallaah ibn Ghudayyaan
Vice-voorzitter: 'Abd Ar-Razzaaq 'Afiefie
Voorzitter: 'Abd Al-'Aziez ibn 'Abdallaah ibn Baaz

(Vraag 2, van Fatwa nr. 9272 - Volume 1, blz. 110)



Vraag:
Betreffende sommige bezoekers van (graven van) overledenen Awliyaa (vrome mensen). De mensen gaan naar ze toe bij bepaalde gebeurtenissen, zoals bij droogte, ziektes en dergelijke. Ze slachten bij hun een schaap of een kip, zodat Allaah hun regen zal zenden, of voor hen de zieke zal genezen.

Antwoord:
Dit is niet toegestaan. Beter gezegd, dit is Shirk.

Vanwege de Woorden van ta'aala: "Zeg (O Mohammed): "Voorwaar, mijn Salaat (gebed), mijn slachten, mijn leven, en mijn sterven zijn voor Allaah, de Heer van de Werelden. Hij heeft geen deelgenoot. En met dit ben ik geboden, en ik ben de eerste van de Moslims"". (Al-An'aam 6: 163-164)

En Zijn Woorden: "Daarvoor, bidt voor jouw Heer, en slacht voor Hem (Alleen)". (Al-Kawthar 108: 2)

En wat bevestigd is van de Profeet salla Allaahoe 'alaihi wa sallam, dat hij zei: "Moge Allaah degene die voor een ander dan Allaah slacht vervloeken". (Overgeleverd door Moeslim - 1978)

En bij Allaah ligt het succes. En moge Allaah Salaat en vrede zenden over onze Profeet Mohammed, en zijn volgelingen en metgezellen.


Het Permanente Comité voor Islamitisch Onderzoek en Fataawa

Lid: 'Abdallaah ibn Qu'oed
Lid: 'Abdallaah ibn Ghudayyaan
Vice-voorzitter: 'Abd Ar-Razzaaq 'Afiefie
Voorzitter: 'Abd Al-'Aziez ibn 'Abdallaah ibn Baaz

(Vraag 2, van Fatwa nr. 7125 - Volume 1, blz. 200-201)