Bekijk volle/desktop versie : De tekenen van Ahloel-Bid'ah



12-03-2007, 09:36
De tekenen van Ahloel-Bid'ah

Auteur: Aboe ‘Uthmaan Ismaa’iel ibn ‘Abdoer-Rahmaan
as-Saaboenie (373-449 NH)
Oorspronkelijke titel: ‘Aqiedatoes-Selef As haaboel-Hadieth
(De ‘Aqiedah van de Vrome Voorgangers en de mensen van Hadieth)
Bron: Hoofdstuk 31 blz. 109 t/m 113.
Vertaald vanuit het Engels door: Amin Tap
Nagekeken en verbeterd vanuit het Arabisch door: Mohammed Brinkman.


De tekenen van al-Bida’h zijn klaarblijkelijk . Eén van de meest klaarblijkelijke tekenen en kenmerken hiervan is hun intense vijandigheid en haat jegens de dragers van de ahadieth (overleveringen) van de Profeet (Sal Allaahoe aleihie wa Sallaam). Zij kijken op hen neer en geven hen namen zoals Hashawiyyah 1, Jahalah (ontwetenden), Dhaahiriyyah (degenen die alleen het klaarblijkelijke aannemen) en Moeshabihah (antropomorfisme). Zij zijn ervan overtuigt dat de overleveringen over de Boodschapper van Allaah (Sal Allaahoe aleihie wa Sallaam) geen kennis bevatten, en (zij beweren) dat kennis hetgeen is dat de Satan hen (Ahloel-Bid’ah) geeft ten gevolge van hun corrupte gedachtes, de fluisteringen van hun verduisterde borsten, het misplaatste begrip van hun harten die verstoken zijn van enig goeds, hun uitspraken en ongeldige bewijzen. In werkelijkheid zijn dat niets meer dan onhoudbare en valse twijfels.

“Zij zijn degenen die Allaah vervloekt heeft. En dus heeft Hij hen doof en blind gemaakt in hun inzicht (hun inzicht weggenomen).” 2

“En wie door Allaah vernederd wordt, niemand kan hem eer bewijzen. Voorzeker, Allaah doet wat Hij wil.” 3

Ik heb Al-Haakim Aboe Abdullaah al-Haafiedh horen zeggen dat hij van Aboe Alie al-Hussain ibn Alie al-Haafiedh heeft gehoord, die weer van Dja’far ibn Ahmed ibn Sinaan al-Waasitie heeft gehoord, dat hij Ahmed ibn Sinaan al-Qataan heeft horen zeggen:

“Er is geen innoveerder in deze wereld behalve dat hij de Mensen van Hadieth haat. Wanneer iemand innoveert, dan wordt de zoetigheid van de ahadieth uit zijn hart verwijderd. 4


En ik heb Al-Haakim horen zeggen: ik heb van Aboel-Hoessain Mohammed ibn Ahmed al-Handhalie gehoord -in Bagdad-, die weer hoorde van Mohammed ibn Ismaa’iel at-Tirmidhie die heeft gezegd: “Ik en Ahmed ibn al-Hassan at-Tirmidhie waren samen met de Imaam van de Religie Aboe Abdillaah Ahmed ibn Hanbal toen Ahmed ibn al-Hassan tegen hem zei: ‘O Aboe Abdillaah! Zij (een aantal mensen) spraken met Ibn Abie Qoetailah in Mekka over de Mensen van Hadieth.’ Dus hij (Ibn Abie Qoetailah) antwoordde: ‘De Mensen van Hadieth zijn slechte mensen.’ Ahmed ibn Hanbal stond op en schudde zijn kleding en vertrok, zeggende:

“Zindieq (ketter), Zindieq, Zindieq!” , totdat hij zijn huis binnentrad.5

Ik heb gehoord van Al-Haakim Aboe Abdillaah, ik heb gehoord van Aboe Nasr Ahmed ibn Sahl al-Faqhie in Boechaara, die Aboe Nasr ibn Salaam al-Faqhie heeft horen zeggen:

“Er is niets dat zwaarder is voor de ketters en meer door hen gehaat dan het luisteren en overleveren van ahadieth met hun asaanied (kettingen van overleveraars).” 6

Ik hoorde al-Haakim zeggen dat hij de Shaych Aboe Bakr Ahmed ibn Ishaaq ibn Ayyoeb al-Faqhie hoorde zeggen tijdens een debat met een man:

“Die en die persoon leverde mij over…” (hij leverde de man een hadieth over).

De man antwoordde:

“Laat dat overlever gedoe toch, tot wanneer wil je overleveren?”

