Graag wil ik jullie verwijzen naar het volgende stuk:
Allah Zijn Gunsten en onze dankbaarheid
Deze lezing gaat over de ni´ma, de gunsten van Allah en onze dankbaarheid hiervoor (shoekr in het Arabisch). Allah (soebhanahoe wa Ta´ala) is de bron van alle gunsten en genietingen. De Qor´aan zegt hierover: En er is geen gunst die jullie ontvangen, of deze komt van Allah... (An-Nahl: 53)
Hij heeft jullie gegeven van alles wat jullie Hem vragen en als jullie Allah´s weldaden willen opsommen kunnen jullie ze niet tellen.. (Soerah Ibrahiem: 34)
De manier waarop we geschapen zijn, onze lichamen waarmee we van alles kunnen doen, onze zintuigen; dit alles zijn ook gunsten van Allah: Degene Die alles wat Hij schiep op de beste manier heeft geschapen. En Hij begon de schepping van de mens uit klei. Daarna maakte Hij zijn nageslacht van een uittreksel van nederig water (sperma). Daarna voltooide Hij hem en blies in hem van de Ziel en Hij maakte voor jullie het gehoor en het gezichtsvermogen en de harten. Weinig dankbaarheid tonen jullie! (Soerah As-Sadjdah: 7-9)
Over de gunsten van Allah die zich in de natuur bevinden zegt de Qor´aan het volgende: Zie jij niet dat Allah alles op aarde en de schepen die over de zeeën rondvaren op Zijn bevel aan jullie dienstbaar heeft gemaakt? En dat Hij de hemelen weerhoudt op de aarde te vallen, alleen maar door Zijn toestemming? Voorwaar, Allah is voor de mensen zeker Zachtmoedig, Meest Barmhartig. (Soerah Al-Hadj: 65)
Al deze gunsten heeft Allah zowel voor gelovigen als ongelovigen bestemd. Er zijn echter gunsten die exclusief voor de gelovigen zijn.
Zien jullie niet dat Allah wat zich in de hemelen en op aarde bevindt aan jullie dienstbaar heeft gemaakt? En Hij heeft Zijn gunsten voor jullie vervolmaakt, zichtbaar en onzichtbaar. (Soerah Loeqmaan: 20)
Met "onzichtbare gunsten" wordt hier bedoeld: imaan (geloof), hidaayah (leiding) en ´ilm (kennis). Dit zijn Allahs gunsten aan de gelovigen. De zichtbare gunsten omvatten rijkdom, kinderen etc. De grootste gunst van Allah is wel, dat Hij ons naar de Islam heeft geleid. De Profeet (sallallahoe aleihi wa sallem) heeft gezegd: "Waarlijk, Allah geeft rijkdom aan degenen die Hij liefheeft en aan degenen die Hij niet liefheeft, maar de godsdienst schenkt Hij uitsluitend aan degenen die Hij liefheeft". (Malik en Ibn Maadjah)
…Maar Allah heeft jullie van het geloof laten houden en het in jullie harten aantrekkelijk gemaakt en Hij heeft jullie ongeloof, verdorvenheid en opstandigheid laten verafschuwen. Zij zijn het die zich op het rechte pad bevinden. Een grote gunst en een weldaad van Allah. En Allah is wetend en wijs. (Soerah Al –Hoedjoeraat: 7-8)
En de allergrootste gunst die inshaAllah nog moet komen, is het Paradijs. Hiervoor en voor alle andere gunsten zijn we Allah dank verschuldigd.
Aspecten van dankbaarheid
Er zijn een aantal aspecten van dankbaarheid, die nu verder zullen worden besproken: Dankbaarheid is een gunst aan onszelf; Een belangrijk punt is, dat we met dankbaarheid vooral onszelf een gunst bewijzen, want Allah heeft onze dankbaarheid niet nodig. Allah (soebhanahoe wa Ta´ala) zegt in de Qor´aan: …En wie dankbaar is, is slechts dankbaar voor zichzelf. En wie ondankbaar is, voorwaar, Allah is Behoefteloos en Geprezen. (31:12)
Dus dankbaarheid leidt slechts tot voordeel voor onszelf. Allah heeft onze dankbaarheid niet nodig. Of we nu dankbaar zijn of niet, verandert niets aan Allah. Wanneer we ondankbaar zijn, schaadt Hem dat niet, Hij is immers de Behoefteloze. Wij daarentegen, hebben juist wel behoefte aan Allah.
