"Abdel?! Wat doe jij hier in vredesnaam?" Riep ik vol verbazing. "Hetzelfde als jij doet, mezelf per bus verplaatsen." Grijnste die. Ik had Abdel samen met ons groepje sinds het afstuderen niet meer gezien. "Dat ik uitgerekend jou hier moet treffen, subhanAllah!" Schudde ik vol ongeloof mijn hoofd. "Niet blij mee?" "Je bent ook niets veranderd he mafkees." Lachtte ik. "Maar wat brengt jou hier?" Vroeg ik nieuwsgierig. "Ik ben met een vriend meegereden vanuit Nederland, en in Tanger zijn onze wegen gescheiden en vervolg ik met deze aap naast mij, mijn weg." Terwijl die naast zich wees. Ik keek de jongen aan en merkte op dat die erg veel op Abdel leek, alleen was die een stuk jonger. Zo rond de 17 schatte ik hem. "Ik ben Ouarda." Stelde ik mezelf iets te laat voor. "Soufiane, aangenaam." Ik keek Abdel weer aan. "Zijn jullie broers? Hij lijkt namelijk op jou." Hij begon te lachen. "Ja, alleen is hij een stuk knapper dan zijn broer." Ik schoot in de lach."Je haalt de woorden uit mijn mond Abdel." Plaagde ik hem.
Doordat ik bij binnenkomst in de bus zo gefocust was op het vinden van een zitplek, was het mij geheel ontgaan wie er achter me zat. Abdel vertelde dat die me wel vaagjes herkende, maar me niet aan durfde te spreken omdat die dacht dat de vrouw naast mij familie van me was. Uit respect had die daarom zijn mond gehouden. "Spreek je de rest nog weleens?" Hij schudde zijn hoofd. "Nee niet echt, alleen Karim nog. Maar dat is ook maar sporadisch. En jij?" Ik schudde nu op mijn beurt m'n hoofd. "Nee ik spreek en zie niemand meer van de oude clan. Nadat we ieder onze wegen zijn ingegaan, is het contact daarmee verwaterd. Wel jammer eigenlijk.." Hij glimlachte. "En nu kruisen onze wegen elkaar." "Tja, of ik daar nu zo blij mee moet zijn." Hij wierp een gespeelde boze blik op mij en gaf me een por. "Hey dimmen jij!"
"Wat ga jij trouwens in Nador doen?" Vroeg die geinteresseerd. "Ik ga terug naar mijn oorsprong." Een verbaasde blik verscheen in zijn ogen. "Maar je bent toch Arabisch van origine?" Ik schudde lachend mijn hoofd. "Hoe kom je daarbij? Ik ben zo Riffijns als het maar kan." "SubhanAllah, ik heb echt al die tijd dat we samen studeerde gedacht dat je Arabisch was. Je woont toch gewoon in Tanger of heb ik dat ook al mis?" Ik knikte. "Ja ik woon in Tanger, maar dat maakt me nog geen Arabische. Ik weet misschien al waarom je dacht dat ik niet berbers ben, dat komt omdat ik voornamelijk Arabisch spreek." Hij haalde zijn schouders op. "Dat zou best eens kunnen."
We hadden een korte tussenstop gemaakt en ik had gauw twee waterflesjes gekocht. Ik liep de bus weer binnen en nam plaats naast de oude vrouw. Ik reikte haar 1 van mijn flesjes aan en ze keek me dankbaar aan. "Barak Allahoe feek, mijn dochter." Ik glimlachte en pakte mijn mp3 uit m'n tas. We hadden nog heel wat uurtjes te gaan en ik probeerde wat slaap te vatten.
"Psst, wakker worden." Ik opende moeizaam mijn ogen en keek om me heen. Ik zag dat het al donker was geworden en veel van de inzittenden in slaap waren gedommeld, zo ook de vrouw naast mij. "Achter je eh slaapkop." Ik draaide me om en zag het grijnsende gezicht van Abdel. "Waarom maak je me wakker sukkel!" Siste ik. "Ik verveel me." Ik keek hem kwaad aan. "Dit meen je niet Abdel!! Heb je me daarom wakker gemaakt?!" Hij wierp een strakke blik op mij. "Nee, ook omdat je door jouw harde gesnurk heel wat mensen wakker hebt gehouden." Ik voelde hoe het schaamrood me op de kaken stond. Maar toen zag ik hoe hij zijn lach trachtte in te houden en zijn gelaat hem verried. "Rotzak!" En schoot nu ook in de lach. "Je bent nog een evengrote pestkop als vroeger, al dan niet een grotere."
