LQwaad4life
22-10-2006, 02:50
kan iemand me iets meer vertelen over de volgende twee profeten ze staan in de lijst op de voplgende link http://forums.marokko.nl/showthread.php?t=1156734
het gaat dus om de volgende 2 profeten 3alayhim asalaam Dhoe'l Kifl en Al yasa
Citaat door LQwaad4life:kan iemand me iets meer vertelen over de volgende twee profeten ze staan in de lijst op de voplgende link http://forums.marokko.nl/showthread.php?t=1156734
het gaat dus om de volgende 2 profeten 3alayhim asalaam Dhoe'l Kifl en Al yasa
"En (gedenk) Ismaël en Idris en Dhoel-kifl, allen behoorden tot degenen die geduldig waren. En Wij hebben hen Onze genade gegeven. Waarijk, zij behoorden tot de rechtgeleiden." (Qoer-aan 21:85-86)
"En gedenk Onze Slaven: Ibrahim, Isaac en Yacoeb, (alle) eigenaren van kracht en van religieus begrip. Waarlijk, Wij hebben hen uitverkoren door hen (iets goeds) te geven, de Overdenking van het hiernamaals.. En zij zijn in Ons aangezicht, waarlijk, van de uitverkorenen en de besten! En gedenk Ismaël, Elisha en Dhoel-Kifl, allen behoren tot de besten." (Qoer-aan 38:45-48)
Moudjajid zei, dat hij de profeet van zijn volk garandeerde rechtvaardig te zijn als hij één of andere wetgeving uitvoerde. Daarom werd hij Dhoel-Kifl genoemd
vervolg..
Ibn Jarir heeft overgeleverd, dat Moedjahid zei, dat toen Elisha oud werd, hij een opvolger wilde aanwijzen. Hij verzamelde de mensen en zei, dat hij degene wilde aanstellen die drie dingen kon beloven; overdag te vasten, 's avonds te bidden en nooit boos te worden. Iemand stond op en zei: "Ik doe dat". Op de tweede dag herhaalde hij dezelfde toespraak en dezelfde persoon stond op en zei: "Ik doe dat". Daarom werd hij aangesteld.
De Sheitan beval zijn aanhangers hem te vergezellen, maar later nam hijzelf het werk over. Hij kwam in de middaguren(de enige tijd dat Dhoel-Kifl sliep) naar hem toe in de vorm van een oude man en klopte op de deur. Toen hem gevraagd werd: "Wie ben je?" , zei hij: "Ik ben een oude man die onrecht gedaan werd". Hij ontvind hem daarop en luisterde naar hem, totdat de tijd voorbijging en hij niet meer slapen kon. Hij zei tegen hem: "Goed, kom naar me toe in de rechtzaal en we zullen rechtvaardigheid laten gelden." Maar de Sheitan ging niet naar de rechtzaal. De volgende dag deed hij hetzelfde en Dhoel-Kifl zei weer tegen hem, dat hij in de rechtzaal op hem zou wachten. De oude man kwam niet en ging opnieuw op dezelfde tijd naar Dhoel-Kifl. Toen hem gevraagd werd: "Wie ben je?", zei hij: "Ik ben dezelfde oude man die onrecht gedaan werd." Dhoel-Kifl riep uit: "Heb ik niet tegen je gezegd, dat je naar de rechtzaal zou komen?" De oude man zei: "Mijn tegenstanders waren de slechtste mensen die ik ooit gezien heb. Als ze horen dat jij een rechtzaak houdt, dan zullen ze misschien zeggen, dat ze mijn bezittingen terug zullen geven. Maar na de rechtzaak zullen ze het ontkennen." Dhoel-Kifl zei: "Als ik naar de rechtzaal ga, dan kom ook" Hij kon in beide gevallen zijn middagslaap niet doen.
Hij ging naar de rechtzaal, maar de oude man kwam niet. Toen Dhoel-Kifl slaperig werd, zei hij tegen zijn familie, dat ze niemand binnen moesten laten, omdat hij wat slaap nodig had. De oude man kwam in die tijd, maar de wachter zei tegen hem: "Ga weg". De oude man zei: "Ik ben gister bij hem geweest en heb mijn verhaal verteld. De wachter zei: "Ik heb bevel gekregen niemand binnen te laten." De oude man klom over de muur, ging naar binnen en klopte op de deur van de binnenkant. Dhoel-Kifl stond op en zei tegen de wachter: "Heb ik je geen instructies gegeven?" De wachter zei: "Ik draag geen schuld. Kijk waar je vandaan kwam." Hij keek naar de deur en zag dat die nog op slot was. Dhoel-Kifl begreep de zaak en zei: "Ben je de Sheitan?" De Sheitan antwoordde: "ja, ik had geprobeerd wat ik ook maar kon om je woedend te maken." Om deze reden noemende Allah hem Dhoel-Kifl, omdat hij garandeerde, dat hij de verantwoordelijkheden die hem opgedragen werden na zou komen.
Ibn Kathir zei, dat eenzelfde verhaal door Ibn 'Abbas, ''Abdoellah bin Al-Harith, Mohammed bin Qais en andere geleerden overgeleverd werd.
bron: Geschiedenis van de Profeten. Door Ibnu Kathir