Dus de Shaych reageerde door te zeggen:

“Sta op O ongelovige, het is niet toegestaan voor jou om na dit, ooit mijn huis nog binnen te treden!”
Vervolgens keerde hij zich naar ons toe en zei:

“Ik heb nog nooit tegen iemand gezegd mijn huis niet meer binnen te komen behalve hij.”7

Ik hoorde Ustaadh Aboe Mansoer Mohammed ibn Abdoellaah ibn Hamshaad de geleerde az-Zaahid (Rahiemehoellaah) zeggen dat hij Aboe al-Qaasim Dja’far ibn Ahmed al-Moeqrie ar-Raazie hoorde zeggen dat het voorgelezen werd over Abdoer-Rahmaan ibn Abie Haatim ar-Raazie en ik was aan het luisteren, dat hij zijn vader de Imaam van zijn land Aboe Haatim Mohammed ibn Idries al-Handhalie hoorde zeggen:

“Een kenmerk van Ahloel-Bid'ah is dat zij slecht spreken over de Mensen van Overleveringen. Een kenmerk van de az-Zanaadiqah is dat zij de mensen van overleveringen namen zoals Hashwiyyah geven, met als bedoeling de overleveringen teniet te doen. Een kenmerk van al-Qadariyyah is dat zij Ahloel-Soennah de naam Mudjabbarah geven. Een kenmerk van Djahmiyyah is dat zij Ahloes-Soennah de naam Moeshebihah geven. En het kenmerk van de Raafidah is dat zij Ahloel-Athr de naam Naabitah of Naasibah geven.” Ik zeg (de spreker is as-Saaboenie): Dit alles komt door fanatisme, want er is geen naam voor Ahloel-Soennah behalve de naam As-Haaboel-Hadieth (de Metgezellen van Hadieth). 8

(as-Saaboenie zegt: ) Ik zie dat de Ahloel-Bida'h, door Ahloel-Soennah dat soort namen te geven, het gedrag volgen van de godenaanbidders, die aanwezig waren in de tijd van de Boodschapper van Allaah (Sal Allaahoe aleihie wa Sallaam). Zij wilden hem teisteren door hem met namen te bestoken. Sommige van hen zeiden dat hij een magiër was. Sommigen zeiden dat hij een tovenaar was. Sommigen zeiden een poëet. Sommigen zeiden een krankzinnige, een charmeur, een fantast of een leugenaar. De Profeet (Sal Allaahoe aleihie wa Sallaam) was verre weg en onschuldig van dat soort beledigingen. Hij was louter een uitverkorene Boodschapper en een Profeet (Sal Allaahoe aleihie wa Sallaam). Allaah zegt:

Zie hoe zij met jou vergelijkingen maken. Dus zij zijn gaan dwalen en zij zullen niet in staat zijn om het (rechte) pad te vinden. 9

En zo ook de innoveerders, moge Allaah hen vernederen, zijn erop uit om de dragers, overleveraars en opvolgers van zijn ahadieth aan te vallen en om geschillen over hen te veroorzaken. Daarom bestempelden zij een aantal van hen als Hashwiyyah, en een aantal als Moeshshabihah, en een aantal als Naabitah, en een aantal als Naasibah of Djabriyyah.
De Mensen van Hadieth zijn verre weg van deze belasteringen, en zijn vrij van hen, puur en schoon. Zij zijn niets behalve de mensen van de lichtgevende Soennah; de goedgunstige weg; het rechte pad en de sterke beslissende bewijzen. Allaah, de Meest Majesteitelijke, heeft hen de mogelijkheid gegeven voor het volgen van Zijn Boek, Zijn Openbaring en Zijn Boodschap, en het volgen van Zijn Boodschapper (Sal Allaahoe aleihie wa Sallaam) door zijn overleveringen waarin hij het goede voor zijn Oemmah beval, door middel van spraak en handeling, en waarin hij hen weerhield van het kwade. Hij (Allaah) hielp hen zijn (Sal Allaahoe aleihie wa Sallaam) levensvoorbeeld te volgen, en leiding tot stand te brengen door zich aan zijn Soennah vast te houden.

Hij (Allaah) verruimde hun harten zodat zij van hem (de Profeet) en de Iemaams van zijn Sharie’ah en de geleerden van zijn Oemmaah zullen houden. En wanneer iemand van een volk houdt, dan zal hij met hen zijn op de Dag van Wederopstanding, zoals de Boodschapper van Allaah (Sal Allaahoe aleihie wa Sallaam) zegt:

“Een man zal met degenen zijn van wie hij houdt.” 10




_______________________________


Voetnoten:

1) Hashawiyyah: de lagere tak van de bevolking die geen inbreng hebben. (genomen van de oorspronkelijke arabische voetnoot. -Aboe ‘Oebaydillaah)
2) Soerah Mohammed 47:23.
3) Soerah Al-Hadj 22:18.
4) Overgeleverd door al-Haakim in al-Ma’rifah (blz.4) en tevens overgeleverd door al-Baghdaadie in Sharf Ashaab ul-Hadieth (blz.7) met een Sahieh isnaad.
5) Overgeleverd in Ma’rifah 'Oeloem al-Hadieth (blz.4) en tevens overgeleverd door al-Baghdaadie in Sharaf as-Haaboel Hadieth (blz.74).
6) Overgeleverd in Ma’rifah'Oeloem al-Hadieth (blz.4) en tevens overgeleverd door al-Baghdaadie (blz.73-74).
7) Ook Overgeleverd in Ma’rifah'Oeloem al-Hadieth (blz.4).
8) Overgeleverd door al-Laalekaa`ie in Sharh Oesoel Itiqaad Ahloes-Soennah (1:179) via Ibn Abie Haatim.
9) Soerah Al-Foerqaan 25:9.
10) Overgeleverd door al-Boechaarie (6168), Moslim (2640), Aboe Dawoed (5127) en at-Tirmidhie (2505-2507).

12-03-2007, 15:14


Wal7amdoeliLaahie Rabbie L-3alamien!