"Wil je iets eten?" Mijn hongerige blik sprak blijkbaar boekdelen, want zonder op antwoord te wachten gaf die me een broodje aan. "Wat zit erin?" "Varkenspate, wat anders." Rolde die zijn ogen. Ik deed het broodje open en zag tonijn liggen. "Bedankt Ap!" En nam verlekkerd een hap. Uren verstreken en ik wist dat het niet lang meer duurde of we zouden in Nador aankomen. Het was een slopende, maar erg gezellige rit geweest. Ik en het oude vrouwtje waren dikke maatjes geworden en Abdel zorgde voor de nodige humor. "Het duurt niet lang meer." Zei de oude vrouw mij. Ik knikte. "Alhamdulilah!" Niet veel later voelde ik hoe de bus vaart minderde en toen tot stilstand kwam. "We zijn er!" Mensen stonden onmiddellijk op en begonnen aan hun tassen in de bagagerekken te sjorren. Door de plotselinge drukte ontstond er veel rumoer en geschreeuw en ik besloot daarom maar op mijn plaats te blijven wachten. Ik hielp de oude vrouw met haar spullen en liep met haar de bus uit. "Ouarda, het was leuk je weer gezien te hebben. Ik wens je hierbij nog een fijne vakantie toe en wie weet tot ziens insa'Allah." Ik schudde beide jongens de hand en nam afscheid. Ik had mijn weekendtas ondertussen ook weer weten te bemachtigen en vroeg mezelf af wat ik nu het beste kon doen. Het was al nacht en wist niet of het erg verstandig was om nu nog opzoek te gaan naar een hotel. Alsof de oude vrouw mijn gedachte kon lezen, pakte ze me bij de arm. "Je gaat met mij mee, mijn kind." Ik glimlachte verlegen. "Nee, ik vind wel een hotel. Maar bedankt voor het aanbod." Ze schudde vastberaden haar hoofd. "Het is veel te gevaarlijk om als vrouw nu alleen door de straten van Nador te dwalen. Ik word zo opgehaald en ik sta erop dat je tenminste deze nacht bij mij verblijft. Het is onbeleefd om het aanbod af te wijzen van een oude vrouw, dat weet je." Ik begon te lachen. "Moge Allah jou belonen." En liep met haar mee naar de plek waar ze zou worden opgehaald...
Oeehh spannend
Ga snel verder !!
"Islam is a way of life, try it. Islam is a gift, accept it. Islam is a journey, complete it."
Ik heb gewoon kriebels in mijn buik omdat ik weet dat het niet heel lang meer zal duren voordat Ouarda en Rachid weer tegenover elkaar staan. Sigh! Thank you het was weer een mooi stukje meid! Can't wait for more!
Liefs!
Hmm.. Dat oude vrouwtje moét wel familie van Rachid zijn hé? Anders zou je haar Ouarda niet laten ontmoeten. Ik heb je door hoor! Hihi, snel verder hé!
Dat oude vrouwtje is een tante van Rachid en rachid gaat ze komen ophalen! Ik hoop zo dat dit zo is!!
Upp!
Ik zag hoe een donkere auto onze kant opkwam en voor ons tot stilstand kwam. Nieuwsgierig keek ik naar de persoon die uit de auto kwam. Hij was iets langer dan ik en had een baardje dat zijn kaken sierde. "Salaam moeder." En ik zag hoe de jongeman zijn moeder op het voorhoofd kuste. Met een glimlach sloeg ik het tafereel gade. "Dit is Ouarda, die overnacht vanavond bij ons." Ik wilde hem een hand geven, maar hij knikte alleen ter begroeting en pakte mijn tas over. Een ongemakkelijk gevoel domineerde de sfeer en ik schaamde me even voor de confrontatie van daarnet. Onwennig ging ik achterin de auto zitten en reden we even later weg. De vrouw was gezellig aan het kletsen met haar zoon en ik keek in stilte naar buiten. Ik vroeg me af wat Rachid nu aan het doen was. Als het goed was, bevond die zich niet erg ver hier vandaan en dat idee bezorgde mij kriebels in m'n buik.
De auto stopte voor een groot huis. Ik stapte uit en keek naar boven. Het huis bestond uit drie etages die ieder een groot en ruim balkon hadden, het oogde allemaal erg nieuw. Ik pakte dit keer mijn weekendtas zelf uit de kofferbak en liep stilletjes achter hen aan. We stapten binnen en zag dat er nog licht brandde, wat er op duidde dat er nog iemand binnen was. Ik deed mijn sandalen uit en legde mijn tas neer. "Kom binnen Ouarda, dan stel ik je voor aan Soumeya." Ik volgde haar nieuwsgierig en zag een knappe jongevrouw op 1 van de bankstellen zitten. "Salaam wa'laikoum" Begroette ze me uiterst vriendelijk. Ik begroette haar met vier kussen op de wang en ze gebaarde me dat ik naast haar moest komen zitten. "Ouarda komt ook uit Nederland." Vertelde de oude vrouw haar. "Oh wat leuk! Kan ik eindelijk weer eens wat Nederlands spreken met mensen." Riep ze verheugd uit, terwijl ze me mij aankeek. "Spreek je dan ook Nederlands?" Vroeg ik haar nieuwsgierig. Ze lachtte luid. "Ik ben er zelfs geboren." Sprak ze nu in accentloos Nederlands. "Dat is ook wel aan jouw Nederlands te horen" Becomplimenteerde ik haar. "Waar woon je in Nederland?" Ze glimlachte. "Mijn man en ik zijn drie jaar geleden geemigreerd naar Marokko, we wonen hier nu permanent. Voorheen woonden we in Utrecht." "Wat geweldig zeg, ik heb ook altijd de droom gekoesterd hier ooit voorgoed naar terug te keren. Met de nodige middelen kun je hier een prima bestaan opbouwen." Ze knikte instemmend. "Ik moet je eerlijk toegeven dat ik in eerste instantie niet bepaald stond te springen, maar Mohammed heeft me gelukkig weten over te halen. En daar ben ik hem tot op de dag vandaag dankbaar voor." Waarna ze liefdevol op haar man blikte die zojuist weer de woonkamer was binnen gekomen. "Kan ik het licht hier alvast uitdoen of blijven jullie nog zitten?" "Nee wij zitten hier nog wel een tijdje." Lachtte ze.
