Citaat:
Origineel gepost door Iznogoedh
Klopt allemaal!
Veertien eeuwen geleden maakte men door de Islam een enorme verbetering mogelijk in de positie van de vrouw en ook is het zo dat ze hier in het westen eeuwenlang officieel (met daartoe strekkende wetteksten) als tweederangsburger werd beschouwd.
Maar ondertussen is hier de zaak wettelijk al decennia rechtgetrokken en alles wettelijk zo geregeld dat ze gelijk is. Ondertussen is de Koran hetzelfde gebleven met alle problemen van dien.
De Islam gaat dus een enorm probleem krijgen in Nederland als men niet snel en openlijk begint met een moderne interpretatie ervan.
Keihard staat Soena34:4 namelijk nog overeind en je kunt het Nederlanders niet kwalijk nemen dat ze er steeds de vinger opleggen omdat het vers lijnrecht in tegenspraak is met onze wet.
Het hoeft er voor ons niet uit maar wel kan terecht worden ge-eist van Moslims dat ze ondubbelzinnig aangeven dat dit vers zijn geldigheid verloren heeft. Oftwel aangeven dat:
1. mannen niet boven vrouwen zijn verheven
2. vrouwen mannen niet hoeven te gehoorzamen.
Christenen, Joden, Agnosten en het overgrote deel van de Nederlandse bevolking zullen desgevraagd zeggen dat iedere religie die openlijk Soena34:4 in het vaandel draagt niet past in de Nederlandse traditie.
Hoe langer het op dit gebied van Moslimzijde stil blijft, hoe meer Ayaan Hirschi Ali op handen zal worden gedragen als de vrouw die wel haar mond opentrekt.
Iznogoedh
mannetjes zoals jou geloven altijd de kranten. Daarom voor jou de uitleg van vers 4:34.
het valt mij op dat wanneer jij over de islam praat niet veel soeps weet klaar te brengen. Het probleem is niet de islam het probleem is de maatschappij. Accepteer jij mij als mens als individu of accepteer jij of mij om mijn mening.
wat hirsi ali zegt. Het is extreem en gebaseerd op ontwetendheid, dit vermengt ze met een traumatische ervaring.
De Ware Tijd, 28 juni 2002
Onlangs kwam een kleine groep imams in Nederland op negatieve wijze in de publiciteit door het verkondigen van bepaalde theorieën, die naar hun mening op Islamitische gronden gestoeld zijn. Het is jammer te moeten constateren dat er zelfs onder de geleerden, die juist het goede voorbeeld dienen te geven, lieden zijn, die menen de Koran naar believen te moeten interpreteren om bepaalde (politieke) doelen te dienen, waardoor een vertekend beeld van de Islam aan de wereld wordt gepresenteerd.
Om een goed oordeel te kunnen vormen over hetgeen de Koran over een bepaald onderwerp leert, dienen alle relevante verzen daarover in beschouwing te worden genomen. De Koran is namelijk niet per onderwerp gerangschikt en richtlijnen over één onderwerp staan dus op verschillende plaatsen vermeld. Bij het bestuderen is het ook belangrijk na te gaan in welke periode, en naar aanleiding waarvan, de openbaringen plaatsvonden; tevens dient in acht te worden genomen dat Koranverzen elkaar nimmer tegenspreken, maar hooguit aanvullen.
‘Neem de ongelovigen niet tot vrienden’
Zo zien we het bevel, om ongelovigen niet tot vrienden te nemen, staan in de verzen 3:27, 4:144, 5:51 e.a. Zoals reeds vermeld, zijn de redenen voor openbaring zeer belangrijk; het vers 3:27 bijv. werd nedergezonden toen de Moslims in oorlog met de ongelovigen verkeerden. Het verbod tot vriendschap geldt derhalve niet per definitie voor alle ongelovigen, doch slechts voor diegenen die tegen de Moslims oorlog voerden vanwege hun godsdienst en hen uit hun huizen verdreven hebben (Koran 60:7-9); verder vermeldt dit vers dat God zeker niet verbiedt vriendelijk en rechtvaardig te zijn tegenover degenen die zulks niet hebben gedaan. Ook uit andere verzen blijkt dat Moslims met andersdenkenden mogen omgaan; zo vermeldt 9:7 dat de Moslims, zolang de afgodendienaars de met hen gesloten verbonden naleven, aan deze verbonden getrouw dienen te zijn en de verzen 9:5-6 vermelden zelfs dat de afgodendienaars beschermd moeten worden, indien zij de Moslims om bescherming vragen.
‘Vernietig onze vijanden’
In de op de televisie getoonde fragmenten roepen bovengenoemde imams de gelovigen niet rechtstreeks op tot geweld, maar wordt Allah gevraagd Bush en Sharon te doden en het leven van de vijanden van de Islam tot een ondraaglijke hel te maken. Het is in dit opzicht interessant te vermelden dat ook de profeet Mohammed wel eens voor de vernietiging van zijn vijanden heeft gebeden, waarop God het Koranvers 3:127 openbaarde: "U heeft geen belang bij de zaak of Hij Zich (genadig) tot hen wendt of hen kastijdt, want waarlijk, zij zijn onrechtvaardig". In het daaropvolgend vers zegt God dat Hij vergeeft wie Hij wil en kastijdt wie Hij wil en dat Hij Vergevensgezind en Genadig is. En in een latere openbaring (21:107) zei God aan de profeet dat hij werd gezonden als een "genade voor alle volkeren", hetgeen heel mooi geïllustreerd wordt door de Koranverzen 22:39-40, waarin de Moslims wordt bevolen niet alleen hun eigen gebedshuizen, maar ook die van andere godsdiensten te verdedigen. Het is derhalve niet de taak van de Moslims om te bidden voor de vernietiging van wie dan ook, zelfs indien dezen onrechtvaardig zouden zijn. De Koran stelt dat Allah het best weet wie de onrechtvaardigen zijn en dat Hij bepaalt of Hij hen wenst te straffen of te vergeven. De belangrijkste taak van de gelovigen is om standvastig en lijdzaam te zijn, tot het goede te nodigen, te bevelen wat goed is en te verbieden wat slecht is, en dan niet op de hysterische, schreeuwerige toon van sommige imams, maar "met wijsheid, uitnemende vermaning en op schone wijze", zoals de Koran beveelt in 16:125.