Dankbaarheid is nooit genoeg;
Een ander punt dat we in gedachten moeten houden is, dat Allah´s zegeningen aan ons zó groot zijn, dat hoeveel dankbaarheid we ook tonen, op hoeveel verschillende manieren ook, het nooit op zal wegen tegen al die gunsten. Dat Allah´s gunsten ontelbaar zijn, blijkt wel uit het volgende: De Profeet Dawoed
vroeg aan Allah: " Wat is de kleinste van Uw zegeningen?" Allah openbaarde hem: "O Dawoed, haal adem!" Dawoed
haalde adem, en Allah vertelde hem: "Dit is de kleinste van Mijn zegeningen aan jou." (Ibn Qayyim)
Als Allah een gelijke betaling voor elke gunst zou vragen, als we voor elke gunst zouden moeten betalen met bidden, vasten, sadaqah (liefdadigheid) geven, goede daden doen etc., als Allah werkelijk van ons zou verlangen dat we iedere gunst, dus iedere ademtocht, op gelijkwaardige wijze terugbetalen, hoe zouden we dat dan ooit kunnen volbrengen? Het zou onmogelijk zijn, iedereen zou hierin tekort schieten.
Ibnoel-Qayyim (rahimahoellah) vermeldt het verhaal van een gelovige die vijftig jaar doorbracht met het aanbidden van Allah. Toen kreeg hij te horen dat Allah hem vergeven had. De man zei: "O Allah, wat valt er te vergeven als ik nog nooit iets verkeerd heb gedaan?" Daarop zorgde Allah ervoor, dat een zenuw in zijn nek hem zóveel pijn bezorgde, dat hij niet kon slapen of bidden. Toen de pijn afnam en hij weer kon slapen, kwam er een engel naar hem toe en hij klaagde tegen de engel over de pijn die hij had gehad. De engel vertelde hem: "Jouw Heer laat jou weten dat jouw vijftig jaren van aanbidden een betaling zijn voor het wegnemen van jouw pijn." SoebhanAllah, als Allah werkelijk een gelijke betaling met daden van aanbidding zou vragen voor elke gunst die Hij schenkt, dan zou je Hem dus vijftig jaar lang moeten aanbidden, om terug te betalen dat Hij een pijn van je weg neemt. En dan heb je alleen nog maar betaald voor één gunst.
Alhamdoelillah is het een hele grote gunst van Allah, dat Hij al tevreden is met dankbaarheid, dat we onze dankbaarheid mondeling uiten en in ons hart voelen, goede daden verrichten en zonden proberen te vermijden.
Stel je bent in een winkel, en je ziet een heel duur product dat je altijd al heel graag wilde hebben maar het was altijd veel te duur. En nu ineens is het in de aanbieding, heel goedkoop en je kunt het je makkelijk veroorloven. Zou je het dan niet kopen? Zou je het dan geen goede ruil vinden? Een klein beetje geld voor zoiets moois? Zo is het ook met Allah Zijn gunsten en onze dankbaarheid.
Dankbaarheid is verbonden met imaan, ondankbaarheid met koefr; Gedenkt Mij daarom, dan zal Ik jullie gedenken en wees Mij dankbaar, en wees Mij niet ondankbaar. (Soerah Al-Baqarah:152)
Het woord dat hier vertaald is met "ondankbaar" luidt in het Arabisch "takfoeroen". Dit woord komt van dezelfde stam als het woord "koefr" en dat betekent ongeloof, het afwijzen van Allah. Deze ayah had dus ook vertaald kunnen worden met: "Wees Mij dankbaar en wees niet ongelovig", of "Wees Mij dankbaar en wijs Mij niet af." Dankbaarheid wordt dus geplaatst tegenover koefr (ongeloof) en is dus een kenmerk van de mensen met Imaan (geloof) waarmee ze zich onderscheiden van de mensen van Koefr.
Dankbaarheid is verbonden met aanbidding;
O, jullie die geloven, eet van de goede dingen waarmee Wij jullie hebben voorzien en wees Allah dankbaar als Hij alleen het is Die jullie aanbidden. (Soerah Al-Baqarah: 172)
Dus, met andere woorden, als het werkelijk zo is dat je Allah, en Hem alleen aanbidt, wees Hem dan dankbaar. Dankbaarheid is een vorm van aanbidding en het is een teken van ware aanbidding. De aanbidding is niet compleet zonder dankbaarheid jegens Allah.
Gunsten zijn een test;
De mensen worden getest om te zien of ze dankbaar zijn. Voorwaar, Wij wezen hem (de mens) de Weg: wordt hij dankbaar of wordt hij ondankbaar? (Soerah 76:3)
De Profeet Soelaiman
zei, toen één van de djinn de troon van de koningin van Saba in een oogwenk naar hem bracht en voor hem plaatste: Dit is een gunst van mijn Heer, om mij op de proef te stellen of ik dankbaar zal zijn of dat ik ondankbaar zal zijn. (27:4);
Allah onderwerpt ons dus aan testen, op allerlei manieren, om te kijken of we dankbaar zijn. Of we de beloning voor dankbaarheid verdienen. Want hoe beloont Allah dankbaarheid?