Soumeya had twee glazen ingeschonken met sap en we hadden ons knus genesteld op de heerlijk zittende banken. "Hoe is het in de liefde? Een knapperd als jij moet menig mannenhart sneller doen kloppen." Knipoogde ze. Ik begon te lachen. "Nou daar vergis je je in." "Ohja, vertel?" Ik keek afwezig voor me uit. "Nou..er is wel iemand in m'n leven.." En vertelde haar alles van A tot Z. Ik weet niet hoe het kwam, maar ik voelde me direct vertrouwd met haar en het was alsof we elkaar al jaren kende. "Wow, wat heftig zeg." Zei ze treurig toen ik mijn verhaal eindigde. "Ik hoop echt dat je hem vindt insa'Allah. Het klinkt als ware liefde Ouarda, dus ga ervoor." Ik glimlachte. "Doe ik insa'Allah." "Weet je al wanneer je naar het dorp vertrekt?" Ik knikte. "Morgen insa'Allah."
De volgende ochtend werd ik wakker door de felle zonnestralen die door de gordijnen heen schenen op mijn gezicht. Ik rekte me geeuwend uit en stond op. Ik kleedde me aan, poetste mijn tanden en liep naar beneden. Ik hoorde van ver de stemmen al klinken en trof het hele gezin in de leefkeuken aan. "Sbah el gheir." Begroette ik iedereen. Ze keken op en groette terug. "Kom hier zitten, dan schenk ik thee voor je in." Beval de oude vrouw mij. Ik ging gedwee zitten en vulde mijn maag met al het lekkers. "Barak Allahoe feek voor alles, dit zal ik nooit vergeten." Bedankte ik de vrouw recht uit mijn hart. "Ik had liever gewild dat je wat langer bleef, mijn dochter. Weet dat je altijd welkom bent." Ik omhelsde haar strak en verwonderde mezelf over de diepe band die ik met deze vrouw had weten op te bouwen in anderhalve dag tijd. Ik keerde me naar Soumeya en kuste haar op de wang. "We houden contact he!"
Ik zat weer in een taxi, richting het dorp waar ik moest zijn. Het dorp lag in de bergen voorbij Aruit en was opgewonden naar mijn bestemming. Het zou mijn eerste keer zijn en verheugde me er dan ook ontzettend op. Mijn hart klopte met de minuut sneller en wipte nerveus heen en weer op de achterbank. Ineens ging de taxi een zijweg in en voelde hoe deze weg een stuk hobbeliger was dan de normale weg. Een paar honderd meter verderop hield die halt. "Ik kan je niet verder dan hier brengen, want de weg loopt vanaf hier verder in een zandweg en dat kan mijn auto niet aan." Ik keek hem geschrokken aan. "Hoe moet ik dan verder?" "Te voet.."
Ik betaalde hem en zag hoe hij wegreed en me alleen achterliet. Ik keek om me heen en realiseerde me dat ik nu echt diep in de bergen zat en de wegen alleen maar onbegaanbaarder werd. De zon stond inmiddels glunderend aan de hemel en dompelde het mooie landschap in een goud bad. Her en der zag je een huisje staan, de ene aan de voet van een berg, de ander er bovenop. Ik snoof de zanderige geur op en op de een of gekke manier genoot ik er nog van ook. Ik sloeg de tas om mijn schouders en zette het op een lopen.
Gedreven door het licht
Aangespoord door de tijd
Beteugeld door het gangbare
Zoekend naar de essentie
als slaaf van zijn liefde
Moreel onverantwoord
Ethisch bepaald
Verdwaald...
Ik wist mijn God niet waar ik naartoe liep, maar ik kon maar 1 kant op en hoopte dat het mij zou brengen naar daar waar mijn hart huist.
Wowie! Dat was geweldig! Superb zeg. Ik heb hier zo van genoten. Ik ben benieuwd het kan immers niet lang meer duren. *Sigh*
Liefs!