Aleer ik hem bemoedig, omvat hij mijn gezicht en bezorgen zijn strijkende duimen onder mijn ogen kippenvel. 'Zineb..........*zucht*.............dit kan niet...............Heb je jezelf wel in de spiegel gezien? vertoon je aub niet meer zo voor mij' zijn woorden ontzeggen me alhoewel ze weder het vuur in me ontsteken. Hij kan me niet weerstaan? Dat bedoeld hij toch? 'Jouw daden......zijn de reden waarom ik je gister zo heb laten huilen.......Ik wil zoiets niet meer horen......aub' vervolgt hij of ik slik. Mijn gedachte razen kort naar de avond waarop hij de video op Laila's mobiel waarnam. Hij hoorde me dus. Het gestaar in elkaars ogen komt abrupt tot een eind op het ogenblik we voetstappen horen. Fuck! Laila!
Zijn ogen puilen uit of hij ziet geel. De schrik heeft hem in een ijzige greep. We weten beide dat de trap schuin bij de keuken en woonkamer uitkomt. 'Sta op' beveelt hij bijtend, reageer op commando gedurende hij zich onder de bekleedde keukentafel verstopt of ik zie mijn zus al gauw op me aflopen. Een lichte kreet ontlaat ze. Mijn hart lijkt het te begeven. Serieus. Mijn wangen rijpen. 'Omg! Wat is er gebeurd?' haar bezorgdheid bekleed me. Ik werp met kloppende wangen een vluchtige blik naar het bloed dat zich op de grond bevind. 'Rustig maar Laila......Het is al goed....Ik wou wat voor mezelf smeren, dacht dat ik iets zag kruipen.......En je weet hoe ik ben, dus viel ik met het mesje in mijn hand.....De vloer is zo glad hier' roep ik in of ze behelst mijn arm. De bezorgde Laila verdwijnt op het moment ze mijn rood nachtjurkje dat net mijn billen bedekt. Haar wenkbrauw verwikt of ze laat mijn hand los. 'Wie heeft dit verband om je wond gewikkeld? Waar is Chahid? Heb je hem gezien' roept ze in. Het is alsof ze me wurgen wilt aleer ik gesproken heb. Damn. 'Niet gezien, zusje...Dus hij is niet boven? Als ik dat had geweten dat Julie ook op waren, zou ik wel om hulp gevraagd, zus' antwoord ik gedurende ik onopgemerkt aan het verband friemel in de hoop die wat losser te krijgen zodat het oogt alsof ik die zelf om mijn arm heb omhuld. Ik betoon haar mijn arm. Ze haalt opgelucht adem. 'Kom maar, schat' prevelt ze, wikkelt het verband opnieuw om mijn arm. Strak. 'Ugh..... Heb ik nu ook een man die wanneer hij maar wilt verdwijnt.......*zucht*..........Ik ga weer naar bed, tsabhi ala ghir' prevelt ze in of ze laat me achter. Ik hijg het uit. God. Dat scheelde. 'Trut! Geen eens een sorry van het uitgaan gebeuren' denk ik pissig. 'Bitch, wacht maar tot je man van mij geniet' ik schrik door mijn duivelse gedachte. Mijn hart raced.
Mijn oren nemen op hoe er binnen een minuut een deur word dichtgetiegt boven. Opgelucht. Ik bundel een grijns op mijn gezicht op het moment Chahid onder de keukentafel vandaan komt, zink op de keuken in en verpoos mijn ellebogen het aanrecht op. Hij zucht gedurende zijn handen naar zijn heupen zakken na het opstaan. Opnieuw verkennen zijn kijkers mijn lijf. Hij is zo genieperig. Ik loop op hem af. Hij is nog altijd geschrokken, zie ik. Ik beschenk zijn nog altijd opgezwollen lippen abrupt een kus, open mijn mijn mond en vertoef mijn tong tussen zijn lippen. Een sidderend gevoel overweldigd me op het moment hij weder de kus beantwoord. Zijn warme tong glijdt langs de mijne tot ik aan zijn onderlip zuig. Ik laat hem abrupt uit mijn mond floepen en kijk op. Hij kijkt me vol ongeloof aan. 'Slaap lekker, zwagertje' fluister ik. Slap hangen zijn oogleden erbij. Met een tweestrijd in zijn hoofd laat ik hem achter.
De volgende dag.
Bzzt. Bzzt. Een smsje. Mijn ogen jagen open. 'Wollah ik mis je, als je me is ziet......ik kan niet meer....ik wil je zien x Ashraf'. Mijn hand rilt gedurende ik het smsje lees. Ik begin te typen: 'Had je dat maar moet bedenken toen je van die **** genoot haha doeii ben over je heen' Ik druk op verzenden alhoewel de eerste traan uit mijn oog sijpelt. Elke dag opstaan, opnieuw het besef ervaren van de werkelijkheid is een hel. Er is maar een plek waar ik het gesijpel van mijn tranen niet hoef te voelen: de douche. Mijn kin rilt. 'Je hebt my gebroken, dus breek ik jou' fluister ik. Met die gedachte vind ik mijn weg naar de badkamer. God, wat wil Ashraf wreken. Het is alsof het nieuws dat ik me aan mijn zwager vergrijp, de juiste vergelding voor Ashraf is. Het zal hem oh zo wreken. Hem laten doen beseffen dat hij mij het zetje in de rug heeft verschaft richting mijn lot. 'Als Ashraf het te weten komt, zal je moeder het weten....Laila ook....Ze zullen je haten. Vervloeken!!' het stemmetje in mijn hoofd ontwaakt. Ik zucht of ik omvat de deurklink van de badkamer tot ik het water hoor stromen. Laila? Chahid? Langzaam drijf ik de deur naar binnen of een stapeltje kleren komt me ogen tegemoet. Chahid.
Ik houd mijn lachje in gezien hij een aanvang op zingen neemt hoewel ik de deur op slot zet. Zonder na te denken duvel ik het douchegordijn opzij, keert hij zich routinematig om of ik neem zijn lid in me op. Ik prang mijn tanden mijn onderlip in. Hij bloost, verhult zijn grote vriend en verkropt. 'Z...z.zineb?' hij stottert. Alsof hij nooit heeft gedacht dat ik dit werkelijk zou flikken. Ik ga voor hem staan, tieg het gordijn terug zijn plek op hoewel ik het warme water al gauw over me heen voel sijpelen. 'Jij bent ongelooflijk' prevelt hij of hij raakt in paniek. Aleer hy spreekt prang ik mijn wijsvinger op zijn lippen. 'Sssht............de deur is op slot' zeg ik. Hij neemt een stap achterwaarts, keert me de rug of ik verschaf zijn ontblote kont een smack. Ziedend keert hij zich om met nog altijd zijn handen voor zijn kruis. 'Wat kijk je boos' fluister ik. Zijn kijkers nemen een aanblik over mijn lijf: omhuld in een sexy rood nachtjurkje dat inmiddels zeiknat is. Het plakt aan me. Bondig puilen zijn ogen uit. Hij slikt. Abrupt handel ik: ik duvel het jurkje naar beneden, gooi mijn krullen naar achter of zijn mond keept open. Hij bewondert me. Hij kan het als de beste. Wanneer dan ook. Mijn hartje raced. Ik betast zijn ingezeepte borstspieren hoewel hij enkel oog voor mijn borsten heeft. Mijn handen behelzen zijn nek, mijn tenen verwikken en mijn lippen ontmoeten de zijne. Snel zoek ik zijn kijkers op. 'Ons geheimpje?' kerm ik.