'moes, moes, moes!' zo ging mijn vriendin, Souad, weken lang met Moestaain door haar gedachten.
Alhoewel ze één van de knapste meisjes is, laat ze haar hartje volledig stelen door hem.
Ze zeggen: "liefde maakt blind", dat was hier duidelijk het geval.
De Souad die viel op jongens met klasse, jongens met een vette auto, jongens die er perfect uitzien, liet haar hartje begeren door een jongen die beveiliger is bij een supermarkt.
Ze hopeloos verliefd.
Tot dat we Samira ontmoeten op school. Zij blijkt hem ook te kennen. Zelf is ze 2 jaar verliefd op hem geweest.
Ik vraag me af wat ze in hem zien?
Ook blijkt zij zijn telefoonnummer te hebben.
Souad greep haar kans en smste hem hellemaal gek.
Alleen kreeg ze steeds slechts een korte antwoord terug.
Uiteindelijk begon ze zich te realiseren dat de liefde die ze voor hem voelde niet wederzijds was.
'Er bestaat geen liefde die van één kant komt,' herhaalde ze steeds.
Wat ik me heb gerealiseerd door haar ervaring... dat als een jongen afstandelijk doet...(ook al is hij niet perfect) dan word je verlangen groter naar deze persoon.
Je pikt het niet dat hij jou niet wil. En als hij eenmaal zijn gevoelens aan je toegeeft, dan zet je hem aan de kant. Zoeken naar iets wat beter is. MISSCHIEN BEN JIJ DE WARE?!
MISSCHIEN BEN JIJ DE WARE?!
hoofdstuk 1
Ik zit in mijn kamer en kijk mijn zus aan die zich optut voor vanavond.
Ze heeft inmiddels een vriend. Hij beweerd dat hij met haar wilt gaan trouwen.
Mijn zus, Nadia, zit hellemaal in de wolken.
'Hoe zie ik eruit?'vraagt Nadia.
'ja ja,'antwoord ik duf.
'Wanneer ga je nou eens een keer toegeven dat ik je knappe zus ben?'zegt ze zelf verzekerend.
Ik trek een wenkbrauw omhoog. Daarna schieten we in de lach.
Even later pakt nadia haar tasje,'Ik ga', en ze loopt weg.
Nog voordat ik kan reageren, is ze al weg.
Na eventjes treuzelen sta ik op en ruim ik de kamer op.
'pfff, overal make up van haar', zeg ik puffend.
Als ik klaar ben, ga ik voor de spiegel staan.
'Het word tijd dat ik weer eens de uitgroei laat verven.'
Dan lach ik op allerlei manieren naar me zelf. Ik stop ineens met lachen en kijk mezelf somber aan.
'Waar is de ware nou? Bestaat die überhaupt wel? Wat zou degene nu aan het doen zijn? Zou ik de man met wie ik mijn bed ooit zal delen al kennen?
Mijn telefoon stoort mijn gedachten.
Ik hoor hem ergens...maar waar?
Hysterisch zoek ik naar de telefoon. Hij is alweer gestopt met overgaan.
'Owjah!, onder mijn kussen'.
Er staat een nummer in het schermpje. 'Wie zou het zijn?'
Ik kan hem alleen maar eventjes oppiepen.
Nadat ik dat al een aantal keer gedaan heb, plof ik neer op mijn bed.
Starend naar het plafond, val ik in slaap.