Bekijk volle/desktop versie : Wat de Islam verwerpt‏



14-01-2008, 17:18
Een samenvatting van wat de oelama’ zeggen:


1. Het associëren van andere godheden met de aanbidding van de Ene God Die geen partners heeft. Allah zegt:

إِنَّ اللّهَ لاَ يَغْفِر& #1615; أَن يُشْرَك& #1614; بِهِ وَيَغْف& #1616;رُ مَا دُونَ ذَلِكَ لِمَن يَشَاء وَمَن يُشْرِك& #1618; بِاللّه& #1616; فَقَدْ ضَلَّ ضَلاَلا& #1611; بَعِيدً& #1575;

‘Waarlijk! Allah vergeeft niet dat Hem deelgenoten toegekend worden in de aanbidding met Hem maar, buiten dat, Hij vergeeft degene die Hij wil…’ (an Nisa; 4:116)



2. Vertrouwen op een tussenpersoon tussen jezelf en Allah, wanneer men voorspraak zoekt;



3. De weigering om de kufr van andere te veroordelen, die op andere godheden dan Allah vertrouwen, of in twijfel verkeren dat ze ongelovigen zijn, of hun religie goedkeuren, is op zich ongeloof;



4. Geloven dat er een perfectere leiding is dan die van de profeet salAllahu 'alayhi wa sallam of dat er een vorm van bestuur is dat verkieslijker is dan de Islam, zoals iemand die de heerschappij van tirannen boven die van de profeet salAllahu 'alayhi wa sallam prefereren;



5. Weerzin tegen enig deel van de Openbaring, ook al kan men ernaar handelen, is ongeloof. Allah zegt:

ذَلِكَ بِأَنَّ& #1607;ُمْ كَرِهُو& #1575; مَا أَنزَل&#161 4; اللَّه&#161 5; فَأَحْب& #1614;طَ أَعْمَا& #1604;َهُمْ ‘

Dat is omdat zij datgene wat Allah naar beneden stuurt haten, daarom heeft Hij hun daden nutteloos gemaakt.’ (Muhammad; 47:9)



6. Het kleineren van enig deel van de dien of enig aspect van de straf of beloning. Zeg:

وَلَئِ&#160 6; سَأَلْت& #1614;هُمْ لَيَقُو& #1604;ُنَّ إِنَّمَ& #1575; كُنَّا نَخُوض&#161 5; وَنَلْع& #1614;بُ قُلْ أَبِالل& #1617;هِ وَآيَات& #1616;هِ وَرَسُو& #1604;ِهِ كُنتُم&#161 8; تَسْتَه& #1618;زِؤُون&# 1614;لاَ تَعْتَذ& #1616;رُواْ قَدْ كَفَرْت& #1615;م بَعْدَ إِيمَان& #1616;كُمْ إِن نَّعْف&#161 5; عَن طَآئِفَ& #1577;ٍ مِّنكُم& #1618; نُعَذِّ& #1576;ْ طَآئِفَ& #1577;ً بِأَنَّ& #1607;ُمْ كَانُوا& #1618; مُجْرِم& #1616;ينَ

‘Was het over Allah subhanahu wa Ta'ala en Zijn tekenen en Zijn boodschapper waarmee jullie spotten? Geef geen verontschuldiging, jullie waren ongelovig, nadat jullie geloofd hebben.’ (at Tawba; 9:65-66)



7. Het praktiseren van magie, zwart of wit, is een bewijs van ongeloof:

هَارُوت& #1614; وَمَارُ& #1608;تَ وَمَا يُعَلِّ& #1605;َانِ مِنْ أَحَدٍ حَتَّى يَقُولا& #1614; إِنَّمَ& #1575; نَحْنُ فِتْنَة& #1612; فَلاَ تَكْفُر& #1618; فَيَتَع& #1614;لَّمُو&# 1606;َ

‘…Maar geen van deze twee (engelen) onderwees iemand (zulke zaken) tot zij gezegd hadden: wij testen het slechts, wees dus niet ongelovig.’ (al Baqarah; 2:102)



8. Het helpen en assisteren van de ongelovigen om de moslims te overwinnen:

لاَ تَتَّخِ& #1584;ُواْ الْيَهُ& #1608;دَ وَالنَّ& #1589;َارَى أَوْلِي& #1614;اء بَعْضُه& #1615;مْ أَوْلِي& #1614;اء بَعْضٍ وَمَن يَتَوَل& #1617;َهُم مِّنكُم& #1618; فَإِنَّ& #1607;ُ مِنْهُم& #1618; إِنَّ اللّهَ لاَ يَهْدِ&#161 0; الْقَوْ& #1605;َ الظَّال& #1616;مِينَ

‘En als één van jullie hen als bondgenoot neemt, dan behoort hij zeker tot hen. Waarlijk, Allah leidt niet die mensen die tot onrechtvaardigen behoren.’ (al Ma’idah; 5:51)



9. Geloven dat het niet nodig is om de profeet salAllahu 'alayhi wa sallam te volgen en dat het toegestaan is buiten de wet van Allah te treden, zoals al Khadir deed, toen hij overschreed wat aan Mozes geopenbaard is. Dit is ongeloof.[1]



10. Opzettelijke verwaarlozing van Allah’s dien noch ervan te leren, noch ernaar te handelen. Allah zegt:

وَمَنْ أَظْلَم& #1615; مِمَّن ذُكِّر&#161 4; بِآيَات& #1616; رَبِّه&#161 6; ثُمَّ أَعْرَض& #1614; عَنْهَ&#157 5; إِنَّا مِنَ الْمُجْ& #1585;ِمِينَ مُنتَقِ& #1605;ُونَ

‘En wie zondigt er meer dan degene die aan de tekenen van zijn Heer wordt herinnerd en zich dan daarvan afkeert? Waarlijk, Wij zullen de misdadigers precies vergoeden.’ (as Sajda; 32:22)



Er wordt bij deze handelingen geen onderscheid aangebracht in termen van intentie, of iemand schertst of serieus is, of zelf handelt vanuit angst. Het enige excuus is dwang. Deze tien daden zijn extreem en gevaarlijk en verschrikkelijk gewoon. Elke moslim dient hiervoor uit te kijken en een wezenlijke angst in zijn hart te voelen om er zelfs maar in de buurt te komen.[2]



Bron: Al Wala’ Wal Bara’, de uitleg van de Shahada door Mohammad Sayyid al Qahtani



[1] Zie ook: Verhalen van de profeten (verhaal van mozes)

[2] imam Mohammad ibn Abdoel Wahhab, Moe’alafat, 5/212/-214