islam4always
21-01-2007, 15:25
Salaam wa3aleikum
Allah de Almachtige zegt:
“En reciteer voor hen in waarheid het verhaal van de twee zonen van Adam, toen ieder een offer (aan Allah) bracht.
Van één werd het geaccepteerd maar niet van de ander. De laatste zei tegen de eerste: “Ik zal jou zeker doden”. De eerste zei: “Waarlijk, Allah accepteert slechts van degenen die godvrezend zijn. Als jij je hand tegen mij opheft om mij te doden, zal ik nooit mijn hand tegen jou opheffen om je te doden, want ik vrees Allah, de Heer van de wereldwezens. Waarlijk, ik wens daarmee dat mijn zonden op jou overgaan evenals de jouwe, zodat jij één van de bewoners van het vuur wordt, en dat is de vergoeding voor de onrechtvaardigen. Dus liet de ziel van de ander hem aanmoedigen en liet de moord op zijn broeder hem eerlijk kijken; hij vermoordde hem en werd één van de verliezers. Toen stuurde Allah een kraai die in de grond krabde om hem te laten zien hoe het dode lichaam van zijn broeder te verbergen. Hij zei: “ Wee over mij! Ben ik zelfs niet in staat om zoals deze kraai te zijn en het dode lichaam van mijn broeder te verbergen?” Toen werd hij één van degenen die berouw had.”
(Qoran 5: 27-31)
Allah de Almachtige zegt:
“En reciteer voor hen in waarheid het verhaal van de twee zonen van Adam, toen ieder een offer (aan Allah) bracht.
Van één werd het geaccepteerd maar niet van de ander. De laatste zei tegen de eerste: “Ik zal jou zeker doden”. De eerste zei: “Waarlijk, Allah accepteert slechts van degenen die godvrezend zijn. Als jij je hand tegen mij opheft om mij te doden, zal ik nooit mijn hand tegen jou opheffen om je te doden, want ik vrees Allah, de Heer van de wereldwezens. Waarlijk, ik wens daarmee dat mijn zonden op jou overgaan evenals de jouwe, zodat jij één van de bewoners van het vuur wordt, en dat is de vergoeding voor de onrechtvaardigen. Dus liet de ziel van de ander hem aanmoedigen en liet de moord op zijn broeder hem eerlijk kijken; hij vermoordde hem en werd één van de verliezers. Toen stuurde Allah een kraai die in de grond krabde om hem te laten zien hoe het dode lichaam van zijn broeder te verbergen. Hij zei: “ Wee over mij! Ben ik zelfs niet in staat om zoals deze kraai te zijn en het dode lichaam van mijn broeder te verbergen?” Toen werd hij één van degenen die berouw had.”
(Qoran 5: 27-31)