Daar stond ze dan in de regen. Ze was helemaal doorweekt. Haar mascara uitgelopen van de tranen. Ze stond stil. Keek omzich heen maar zag niemand. Af en toe een auto die voorbij kwam, was het enige teken van leven. De avond begon. De straten werden verlicht door de lantaarnpalen en de lichten in de huizen. Nog steeds bleef ze staan. Ze wist niet waarom, maar ze voelde zich hier thuis. Een goed gevoel. Een veilig gevoel. Misschien zelfs een klein beetje gevoel van geluk. Alsof ze hier al eens eerder was geweest. Alles was van haar afgepakt en kapot gemaakt, maar dit gevoel kon niemand van haar afnemen. Ze liep met trots door de straten, niet bang om gezien te worden, ook al zag ze er op dit moment uit als een zwerver. Ze liep, zonder te weten waar ze naar toe zou lopen. Niet eens wetend waar ze vannacht zou moeten slapen. Zelfs dat maakte haar niet meer uit. Weglopen van huis en de stad verlaten maakt haar weer gelukkig. Weg van alle problemen, opnieuw beginnen. Want wat heeft ze te verliezen? Niets, helemaal niets. Een nieuw begin, een nieuw leven en alles wat er gebeurt is zal niets meer zijn dan een vage herinnering. Niet meer aan denken en vooral nooit meer over praten..